Begrippenlijst Dierkunde
begrip verklaring
adaptatie aanpassing (van een organisme aan zijn
omgeving)
allopatrisch populaties of soorten die van elkaar
gescheiden zijn door geografische
verschillen
amnioten De klassen reptilia, aves en mammalia
behoren tot de amnioten omdat ze een
amnionvlies rond hun eieren hebben. Dit
maakte het mogelijk dat ze volledig op het
land konden leven
analogie analoge structuren hebben een
overeenkomstige functie, maar
verschillende evolutionaire afkomst
antropologie De wetenschap die zich bezighoud met alle
aspecten van de mens, zowel op biologisch
als cultureel vlak
antropomorf mensachtig, lijkend op de mens,
vermenselijkt, wanneer menselijk
eigenschappen worden toegekend aan
dieren/planten/dingen of goden
biodiversiteit variatie van biologische soorten in een
ecologisch systeem
carnivoor vleeseter (eet dierlijke producten)
cladistiek = fylogenetische systematiek; een
analysemethode die gebruikt wordt om de
revolutionaire relaties tussen organismen
proberen te bepalen
cladogram Weergave van de verwantschap tussen een
groep taxa in de vorm van een boom met
vertakkingen. (bekomen adhv. cladistiek)
fenotype geheel van uiterlijk zichtbare kenmerken
fylogenie studie van de afstammingsgeschiedenis
genotype geheel van erfelijke informatie die zich in
het DNA bevindt
, homologie homologe structuren hebben een
overeenkomstige evolutionaire afkomst en
dezelfde of een verschillende functie
mutatie verandering in genetisch materiaal
neontologie het bestuderen van levende organismen
omnivoor alleseter (eet zowel plantaardig als dierlijk
materiaal)
sympatrisch Aanduiding voor soorten met gelijke of
overlappende verspreidingsgebieden.
zoögrafie dierkunde = discipline in de biologie die
dieren bestudeerd
stromatoliet vorm van afzettingsgesteente die
veroorzaakt worden doordat cyanobacteriën
het sediment vangen en vasthouden
trilobiet bekende uitgestorven klasse van
geleedpotigen (Arthropoda), die leefde in
het Cambrium
ammoniet een gekamerde schelp afkomstig van een
uitgestorven inktvisachtige (voorouder van
de nautilus)
nautilus enige inktvissoort met een uitwendige
schelp
blauwalg cyanobacteriën = prokaryoot die tot
fotosynthese in staat is. Ze waren de
oorzaak van een zuurstofrijke lucht
porifera sponzen
sedentair gevestigd, op één plaats blijvend,
vastzittend
fagocytose de opname van vaste voedseldeeltjes door
endocytose
endocytose het opnemen van een stof door het
afsnoeren van een blaasje dat versmelt met
het celmembraan
hydrofoob/hydrofiel watervrezend/affiniteit hebbend voor water
hypotoon/isotoon/hypertoon een lage/gelijke/hoge osmotische druk
hebben
semi-permeabele wand selectief doorlaatbare wand
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marenbergen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.