100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Notities Penologie $11.58   Add to cart

Summary

Samenvatting Notities Penologie

 142 views  6 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Mijn samenvatting van het vak “Penologie ” is van het jaar . Zowel de powerpoint, eigen notities van in de les, gastcolleges en voorbeeldvragen zitten erin vervat. Prof: Freya Vander Laenen & Charlotte Colman.

Preview 10 out of 112  pages

  • No
  • Proloog & hoofdstukken 1 tem 3
  • January 2, 2022
  • 112
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
PENOLOGIE


INLEIDING
• Doel en werkwijze
o Toepassing van en kritische reflectie bij verworven kennis en inzichten
▪ Inzicht strafdoelen
▪ Inzicht mogelijkheden tot en beperkingen bij bestraffen criminaliteit
▪ Kennis effecten en effectiviteit straffen en maatregelen
▪ Kunnen reflecteren over penologisch beleid in België en daarbuiten
o Geen blokvak: wel toepassing en inzicht => openboekexamen
o Centrale doelstelling: zelfstandig een afgewogen oordeel vormen over wijze waarop in
samenleving criminaliteit wordt bestraft
o Participatie en zelfstudie
o Actualiteit volgen
• Overzicht van de lessen
o 29/09: inleiding en bestraffingstheorieën (F. Vander Laenen)
o 06/10: factoren bij bestraffing (F. Vander Laenen)
o 13/10: effectiviteit straffen en maatregelen (C. Colman)
o 20/10: drugbeleid in detentie (C. Colman)
o 27/10: verwerking zelfstudie opdracht
o 03/11: internationale standaarden (F. Vander Laenen)
o 10/11: effecten detentie en ASM op gestrafte (F. Vander Laenen)
o 17/11: deradicalisering (L. De Pelecijn)
o 24/11: beleid DG EPI (R. Van De Voorde)
o 01/12: effecten detentie en ASM op context (C. Colman)
o 08/12: suïcide in detentie (L. Favril)
o 15/12: verwerking zelfstudie opdracht
• Inhoud lessen ivm zelfstudie
o Howard Reizen: boek lezen van Vander Beken, T. (2015). Howardreizen. De rol van de
gevangenis in Europa. => 3 hoofdstukken lezen mbt Engeland, Noorwegen en Nederland
o Aan te kopen via de cursusdienst van Lombrosiana
o Zelftest via Ufora met mogelijkheid voor vragen (tot 08/12)
o Kennisclip obv vragen van de studenten
o Examen: één reflectievraag over de drie hoofdstukken
• Cursus
o Reader: wetenschappelijke teksten en andere relevantie documentatie
o Slides
o Boek
• Examen
o Schriftelijk open boek examen, 2 uur
o 4 open vragen: 1 vraag van prof Vander Laenen, 1 vraag van prof Colman, 1 vraag over het te
lezen boek en 1 vraag reeds in de eerste les gegeven waarop komende weken/maanden al
kan worden voorbereid door de studenten
1

,▪ Over welk onderwerp/aspect, dat nu (partieel of niet) aan bod is gekomen in penologie,
zou ik graag meer weten? Wat ontbreekt er in de lessen? Argumenteer en onderbouw
met een aantal wetenschappelijke bronnen
▪ Examenvraag: “Welke tekst heb jij geselecteerd (inclusief volledige referentie) en welke
nieuwe/genuanceerde/andere inzichten leveren deze tekst jou op wanneer je die
vergelijkt met wat tijdens penologie aan bod is gekomen?”
▪ Antwoord, inclusief referenties, max. 500 woorden
▪ Laad antwoord op in Ufora ten laatste op de dag van het examen en breng het
antwoord op papier mee naar het examen
▪ Duidelijk dus geen reproductievraag, maar wel reflectie en argumentatie (5/20 punten)




2

,HOOFDSTUK 1. BESTRAFFINGSTHEORIEËN
• Waarom straffen?
o Straffen: een aloude en alledaagse praktijk
▪ Straffen vermijden en aanmoedigen stimuleren
▪ Belangrijk is dat straffen evenredig, zinvol, onmiddellijk, consistent, consequent,… zijn
▪ Wat is volgens jou het belangrijkste doel van straffen?
▪ Het alledaagse straffen vertoont zekere gelijkenissen met straffen in de
strafrechtsbedeling
▪ Maar ook grote verschillen: wettelijk apparaat, eigen instellingen, gebruik van dwang,
bureaucratisch proces, gespecialiseerd personeel,…
o Definitie straf
▪ Een leed door de wet bepaald en door de rechterlijke macht opgelegd als een sanctie
wegens een gepleegd misdrijf
▪ The legal process whereby violators of the criminal law are condemned and sanctioned
in accordance with specified legal categories and procedures
▪ Punishment for crime, imposed by the judiciary in accordance with penal law, and
administered by penal institutions such as prisons and the probation service
o De zeven kenmerken van de straf volgens WALKER (1991)
▪ 1/ Er wordt ‘iets’ toegebracht aan een ander persoon, waarvan verondersteld wordt dat
het onaangenaam is
▪ 2/ Het toebrengen van de straf is intentioneel en gebeurt om een bepaalde reden
▪ 3/ Degenen die de straf opleggen hebben daartoe het recht
▪ 4/ De straf wordt opgelegd ter gelegenheid van een daad of een omissie, die een
overtreding van een wet, een regel of een gewoonte inhoudt
▪ 5/ Degene die gestraft wordt heeft de inbreuk vrijwillig gepleegd
▪ 6/ De redenen om te straffen moeten te rechtvaardigen zijn
▪ 7/ Of de bestraffingsact werkelijk als straf wordt beschouwd is afhankelijk van wat de
bestraffer verstaat onder bestraffing en niet van de opvatting van de gestrafte
o Hoe bestraffing bestuderen in de penologie?
▪ Wat doet de ‘penologie’?
▪ Traditioneel een wat beladen term
▪ Cf. C.S. LEWIS (1953)
“He is not entitled to an opinion even if, in addition to being a man, he should happen also to be a jurist, a
Christian, and a moral theologian. For they are not question about principle but about matter of fact; and
for such cuiquam in sua arte credendum. Only the expert ‘penologist’ (let barbarous things have barbarous
names), in the light of previous experiment, can tell us what is likely to deter: only the psychotherapist can
tell us what is likely to cure. (…) The Humanitarian theory, then, removes sentences from the hands of jurists
whom the public conscience is entitled to criticize and places them in the hands of technical experts whose
special sciences do not even employ such categories as rights or justice.”

➢ Quote gaat over de vraag wie er een recht van spreken heeft
➢ De enige die een recht heeft van spreken is de penologist, omdat hij degene is die
de expert is ter zake. Juristen hebben dat niet dus men moet met andere woorden
focussen op het inzetten van een expert.


3

, ➢ Het heeft geen zin om enkel in te zetten op de daad en niet te kijken naar de
dader: inzetten op de effecten van straffen voor een individu en niet louter naar
de normatieve doelstellingen van straffen kijken
➢ Dus stevige kritiek op retributivisten
Volgens het retributivisme is een straf gerechtvaardigd wanneer die verdiend is.
Vergelding staat in die opvatting voorop. De straf is dus gericht op het verleden,
het is een reactie op het delict. De straf is op zichzelf goed en gerechtvaardigd en
dient geen in de toekomst gelegen doel.
▪ Algemeen aanvaarde neutrale definitie: penologie is de wetenschappelijke studie van de
bestraffing van normovertredend gedrag (Snacken & Beyens) >< DE penologie bestaat
niet!
▪ “Wat is penologie? Het woord roept bij mensen de vreemdste associaties op. Penologie is de
sociaalwetenschappelijke bestudering van de oplegging en tenuitvoerlegging van strafrechtelijke sancties.
In de penologie komen vragen aan de orde als: wat houden de diverse sancties in; welke
rechtstheoretische en rechtsfilosofische ideeën liggen er aan ten grondslag; welke doelen wil men ermee
bereiken en lukt het om die doelen te realiseren: zijn ze effectief?” (MOERINGS)
➢ Het gaat specifiek over de vraag wat penologie is, wat de verschillende sancties
zijn, wat de ideeën achter de sancties zijn, welke doelen men wenst te bereiken,
en of het bereiken van de doelen is gerealiseerd
➢ Empirisch/beschrijvend: doelen en effecten
➢ Beleidspenoloog
▪ “That body of thought which explores the relations between punishment and society, its purpose being to
understand punishment as a social phenomenon and thus trace its role in social life” (GARLAND)
➢ Garland heeft een heel ander idee over penologie dan Moerings: geen beschrijving
van wat de straf, het effect en de effectiviteit is maar wel het koppelen van de
straf aan de maatschappij (capital punishment as a sociological concept)
➢ Bestraffing als een sociaal fenomeen, met een bepaalde functie
➢ Bestraffingssocioloog
DUS duidelijk een heel andere finaliteit qua wetenschap. Dat spanningsveld zal men ook
merken doorheen de cursus: bestraffing sociologie versus empirisch beleidspenologie.
▪ Efficiëntie en effectiviteit ≠ legitimiteit
➢ Rechtvaardiging en legitieme straf
❖ Mag een overheid niet-effectieve straffen opleggen?
✓ Bijvoorbeeld een straf opleggen die niet leidt tot minder recidive of
enige aanpassing aan het gedrag van de dader
✓ JA, het kan eventueel andere potentiële daders afschrikken + ter
bescherming van de maatschappij soms gewoon noodzakelijk
✓ Om de maatschappij te herinneren aan de norm, ookal weet men dat
dat niet meteen zal leiden tot een verbetering van de persoon als
dader
❖ Waarom mag de overheid straffen?
❖ Fundamenteel verschil tussen morele en normatieve beginselen
➢ Werkt het gestelde doel? – evidence based
❖ Penologisch empirisch onderzoek

4

, ❖ Toepassing en werking straf
❖ Doel: officieel, onofficieel, onuitgesproken
❖ Wat is het doel?
❖ LET OP: het is niet omdat de overheid een straf oplegt dat deze ook effectief
zal zijn

• Straftheorieën
o Drie types doelstellingen van straffen volgens DENKERS (1976)
▪ 1. Instrumenteel
➢ Normconform gedrag realiseren
➢ ‘policing society’
▪ 2. Intrinsiek
➢ Burgers beschermen tegen macht(smisbruik) van de overheid: rechtsbescherming
➢ ‘policing the police’
▪ 3. Organisatorisch
➢ Bestraffing binnen strafrechtelijk apparaat
➢ Heeft een invloed op het realiseren van andere doelstellingen (bv. budget,
personeel)
o Instrumentele doelstellingen
▪ Retributivistische of absolute theorieën (18de eeuw)
➢ Immanuel KANT en Georg Wilhelm Friedrich HEGEL




➢ Doelstelling van de straf is gericht op het verleden
➢ Mensen hebben absolute morele plicht om de morele wet te gehoorzamen
❖ Universele morele principes, verbonden met de wil van God
❖ Misdrijf is een schending van de universele morele principes en verstoort het
evenwicht van de maatschappij
➢ Waarom straf?
❖ Betalen schuld en herstel rechtsorde
❖ Morele plicht
➢ Doel
❖ Betalen van een schuld ten gevolge van een verdiende straf: metafysische
vergelding => het is de morele plicht van de bevolking om de wet te
gehoorzamen
❖ In de realiteit ook individuele en algemene afschrikking
➢ Altijd straffen, ongeacht de consequentie
➢ Geen individualisering (>< praktijk): gelijke straffen voor gelijke misdrijven
➢ Wel proportionaliteit: zwaarte van de straf hangt af van de ernst van het misdrijf
5

, ❖ Cf. ‘oog om oog, tand om tand’
❖ Niet relevant is het te verwachten toekomstig gedrag: men straft omdat men
moreel verplicht is te straffen en niet omdat men denkt dat men daarmee
mensen gaat verbeteren of omdat men wilt dat mensen hun gedrag gaan
aanpassen
➢ Focus op schuld en daad, niet op de dader
➢ Principes van het hedendaags strafrecht worden vastgelegd: legaliteit,
proportionaliteit en gelijkheid staan centraal => het mensbeeld daarachter is
rationaal
➢ Is deze strekking nog relevant? => JA
❖ Benadering van VON HIRSCH (1993) in ‘Retributivism, the return: just
deserts’
❖ Vanaf jaren ’70 als reactie tegen excessen behandelingsideologie: men was
van mening dat niet iedereen behandelbaar was en paraat stond om te
verbeteren
❖ Jaren ’80: misdadigers moeten hun verdiende loon krijgen, dus opnieuw ziet
men hier dat de mate of ernst van de straf in evenwicht moet staan met het
misdrijf
❖ Maar niet zuiver retributivistisch want er zit ook een communicatief element
in: mensen moeten hun afkeuring kunnen uitdrukken ter bevestiging van de
norm
▪ Utilitaristische of relatieve theorieën (18de – 19de eeuw)
➢ Jeremy BENTHAM




➢ Gericht op de toekomst
➢ Hedonistisch mensbeeld
❖ Menselijke natuur gericht op het nastreven van plezier en vermijden van pijn
❖ Geen altruïsme
❖ Straf moet schrik aanjagen en het leed moet groter zijn dan het voordeel
➢ Waarom straf?
❖ Vergroten van het geluk: betere samenleving + algemeen belang
❖ Niet abstract metafysisch
➢ Doel
❖ Algemene of generale preventie: door herinneren norm en afschrikking
❖ Individuele preventie: door afschrikking, fysieke neutralisering, verbetering,
resocialisering
➢ Straffen
❖ Strafmaat: preventieve overwegingen
6

, ❖ Proportionaliteit
❖ Niet straffen als geen onheil, geen preventieve werking, grotere nadelen
(ongegrond, niet effectief, te duur, nodeloos), vanzelf overgaan
❖ Focus op toekomstig crimineel gedrag + gevaarlijkheid dader
▪ Abolitionisme (jaren ’70)
➢ Louk HULSMAN




➢ Radicaal: er is geen rechtvaardiging voor straffen (cf. utilitarisme want ook daar
zegt men dat straffen in bepaalde situaties niet effectief is dus men doet het niet:
niet straffen als niet gegrond, niet effectief, te duur, nodeloos is)
➢ Strafrecht als een ‘sociaal probleem’
➢ Conflicten worden bij direct betrokkenen weggehaald: conflict verandert en
vervreemdt van de ervaring van mensen
➢ Afschaffen
❖ Begrippen misdaad en criminaliteit
❖ Leedtoevoeging als graadmeter voor hiërarchie waarden binnen
samenleving
❖ Projectie waarbij leed en schade aan concrete mensen wordt voorgesteld als
leed en schade aan ‘de samenleving’
❖ Tijdsdimensie straffen (dagen)
➢ Behouden politie en rechterlijk apparaat, maar met andere invulling
▪ Herstel theorieën (jaren ’80-’90)
➢ Veel academici zijn fan van deze theorie, ookal in de praktijk weinig toegepast
(cf. beleidsnota minister Van Quickenborne: inzetten op bemiddeling)
➢ Breekt met retributieve en rehabilitatieve model
❖ Tegen langdurig eenzijdige dadergerichte strafrechtelijke oriëntatie
❖ Ook slachtoffer is direct betrokken partij
➢ Context: positie slachtoffer => victimologie
➢ Paradigma: zeer geliefde theorie maar is slechts een academisch discours
gebleven
❖ Actieonderzoek KU Leuven begin jaren ’90: dader-slachtoffer bemiddeling bij
ernstige geweldsdelicten
❖ Niet dominant in penale praktijk
❖ Twee stromingen: maximalistisch – gematigd
➢ Basis
❖ Criminaliteit is een conflict tussen individuen
❖ Conflicten voor slachtoffer, dader en samenleving

7

, ➢ Doel: pacificatie van samenleving door verzoening partijen en herstel schade
❖ Conflict teruggeven aan dader en slachtoffer
❖ Actieve participatie slachtoffer, dader en gemeenschap in conflictoplossing
stimuleren >< huidige penale systeem
❖ Niet bestraffing of behandeling staat centraal, maar wel herstel van schade
zowel materieel als immaterieel
➢ Reintegrative shaming
❖ John BRAITHWAITE (1989)




❖ Breuk met klassieke penale systeem
❖ Optimistisch geloof in een ‘good society’
❖ Moraliseren: benoemen crimineel gedrag als fout (‘naming and shaming’) ><
niet de dader als crimineel persoon maar wel zijn gestelde gedrag als
onaanvaardbaar
✓ Reintegrative shaming versterkt sociale norm en groepssolidariteit
✓ Voorwaarde: enige vorm van onderlinge afhankelijkheid en
groepssolidariteit is reeds aanwezig
❖ Mensbeeld actieve opvatting dader: maakt bewuste keuzes
❖ Doel
✓ Via beschamingsproces
─ Afkeuren gedrag itt de persoon van de dader
─ Bevorderen van het gemeenschapsgevoel
✓ Herstel slachtoffer, re-integratie en verbetering dader
✓ NIET onderdrukken, uitsluiten en stigmatiseren
(= ‘disintegrative shaming’)
▪ Hybride theorieën
➢ Bestraffingssysteem op één doelstelling is onhoudbaar en onbevredigend bij
individuele bestraffingspraktijk
❖ Retributivisme: straffen met als enig doel te straffen => geen aandacht voor
dader, context of omstandigheden
❖ Utilitarisme: mateloosheid straffen => klein feit/gevaarlijke dader dus zware
straf
➢ Meerdere doelstellingen: combineren van verschillende straftheorieën
➢ Bijvoorbeeld neorehabilitationisme
❖ 1. Principiële spaarzaamheid: proportionaliteit, ernst van het misdrijf is
bovengrens
❖ 2. Aanbieden beste voorwaarden om recidive tegen te gaan

8

, ✓ Criterium beoordeling straffen: effectiviteit ipv gestrengheid
✓ Humane behandeling: mensen zijn te behandelen en te veranderen
o Intrinsieke doelstellingen
▪ Rechtsbescherming
▪ Intrinsieke waarden in de samenleving: hoe omgaan met mensen in het
▪ Klassiek strafrecht: legaliteit, proportionaliteit, niet-retroactiviteit
▪ Evenwicht: wat weegt door in penale discours en beleid?
➢ Due process (rechtsbescherming) versus crime control (handhaven orde)?
➢ Ziet men ook in de gevangenis: gaat men voor dynamische veiligheid dan moet
men op zoek gaan naar het moeilijke evenwicht tussen rechten van mensen en het
handhaven van de norm
o Organisatorische doelstellingen
▪ Mensen
➢ Gevaar ‘goal displacement’: real goals versus stated/officiële goals
➢ Onderscheid tussen echte en officiële doelstellingen
❖ De officiële doelstelling van bijvoorbeeld internering is beveiligingsmaatregel
❖ In de feiten is het een straf en wordt het ook zo ervaren
▪ Materiële middelen
➢ Beschikbare financiële middelen, personeel, gebouwen,…
➢ Bv. overbevolking hypothekeert doelstellingen penitentiair beleid
▪ Regels en voorschriften
➢ Standaardisering versus verstarring
➢ Regels en voorschriften zijn goed, maar mogen vanzelfsprekend geen dwangbuis
worden
▪ Buitenwacht
➢ Politiek en publieke opinie

• Reflecties en besluit
o Waarom straffen?
▪ Veelheid aan rechtvaardigingen
➢ Historisch twee dominante klassieke groepen
➢ Retributivistische of absolute theorieën
❖ Gericht op het verleden
❖ Herstel rechtsorde, vergelding en afschrikking
❖ Geen toekomstige gedragsbeïnvloeding
➢ Utilitaristische of relatieve theorieën
❖ Gericht op de toekomst
❖ Verminderen of voorkomen criminaliteit
▪ Instrumentele doelstellingen
▪ Rechtvaardigingen en doelstellingen kunnen botsen
o Relatieve autonomie
▪ 1 straf, maar relatieve autonomie
▪ Verschillende fasen in strafrechtsbedeling, andere focus op doelen/functies
➢ Strafbaarstelling van gedragingen (wetgeving): meer algemene preventie
➢ Straftoemeting: meer vergelding, schuld en proportionaliteit

9

, ➢ Strafuitvoering: meer individuele preventie en re-integratie
Rechtvaardigheden en doelstellingen kunnen botsen met elkaar. Wat bedoelt men daarmee? => dat is de
theorie van de relatieve autonomie. Men heeft één straf, maar de doelstellingen en functies zullen
verschillen in de strafrechtsbedeling. DUS afhankelijk van het niveau krijgt men andere doelen.
▪ Bv. beleidsverklaring Van Quickenborne, 2020, p.11-39




Gaat het ivm snelrecht vooral over recidive voorkomen, blik op stukbeleid dan gaat het ivm detentie veel
meer over re-integratie als centrale doelstelling naast beveiliging dus men ziet dat de focus van de
doelstelling toch verschillend is.
▪ Spanningen tussen echelons van de strafrechtsbedeling en de publieke opinie




10

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ugentstudent56. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.58. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78998 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.58  6x  sold
  • (0)
  Add to cart