Dit document bevat alle vragen met antwoorden uit de IVGT December 2021. Bij de vragen waar door de beoordelaars feedback is gegeven, is deze toegevoegd.
Een 40-jarige vrouw vertelt dat haar cyclusduur geleidelijk is gedaald naar 26 dagen. Het
dossier vermeldt een cyclusduur van 32 dagen op 25-jarige leeftijd. Regelmaat, duur en
hoeveelheid bloedverlies zijn ongestoord. Er is geen tussentijds bloedverlies. Deze
verandering in cyclusduur is meest waarschijnlijk:
A. Fysiologisch
B. Pathologisch
Bij welke van onderstaande endocrinologische aandoeningen is de kans op een myopathie
het grootst?
A. Diabetes mellitus
B. Feochromocytoom
C. Hyperthyreoïdie
D. Hypoparathyreoïdie
Bij wie komen recessieve aandoeningen veroorzaakt door mutaties in een gen op het X-
chromosoom vooral voor?
A. Bij mannen
B. Bij vrouwen
C. Even vaak bij mannen als bij vrouwen
D. Mutaties in genen op het X-chromosoom leiden nooit tot ziekte
Een 54-jarige man heeft sinds 3 weken frequent aanvallen van heftig stekende en kloppende
pijnen rondom zijn linkeroog. De pijn gaat gepaard met links een tranend oog, met een
kleinere pupil en een verstopte neus. De pijn is zo heftig dat hij kermt en radeloos door het
huis loopt. De pijn komt plotseling op en duurt ongeveer een half uur. Deze
hoofdpijnaanvallen passen het best bij:
A. Acuut glaucoom
B. Clusterhoofdpijn
C. Migraine
D. Spanningshoofdpijn
Een patiënte staat 5 meter van een visuskaart. Ze kan net de regel lezen die men op 10
meter zou moeten kunnen ontcijferen. Hoe kan men de visus van deze patiënte het beste
omschrijven?
A. 50%
B. 0.5
C. 0.5 dioptrie
Golgi-peeslichaampjes, spierspoeltjes en vrije zenuwuiteinden zijn proprioceptieve
receptoren en essentieel voor registratie van houding en beweging. De kracht van een
spiercontractie wordt vooral waargenomen door:
A. Golgi-peeslichaampjes
B. Spierspoeltjes
C. Vrije zenuwuiteinden
1
,In de hand lopen twee arteriële bogen, de diepe boog en de oppervlakkige boog. Wanneer
de arteria radialis door een letsel wordt afgesloten, wordt de oppervlakkige boog:
A. Niet meer gevuld
B. Verminderd gevuld
C. Nagenoeg normaal gevuld
Een 6-jarig meisje is op vakantie geweest bij familie in Marokko. Na thuiskomst krijgt zij
schilfering op het behaarde hoofd. Het meisje is niet met huisdieren in contact geweest.
Gedacht wordt aan tinea capitis. Welke veroorzaker komt in aanmerking?
A. Microsporon Ovale
B. Pityrosporon Ovale
C. Trichophyton Rubrum
D. Trichophyton Tonsurans
Bij een morbide obese patiënt wordt een mutatie vastgesteld in het gen dat codeert voor
het hormoon leptine. Het gemuteerde leptine is daardoor niet meer actief. Wat doet
leptine? Dit hormoon:
A. Onderdrukt de eetlust
B. Remt de bewegingsdrang
C. Stimuleert de vetverbranding
D. Vermindert de glycogeenafbraak
Een echtpaar komt met jeukklachten die sinds ongeveer een week bestaan. Mevrouw heeft
jeukende uitslag op de handen en polsen en mijnheer op de penis en het scrotum. Ze zijn
sinds 5 weken terug van een tropische vakantie, waar zich geen gezondheidsproblemen
hebben voorgedaan. Welke van de onderstaande diagnosen past bij deze anamnese het
beste?
A. Allergische reactie op malariamedicatie
B. Larva migrans
C. Leishmaniasis
D. Scabiës
Een patiënt met prostatismeklachten krijgt van zijn arts tamsulosine voorgeschreven. Deze
behandeling heeft als belangrijke bijwerking het optreden van:
A. Blaaskrampen
B. Impotentie
C. Orthostatische hypotensie
De stemvorkproef volgens Weber geeft snel een indruk over de aard van een gehoorverlies.
Wat is belangrijk bij de uitvoering van de proef van Weber?
A. Goed contact met de schedel
B. Hard aanslaan van de stemvork
C. Tenminste 15 seconden volhouden
D. Plaatsing achter het oor
2
,Een 35-jarige vrouw wordt behandeld met een ACE-remmer wegens hypertensie. Na een
week behandeling krijgt zij toenemende pijnklachten in de rechterflank. Bij bloedonderzoek
blijkt de nierfunctie sterk verslechterd te zijn. Wat is de meest waarschijnlijke verklaring van
dit klinisch beeld?
A. Glomerulonefritis
B. Nierinfarct
C. Pyelonefritis
Een 34-jarige man is in aangeschoten toestand met zijn auto tegen een boom gereden. Hij
droeg geen gordel en is met zijn gezicht tegen de voorruit geslagen. Direct na het ongeval is
een brilhematoom zichtbaar. Zijn gelaat is gezwollen en hij bloedt profuus uit zijn
aangezicht. Hij heeft een regulaire pols van 120 per minuut, een normale tensie, ziet wat
bleek en zijn lichaamstemperatuur is 35 graden Celsius. Zijn EMV-score is maximaal. De
ademfrequentie is 20/minuut met symmetrisch normaal ademgeruis over alle longvelden.
Aan de vingertop wordt met de pulsoxymeter een zuurstofsaturatie gemeten van 82%. De
hulpverleners besluiten ter plekke tot het endotracheaal intuberen. De duidelijkste indicatie
hiervoor in dit geval is:
A. De bedreigde luchtweg
B. De lage lichaamstemperatuur
C. De lage zuurstofsaturatie
D. Het brilhematoom
E. Het potentiële nekletsel
de zwelling van het gelaat en het bloeden vormen een bedreiging van de luchtweg
(probleem in de Ademweg heeft hoogste prioriteit). Het enige hiertegen zou zijn een
instabiele cervicale wervelkolomletsel (E is fout). Het brilhematoom suggereert een
schedelbasisletsel, maar er is geen aanwijzing voor neurologische gevolgen hiervan
(maximale EMV, D is fout). De lage zuurstofsaturatie is gemeten aan de vingertop bij een
onderkoelde en mogelijk perifeer patiënt geknepen (bleek en gecompenseerde shock)en is
dus geen betrouwbare meting. Bovendien is dit pas aan de orde bij de ademhaling (A heeft
prioriteit). De lichaamstemperatuur van 35 graden is geen aanleiding tot problemen met
ademhaling of in de gaswisseling. Voor uitgebreide ABC methodiek: zie ATLS richtlijn.
Een 55-jarige vrouw wordt vanwege een urineweginfectie behandeld met ciprofloxacine. De
huisarts constateert dat ze naast simvastatine ook vrij verkrijgbare medicatie gebruikt, te
weten sint-janskruid en aluminiumhydroxide. Welk middel dient gestopt te worden
vanwege zijn invloed op de biologische beschikbaarheid van ciprofloxacine? Dat is:
A. Aluminiumhydroxide
B. Simvastatine
C. Sint-janskruid
3
, Zouten zoals aluminiumhydroxide binden aan ciprofloxacine en remmen daardoor de
opname en verminderen de biologische beschikbaarheid. Simvastatine en sint-janskruid zijn
vooral bekend om het veranderen van het metabolisme (en dus de klaring, niet de
biologische beschikbaarheid).
Diagnostiek in de huisartsgeneeskunde leunt voor een deel op epidemiologische kennis. Een
voorbeeld daarvan zijn knieklachten. Bij een 20-jarige man met chronische knieklachten is
de meest waarschijnlijke diagnose:
A. Artrose
B. Chondropathia patellae
C. Jicht
Striae zijn blauwrode atrofische huidlaesies. Striae zijn een begeleidend verschijnsel niet
alleen bij de ziekte van Cushing en na een zwangerschap maar ook bij:
A. Diabetes mellitus
B. Ernstige obesitas
C. Maligne hypertensie
Een 58-jarige man heeft komt bij de huisarts met klachten van een verstopte neus en pijn in
zijn voorhoofd bij bukken. Bij slikken doet zijn rechteroor pijn. Hij heeft sinds 2 dagen koorts
(temperatuur nu 38,6 graden Celsius) en moet met name ’s nachts veel hoesten. Welke
diagnose is nu het meest waarschijnlijk? Dat is:
A. Otitis media
B. Rinosinusitis
C. Tracheïtis
Een 80-jarige vrouw klaagt over pijn en stijfheid in de rechterschouder, hoofdpijn rechts en
pijn bij het kauwen van voedsel. Ze voelt zich slecht, is vermoeid en heeft een subfebriele
temperatuur. De meest waarschijnlijke oorzaak van haar klachtenpatroon is:
A. Arteriitis temporalis
B. Burstitis subacromialis
C. Chronische sinusitis
Een 55-jarige man heeft van de cardioloog een ACE-remmer, lisinopril, gekregen tijdens een
opname vanwege hartfalen. Nu twee weken na de opname komt hij bij zijn huisarts en
vertelt hij dat hij veel last heeft van kriebelhoest. Voorheen had hij hier nooit last van. De
huisarts constateert dat de kriebelhoest een bijwerking is van de lisinopril. Het beste beleid
in dit geval is:
A. De lisinopril vervangen door een andere ACE-remmer
B. Voorschrijven van een hoestprikkeldempend middel, bijvoorbeeld codeïne
C. De lisinopril stoppen en vervangen door een middel uit een andere
geneesmiddelgroep, bijvoorbeeld een A-II antagonist
D. Voorschrijven van een antihistaminicum tegen de klachten van geneesmiddelenallergie
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller justtryingtobecomeadoctor. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.92. You're not tied to anything after your purchase.