H1, h2 zonder 2.2.5, 2.3.3, 2.3.6, 2.3.7, 2.4.5, 2.4.6, h3 zonder 3.2.3.3, 3.3, 3.4.5.1, 3.5.4, 3.5
January 6, 2022
18
2021/2022
Summary
Subjects
personen en familierecht
huwelijksvermogensrecht
erfrecht
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hogeschool Arnhem en Nijmegen (HAN)
HBO-Rechten
Personen- En Familierecht
All documents for this subject (20)
Seller
Follow
michelleheuts
Content preview
Personen- en familierecht
Hoofdstuk 1
Paragraaf 1.1, de persoon
Persoonlijkheid begint bij de geboorte, vanaf dat moment is men een rechtssubject en dus
drager van rechten en plichten. Art. 1:2 BW het kind wordt reeds al geboren aangemerkt,
indien dit in het belang van het ongeboren kind is en het levend geboren wordt van
belang in het erfrecht.
Paragraaf 1.2, naam en woonplaats
1.2.1 de naam
Een naam geeft een persoon identiteit. Iemand zijn voornaam is de naam die in de
geboorteakte staat vermeld, art. 1:4 lid 1 BW. Voornaam kan gewijzigd worden indien daar
een verzoek bij de rechtbank wordt ingediend, lid 4. De ambtenaar van de burgerlijke stand
kan voornamen weigeren, lid 2.
Vanaf 1998 hebben de ouders keuzevrijheid wat de geslachtsnaam betreft, art. 1:5 lid 4 BW.
De gezamenlijke verklaring kan al voor de geboorte worden gedaan maar ook bij de aangifte
van de geboorte. Binnen 3 dagen na de bevalling moet er verplicht aangifte gedaan worden,
art. 1:19e lid 6 BW. Indien er geen gezamenlijke keuze wordt gemaakt, wordt het de naam
van de vader c.q. duomoeder, art. 1:5 lid 5 sub a jo. Lid 13 BW. Deze keuzevrijheid is alleen
bij het eerste kind, art. 1:5 lid 8 BW. Om de geslachtsnaam te veranderen zal de betreffende
persoon een verzoek bij de koning moeten indienen, art. 1/:7 lid 1 BW. Bij Koninklijk Besluit
wordt de wijziging vastgesteld. Art. 1:9 BW geeft echtgenoten/geregistreerde partners het
recht de naam van de ander te voeren.
1.2.2 de woonplaats
De woonplaats van een persoon bevindt zich in de woning waar de persoon duurzaam
verblijft, en bij gebrek hieraan het werkelijk verblijf, art. 1:10 BW. Bij
handelingsonbekwamen geldt de woonplaats van degene die het gezag over hen uitvoert,
art. 1:12 lid 1 BW.
Paragraaf 1.3, het huwelijk en het geregistreerd partnerschap
1.3.1 het huwelijk
Materiële vereisten huwelijk (huwelijksbeletsel)
Minimaal de leeftijd van 18 jaar, art. 1:31 lid 1 BW
Twee personen van hetzelfde/verschillende geslacht, art. 1:30 BW
Geen polygamie, art. 1:33 en 1:42 BW
Geen bloedverwantschap in opgaande/neergaande lijn of broer/zus/neef/nicht mag
niet, tenzij verklaring (art. 1:41/41a BW)
Indien onder curatele, toestemming curator nodig, art. 1:37 en 1:38 BW
Indien de ambtenaar op de hoogte is van een huwelijksbeletsel, dan mag hij niet meewerken
aan de voltrekking van het huwelijk of daaraan voorafgaande formaliteiten, art. 1:57 BW.
Bepaalde personen krijgen de mogelijkheid een huwelijk te stuiten op grond van
,huwelijksbeletsel. Dit wil zeggen dat deze persoon zich kan verzetten tegen een aanstaand
huwelijk. Gedurende stuiting mag een huwelijk niet voltrokken worden, art. 1:56 BW.
Personen die bevoegd zijn tot stuiting:
Bloedverwanten in rechte lijn
Broers
Zusters
Voogden
Curatoren van een van de aanstaande echtgenoten, art. 1:51 BW
Reeds bestaande echtgenoot/geregistreerd partner (voorkoming polygamie), art.
1:51 BW
Openbaar Ministerie indien zij op de hoogte van huwelijksbeletsel is. Art. 1:52 lid 1
BW
Art. 1:50 BW stelt dat stuiting ook van toepassing is wanneer het huwelijk gericht is op het
verkrijgen van toelating tot Nederland.
Formele vereisten
1. Het voornemen om te gaan huwen dient kenbaar te worden gemaakt aan de
ambtenaar van de burgerlijke stand, art. 1:44 BW. Derde kennis te laten nemen
van het huwelijk, wat weer van belang is voor de eventuele stuiting.
2. Wachttijd: het huwelijk mag pas vanaf de 14e dag na de bekendmaking aan de
ambtenaar worden voltrokken, art. 1:62 BW. Geeft ook tijd om te bekijken of er
beletselen zijn.
3. Binnen een jaar na de bekendmaking moet er getrouwd zijn, art. 1:46 BW
4. Minimaal 2, maximaal 4 getuigen, art. 1:63 BW
Huwelijksvoltrekking: ten overstaan van de ambtenaar en in aanwezigheid van de getuigen
de aanstaande echtgenoten verklaren dat zij elkaar aannemen tot echtgenoten en dat zij
getrouw alle plichten zullen vervullen, die door de wet aan de huwelijkse staat worden
verbonden, art. 1:67 lid 1 BW. Vervolgens verklaart de ambtenaar dat de partijen door echt
aan elkaar verbonden zijn en maakt de akte op, art. 1:67 lid 2 BW. Als aan alle formele
vereisten voldaan is, is het huwelijk tot stand gekomen. Ook als er huwelijksbeletselen aan
de orde zijn. Het huwelijk kan dan wel nietig worden verklaard door de rechter, art. 1:69 jo.
1:76 BW.
1.3.2 het geregistreerd partnerschap
Een geregistreerd partnerschap tussen twee personen van hetzelfde geslacht wordt in
sommige landen eerder erkent dan het huwelijk. Het geregistreerd partnerschap kan op alle
punten worden gelijkgesteld met het huwelijk. Vereisten, art. 1:80a BW,
huwelijksvermogensrecht, art. 1:80b BW en de regels van een echtscheiding, art. 1:80d en
1:80e BW.
Ook verschillen:
Geregistreerd partnerschap komt tot stand zonder formele verklaring, art. 1:67 BW
akte door de ambtenaar met de handtekeningen brengt het geregistreerd
partnerschap tot stand
Art. 1:68 BW is niet van toepassing bij geregistreerd partnerschap
Het geregistreerd partnerschap wordt beëindigd zonder tussenkomst van de rechter.
Met wederzijds goedvinden van beide partners en er geen kinderen in het spel zijn,
, art. 1:80c lid 1 sub c jo. Lid 3 BW. Anders door middel van ontbinding, art. 1:80c lid 1
sub d BW
Scheiding van tafel en bed is niet mogelijk bij het geregistreerd partnerschap
Paragraaf 1.4, ontbinding van het huwelijk en scheiding van tafel en bed
1.4.2 echtscheiding
Wijzen van beëindiging van het huwelijk:
1. Door de dood, art. 1:149 sub a BW
2. Een nieuw huwelijk of geregistreerd partnerschap in geval van vermissing van een
echtgenoot, art. 1:149 sub b BW
3. Echtscheiding, art. 1:149 sub c BW
4. Door ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed, art. 1:149 sub d BW
Art. 1:150 BW stelt dat scheiden alleen door uitspraak van de rechter op verzoek van
echtgenoten gezamenlijk of van een van hen kan, art. 1:150 BW. Als er een gezamenlijk
verzoek is vaststellen dat het verzoek is gegrond op beider oordeel, art. 1:154 BW. Bij een
eenzijdig verzoek moet de rechter vaststellen dat het huwelijk duurzaam is ontwricht, art.
1:151 BW.
Wanneer de rechterlijke beschikking wordt ingeschreven in de registers van de burgerlijke
stand is er sprake van een echtscheiding, art. 1:163 lid 1 BW. Het verzoek tot inschrijving
dient binnen 6 maanden te zijn gedaan, art. 1:163 lid 3 BW.
1.4.3 partneralimentatie
De rechter heeft de discretionaire bevoegdheid om partneralimentatie vast te stellen een
uitkering tot levensonderhoud tussen echtgenoten. Hiervoor moet de echtgenoot niet
voldoende inkomsten tot zijn levensonderhoud hebben, art. 1:156 lid 1 BW. Bij bepaling van
de hoogte zal de rechter ook laten meespelen in hoeverre de alimentatiegerechtigde in staat
is zelf in zijn behoefte te voorzien behoeftigheid. De draagkracht wordt bepaald door de
financiële middelen min de lasten. Echtgenoten kunnen ook zelf de
alimentatieverplichtingen regelen, art. 1:158 BW.
De alimentatieverplichting eindigt van rechtswege na het verstrijken van een termijn die
gelijk is aan de helft van de duur van het huwelijk met een maximum van 5 jaar, art. 1:157 lid
1 BW. Art. 1:157 lid 4 BW kent een uitzondering: niet voordat de kinderen uit dat huwelijk 12
jaar zijn.
1.4.4 scheiding van tafel en bed
Scheiding van tafel en bed heeft geen ontbinding van het huwelijk tot gevolg, art. 1:169 e.v.
BW. Veel regels van echtscheiding van toepassing, art. 1:169 lid 2 BW. Door het indienen van
een verzoek tot scheiding van tafel en bed wordt de huwelijksgemeenschap van rechtswege
ontbonden, art. 1:99 lid 1 sub c BW. Indien er na de scheiding van tafel en bed, alsnog
gescheiden wil worden, moet er een verzoek tot het ontbinden van het huwelijk worden
gedaan, art. 1:181 BW. Indien maar een echtgenoot dit verzoek indient, ontbindt de rechter
het huwelijk als de scheiding van tafel en bed tenminste 3 jaar heeft geduurd, art. 1:179 lid 1
BW.
Paragraaf 1.5 afstamming en adoptie
1.5.2 familierechtelijke betrekking en bloed- en aanverwantschap
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller michelleheuts. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.