100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting literatuur financieel en insolventierecht jaar 2 $6.93
Add to cart

Summary

Samenvatting literatuur financieel en insolventierecht jaar 2

 55 views  7 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

In dit document is de verplichte literatuur van zowel het boek executierecht als het boek insolventierecht samengevat. Alle informatie die je voor dit vak nodig hebt.

Last document update: 2 year ago

Preview 4 out of 34  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1,3,4,5
  • January 3, 2022
  • January 3, 2022
  • 34
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Vera Korpershoek


Literatuur financieel recht en insolventierecht
Week 1
Executierecht hoofdstuk 1: inleiding. Executoriale titels. Enkele algemene regels van
executierecht
Paragraaf 1 inleiding
Het burgerlijk procesrecht bevat de regels die gelden voor het burgerlijk proces; het proces
strekt ertoe om een verhouding tussen partijen door de rechter bindend te doen vaststellen in
een door de rechter gegeven uitspraak. Voor het geval dat de veroordeelde niet vrijwillig aan
de rechterlijke uitspraak voldoet, stelt het recht een aantal dwangmiddelen ter beschikking
die gebruikt kunnen worden om het resultaat waarop de rechterlijke uitspraak is gericht af te
dwingen. Toepassing van die dwangmiddelen noemt men executie of tenuitvoerlegging. De
regels hieromtrent vormen het civielrechtelijke executierecht. Condemnatoire rechterlijke
uitspraken houden in dat de uitspraken een veroordeling bevatten. Declaratoire uitspraken
wordt een reeds bestaande rechtstoestand of rechtsverhouding geconstateerd en een
verklaring van recht uitgesproken. Bij constitutieve uitspraken wordt een rechtstoestand of
uitspraak zorgt er voor dat het voor executie vatbaar is.
Paragraaf 2 executierecht
Het civielrechtelijk executierecht is het objectieve recht dat zowel regelt welke
dwangmiddelen gebruikt kunnen worden ter verwezenlijking van een civielrechtelijke
aanspraak als welke regels bij de toepassing van die dwangmiddelen in acht genomen moet
worden. Een belangrijk kenmerk van de toepassing van de door het executierecht ter
beschikking gestelde dwangmiddelen is dat deze toepassing in beginsel alleen mag
geschieden met overheidshulp:
- Degene die tenuitvoerlegging van een executoriale titel wenst, is niet gerechtigd zelf
de ter beschikking gestelde dwangmiddelen toe te passen. Hij zal hulp in moeten
roepen van een gerechtsdeurwaarder, deze is door de overheid aangestelde
openbare ambtenaar die bevoegd is tot tenuitvoerlegging van een executoriale titel,
indien die hem daartoe is overhandigd.
- De gerechtigde dient zelf het initiatief tot executie te nemen door een
gerechtsdeurwaarder een daartoe strekkende opdracht te geven, welke opdracht dan
door de deurwaarder als lasthebber van de opdracht gevende partij wordt.
Het executierecht kent vele dwangmiddelen, deze worden ook wel executiemiddelen
genoemd. Het burgerlijk recht kent een gesloten stelsel van dwangmiddelen en middelen tot
bewaring van recht.
Paragraaf 3 beslagrecht
Beslagrecht is het objectieve recht betreffende de in ons recht geregelde beslagen, die
kunnen worden onderverdeeld in executoriale en conservatoire beslagen:
- Beslag in het algemeen
Beslaglegging is een handeling, waarbij een openbaar ambtenaar
vermogensbestanddelen aan de vrije beschikkingsmacht van de eigenaar of anderen
onttrekt. Het beslag heeft tot gevolg dat na de beslaglegging verrichte
rechtshandelingen niet tegen de beslaglegger kunnen worden ingeroepen. HR:
forward/huber: een beslag als het onderhavige leidt niet tot
beschikkingsonbevoegdheid van degene ten laste van wie het beslag is gelegd, en
staat dus niet in de weg aan overdracht van het beslagen goed aan een derde, maar
brengt wel mee dat een vervreemding of bezwaring, tot stand gekomen na het
beslag, ingevolge art. 505 lid 2 Rv niet tegen de beslaglegger kan worden
ingeroepen. Na beslaglegging verrichte handeling waardoor in beslag genomen
goederen aan het beslag onttrokken worden zijn strafbare feiten (art. 198 Sr). Beslag
is een maatregel met blokkerend effect. Het uiteindelijke doel van het beslag is in
vele gevallen dat de beslaglegger, door executoriale verkoop van het beslag goed,
geld in handen krijgt. Beslaglegging dient tot concretisering.
- Executoriaal beslag



1

,Vera Korpershoek


Een executoriaal beslag is een beslag dat gelegd wordt krachtens een executoriale
titel. Een executoriaal beslag is derhalve een middel om iemands recht, dat reeds in
een executoriale titel vastligt, te verwezenlijken.
- Conservatoir beslag
Een schuldeiser die (nog) niet in het bezit is van een executoriale titel kan
conservatoir beslag leggen. Dit is een bewarende maatregel, die in de regel slechts
gelegd mag worden indien daartoe verlof verkregen is van de voorzieningenrechter
(art. 700 lid 1 Rv). Conservatoire beslagen worden gelegd om de blokkerende
werking, dit dient te voorkomen dat de beslagen goederen worden weggemaakt of in
waarde doen verminderd voordat er een executoriale titel is.
Executoriale en conservatoire beslagen zijn dwangmiddelen die op korte respectievelijk
langere termijn strekken tot verwezenlijking van een civielrechtelijke aanspraak.
Paragraaf 4 faillissementsrecht
Men kan het faillissement zien als een beslag op nagenoeg het gehele vermogen van de
failliet ten behoeve van al zijn schuldeisers gezamenlijk, dat uiteindelijk ten doel heeft om de
opbrengst van de vermogensbestanddelen van de failliet te verdelen over de gezamenlijke
schuldeisers.
Paragraaf 5 het recht van parate executie
Van het recht tot parate executie spreekt men wanneer de wet de bevoegdheid geeft tot het
toepassen van bepaalde dwangmiddelen zonder dat daarvoor een executoriale titel is
vereist. Voorschriften waaraan het uitoefenen van deze bevoegdheid is gebonden worden
nauwelijks gegeven. De twee meest genoemde voorbeelden van parate executie zijn het aan
de pandhouder (art. 3:248 lid 1 BW) en de hypotheekhouder (art. 3:268 lid 1 BW). Men kan
zeggen dat de verschijningsvormen van het recht van parate executie liggen op een
overgangsgebied dat enerzijds begrensd wordt door onrechtmatige vormen van eigenrichting
en anderzijds door krachtens het executierecht strikt gereguleerde executiemaatregelen.
Voor de wijze, waarop de parate executie dient te geschieden, gelden de
executievoorschriften van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering slechts indien en
voor zover de wet zulks bepaalt.
Paragraaf 6 wettelijke regeling
De wettelijke regeling van het executierecht is grotendeels te vinden in het vier boeken
tellende Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
Paragraaf 7 executoriale titels
Een executoriale titel wordt ook wel een voor tenuitvoerlegging vatbare titel genoemd. Titel
betekent in deze context het schriftelijk bewijsstuk van enig recht. De wetgever heeft slechts
die titels als executoriale titels aangemerkt, die naar zijn oordeel voldoende zekerheid geven
dat het in de titel omschreven recht ook inderdaad bestaat. Ook bij de tenuitvoerlegging van
executoriale titels, die niet bestaan uit een vonnis, dient de executant uiteraard de regels van
het executierecht in acht te nemen. Een executoriale titel is een schriftelijk bewijsstuk van
enig recht, dat krachtens de wet ten uitvoer kan worden gelegd door middel van in ons
executierecht bekende dwangmiddelen.
Paragraaf 8 niet iedere executoriale titel is direct voor executie vatbaar
- Nog niet opeisbare of toekomstige vorderingen
Art. 3:296 lid 2 BW. Een executoriale titel die een dergelijke veroordeling bevat is
uiteraard pas voor tenuitvoerlegging vatbaar na vervulling van de voorwaarde of
ommekomst van de bepaalde termijn.
- Wachttermijn en schorsende rechtsmiddelen
Er is een wachttermijn van acht dagen voordat een executie tegen een derde kan
worden overgegaan (art. 432 Rv). Ook mag niet tot executie worden overgegaan als
een gewoon rechtsmiddel tegen de desbetreffende rechterlijke uitspraak is ingesteld.
- Voorafgaande betekening
Tot executie mag pas worden overgegaan nadat de executoriale titel, die ten uitvoer
zal worden gelegd, is betekend aan degene die aan de executoriale titel moet
voldoen (art. 430 lid 3 Rv).
De meest voorkomende executoriale titels worden in de komende zes paragrafen besproken.

2

,Vera Korpershoek


Paragraaf 9 Condemnatoire vonnissen en beschikkingen van de Nederlandse rechter
Art. 430 lid Rv.
Paragraaf 10 beslissingen van buitenlandse rechters
Volgens art. 431 lid 1 j. 985-992 Rv kunnen slechts beslissingen van buitenlandse rechters in
Nederland ten uitvoer worden gelegd indien daartoe een verdrag of een wet de mogelijkheid
opent. Er is slechts tenuitvoerlegging in Nederland mogelijk nadat daartoe rechterlijk verlof
van de rechtbank is verkregen (art. 985 Rv). Rechterlijke beslissingen die in een lidstaat zijn
gegeven en daar uitvoerbaar zijn, kunnen ook in een andere lidstaat ten uitvoer worden
gelegd, zonder dat een verklaring van uitvoerbaarheid is vereist (art. 39 Rv).
Paragraaf 11 proces-verbaal schikkingscomparitie
Het in executoriale vorm uitgegeven proces-verbaal van een zogenaamde
schikkingscomparitie vormt eveneens een voor tenuitvoerlegging vatbare titel met betrekking
tot daarin neergelegde verplichten van een of meer partijen (art. 87 Rv).
Paragraaf 12 arbitrale vonnissen
Een in Nederland gewezen arbitraal vonnis kan hier te lande volgens art. 1062 Rv worden
ten uitvoer gelegd nadat de voorzieningenrechter van de rechtbank daartoe verlof heeft
verleend. Dat geldt ook voor de tenuitvoerlegging in Nederland van een in een vreemde staat
gewezen arbitraal vonnis (art. 1075-1076 Rv).
Paragraaf 13 authentieke akten
Volgens art. 430 Rv kan een in Nederland verleden grosse van een authentieke akte
eveneens als een executoriale titel gelden. Volgens art. 156 lid 2 Rv zijn authentieke akten,
akten die in de vereiste vorm en bevoegdelijk zijn opgemaakt door ambtenaren aan wie bij of
krachtens de wet is opgedragen op die wijze doen blijken van door hen gedane
waarnemingen en verrichtingen. Een grosse van een authentieke akte is een als grosse
gewaarmerkt authentiek afschrift van die akte. Een authentieke akte kan slechts als
executoriale titel gelden indien zij direct of indirect voldoende duidelijkheid verschaft omtrent
hetgeen de debiteur verschuldigd is. Soms kan het nuttig zijn om, ook al heeft men een
executoriale titel in de vorm van een authentieke akte, de wederpartij toch bij vonnis te laten
veroordelen. Ook buitenlandse authentieke akten kunnen in Nederland ten uitvoer worden
gelegd indien de wet of een verdrag daartoe de mogelijkheid opent (art. 993 Rv).
Paragraaf 14 dwangbevel
Het dwangbevel uitgevaardigd door de ontvanger der belastingen. Volgens art. 12 van de
Invorderingswet kan de invordering van een belastingaanslag geschieden bij een door de
ontvanger uit te vaardigen dwangbevel. Een dwangbevel bevat een executoriale titel, die met
toepassing van de voorschriften van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering kan
worden tenuitvoergelegd (art. 14 Invorderingswet).
Paragraaf 15 keuzemogelijkheden voor de schuldeiser/executant; vermogensbestanddelen
waarop geen beslag mag worden gelegd
Een schuldeiser die op grond van een overeenkomst recht heeft op een bepaalde prestatie,
heeft bij wanprestatie van zijn schuldenaar de keuze om nakoming van de overeenkomst,
aangenomen dat nakoming door de schuldenaar nog mogelijk is, dan wel ontbinding van de
overeenkomst te vorderen. Er zijn directe en indirecte executiemiddelen:
- Directe executiemiddelen voeren rechtstreeks tot het beoogde resultaat.
- Indirecte executiemiddelen voeren indirect tot het gewenste resultaat.
Tenuitvoerlegging van een executoriale titel tot betaling van een geldsom geschiedt vaak
door het leggen van een beslag op een of meer vermogensbestanddelen van de
schuldenaar, waarbij dan vervolgens tot executoriale verkoop wordt overgegaan en de
executant zich uit de opbrengst voldoet (art. 3:276 BW).
Er zijn wettelijke bepalingen die de mogelijkheid van beslaglegging inperken: art. 436, 447-
448, 475 b Rv. Behoudens dergelijke uitzonderingen is de executant vrij om te kiezen op
welke vermogensbestanddelen van zijn schuldenaar hij beslag legt (art. 435 lid 1 Rv).
Paragraaf 16 de deurwaarder
Bij de executie in civiele zaken vervult de gerechtsdeurwaarder een hoofdrol. Partijen mogen
een vonnis niet zelf ten uitvoer leggen, maar dienen een daartoe strekkende opdracht aan
een gerechtsdeurwaarder te verstrekken. Art. 434 Rv bepaalt dat de overhandiging van de

3

, Vera Korpershoek


executoriale titel de deurwaarder machtigt tot het doen van de gehele executie.
Voorafgaande aan de executie zal de executoriale titel moeten worden betekend aan de
persoon tegen wie de executie zich zal richten (art. 430 lid 3 Rv). Na de betekening van de
executoriale titel kan de gerechtsdeurwaarder tot de eigenlijke executie of tenuitvoerlegging
overgaan, met inachtneming van de daarvoor gestelde regels. In art. 439 Rv staan meerdere
regels over het beslag leggen. Het is mogelijk dat de gerechtsdeurwaarder bij de executie
gehinderd wordt door de geëxecuteerde of door derden.
Paragraaf 17 de sterke arm
De overheid is verplicht om bij de tenuitvoerlegging van executoriale titels zo nodig
politieassistentie te verlenen. De activiteiten van de politie blijven in het teken staan van de
aan de gerechtsdeurwaarder verleende assistentie.
Paragraaf 18 verplichting van veroordeelde tot medewerking aan executie en het
verschaffen van inlichtingen
Een schuldenaar is verplicht om, zo mogelijk, te voldoen aan een in een executoriale titel
neergelegde verplichting. Uit deze verplichting vloeit ook voort dat hij verplicht is zijn
medewerking te geven aan een eventuele tenuitvoerlegging. Uit de verplichting van de
schuldenaar om zijn medewerking aan de tenuitvoerlegging van een executoriale titel te
geven leidt de HR af dat een schuldenaar in beginsel ook verplicht is om inlichtingen omtrent
zijn inkomens- en vermogenspositie en omtrent voor verhaal vatbare goederen te
verschaffen.
Paragraaf 19 het huisrecht
Art. 12 Gw.
Dit artikel is van belang in het geval dat en gerechtsdeurwaarder bij het verrichten van een
executiehandeling of bij het treffen van een executoriaal beslageen woning wil binnengaan
zonder toestemming van de bewoner. Art. 444 Rv is een erg belangrijk artikel. De eerste
twee wetten van de algemene wet op het binnentreden zijn hier ook van belang.
Paragraaf 20 voorafgaande betekening
Het is een algemene regel van het civiele executierecht dat niet tot executie overgegaan
mag worden dan nadat de executoriale titel, die ten uitvoer zal worden gelegd, op de
voorgeschreven wijze aan degene tegen wie de executie zich zal richten, is betekend. Het
vereiste van betekening staat in art. 430 lid 3 Rv. Voor de hier bedoelde betekening gelden
de gewone voorschriften met betrekking tot de betekening van exploten (art. 45 e.v. Rv).
Indien er meer personen zijn tegen wie de titel ten uitvoer kan worden gelegd, dan geldt voor
iedere persoon dat tegen hem of haar tenuitvoerlegging niet mogelijk is dan nadat aan die
persoon betekening heeft plaatsgevonden.
Paragraaf 21 overgang van bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van een executoriale titel
Art. 6:142 lid 1 BW bepaalt dat bij overgang van een vordering de nieuwe schuldeiser ook de
bij die vordering behorende nevenrechten verkrijgt, waaronder de bevoegdheid om de ter
zake van die vordering bestaande executoriale titels ten uitvoer te leggen.
Paragraaf 22 executie onder een derde
Art. 432 Rv bepaalt dat de executant bij de executie tegen een derde van een vonnis, dat
niet uitvoerbaar bij voorraad is, een wachttermijn in acht moet nemen van acht dagen na
betekening van het vonnis aan de veroordeelde. Bovendien moet aan de derde een
verklaring van de griffier overgelegd worden inhoudende dat er in het daarvoor bestemde
register geen aantekening is gedaan van ingesteld verzet, hoger beroep of cassatie.
Wanneer dit wel is ingesteld, dan kan een dreigende executie worden voorkomen. Deze
bepaling geldt niet bij executie tegen derden van uitspraken die wel uitvoerbaar bij voorraad
zijn verklaard. De verplichting van de derde tot medewerking kan ook voortvloeien uit
ongeschreven recht met name uit de zorgvuldigheid die in het maatschappelijk verkeer
betaamt jegens de goederen van anderen in acht te nemen. Een derde die meent dat een
voorgenomen executie jegens hem ontoelaatbaar is, kan door middel van een
executiegeschil tegen die executie opkomen.
Paragraaf 23 executie van een beperkt recht op of een aandeel in een goed
Een beperkt recht is een recht dat is afgeleid uit een meer omvattend recht dat met het
beperkte recht is bezwaard (art. 3:8 BW). Men kan de beperkte rechten onderverdelen in

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller verarkorpershoek. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.93. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

55628 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.93  7x  sold
  • (0)
Add to cart
Added