100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Kleur En Licht $8.85   Add to cart

Summary

Samenvatting Kleur En Licht

2 reviews
 211 views  18 purchases
  • Course
  • Institution

Een grondige samenvatting van kleur en licht, 2de semester in het 1ste jaar.

Preview 5 out of 29  pages

  • January 6, 2022
  • 29
  • 2020/2021
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: ellavandewynckele • 1 year ago

review-writer-avatar

By: janadb6 • 1 year ago

avatar-seller
KASK



Kleur en Licht
1ste bachelor interieur vormgeving




Laura-Line Demaeght
[Datum]

,GESCHIEDENIS

 Tot 18de eeuw enkel daglicht en vlam als kunstmatige lichtbron
 Na 18de eeuw gas- en elektrische lichtbronnen

KWANTITATIEVE LICHTPLANNING

Intensief onder zoek naar de relatie tussen verlichtingssterkte en productiviteit op de werkvloer

Ontstaan van omvangrijke regelgeving:

- Minimale verlichtingssterkten
- Kwaliteiten van kleurweergave
- Anti-verblinding
- Hoeveel licht is er nodig om de activiteit uit te voeren?

De ethische waarneming hoorde hier niet bij.




KWALITATIEVE LICHTPLANNING

Ontstaan na WOII in de VS door uitbreiding van de fysiologie van het zie-apparaat.

- Wisselspel tussen waarnemen, object en licht
- Aangenaam belichten van objecten
- Bepaalt veiligheid, welzijn en comfort, ethisch

OP WAARNEMING GERICHTE LICHTPLANNING

Ontstaan in de jaren 60

- Gevoel dat ontstaat bij het ervaren van bepaalde belichting
- Psychologie tussen mens en licht

RICHARD KELLY (1910-1977)

- Pionier in kwalitatieve lichtplanning
- Voegde waarnemingspsychologie en toneelverlichting samen tot 1 concept
- Vraag: lichtkwantiteit? Naar afzonderlijke kwaliteiten van licht

Jaren 50: drie basisfuncties

- Licht om te zien (ambient luminescence)
Algemene verlichting in de ruimte
Alles is zichtbaar
Zorgde voor oriëntatie en actie
- Licht om naar iets te kijken (focal glow)
Het licht heeft een doel, brengt informatie, schept hiërarchie, orde
- Licht om te bekijken (play of brilliants)
Licht verwijst niet naar informatie maar bevat informatie. Is decoratie, staat op zichzelf.




1

,ZIEN EN WAARNEMEN

LICHT

 Zichtbaar licht = deel van het elektromagnetisch spectrum dat lichtindruk opwekt in het menselijke
oog.
 Zichtbare kleurspectrum dat zichtbaar is voor het
menselijke oog ligt tussen 380nm (violet) en 760nm
(rood)
 Licht is een vorm van energie die zicht voortplant met
een bepaalde energie


DE MONOCHROMATISCHE KLEUREN (= PUTE SPECTRUM)
 Alle kleuren die zichtbaar zijn in een enkele golflente van licht
 Kleurenspectrum = totaal lichtkleuren binnen een elektromagnetisch spectrum
 Menselijk gezichtsvermogen kan meerdere spectrale kleuren niet onderscheiden = komen samen in 1
kleurindruk
 Mengkleuren = kleuren buiten de spectrale kleuren
 Lichtbron met spectrale kleuren = ervaren als wit. Hoeveelheid kleur bepaald koud of warm licht.


FYSOLOGIE VAN HET OOG




SFERISCHE ABBERATIE
Afgebeelde objecten worden door de kromming van het netvlies vertekend


CHROMATISCHE ABBERATIE
Onscherpe afbeeldingen door de verschillende breking van de spectralekleuren




2

,WAARNEMEN


RECEPTOREN
staafjes kegeltjes
- Hoge lichtgevoeligheid - dingen met een hogere
- Grote capaciteit voor het lichtsterkte zien
waarnemen van beweging over - onder daglicht of elektrisch licht
het gehele gebied van de visie - weinig licht gevoelig
- Kunnen geen kleur waarnemen: - geconcentreerd In het centrale
de contouren zijn niet scherp gebied rond het netvlies
- geactiveerd bij - kleuren zien en scherpe
verlichtingssterkte niveau contouren van voorwerpen
minder dan 1 lux - We zien Alleen het belangrijkste
- Nachtvisie gebied van de waarneming In het
- Kleuren zijn niet te centrale gebied
onderscheiden - het perifere gezichtsveld:
wanneer interessante
fenomenen ervaren worden


DAG EN NACHT
Licht kan zich in verschillende verlichtings-verhoudingen stellen.


LUMINANTIE(LICHTSTERKTE)
aanpassing van licht-sterkte gebeurt door het netvlies (kegeltjes + staafjes)

- Met kegeltjes overdag kijken = fotopische visie
- Staagjes voor nachtzicht = scotopische visie
- beide receptorsystemen in werking bij overgang van donker naar licht= mesopische visie

adaptievermogen = vermogen om zich aan te passen aan grote verschillende helderheid/luminantie


ADAPTIETIJD
- ondanks groot adaptievermogen  beperking tot contrastwaarneming
- oog kan niet alle illuminaties waarnemen op hetzelfde moment
- objecten met hoge helderheid tegenover een bepaald licht kunnen verblinding
veroorzaken
- objecten met lage helderheid lijken donker te worden
- adaptie naar licht = snel
- adaptie naar donker = traag
- effect op lichtplanning  voorkom verblinding!


OOGGEVOELIGHEID
- is de gemiddelde gevoeligheid van het oog voor verschillende golflengtes
- Bepaald door kegeltjes  vertegenwoordigt in fovea
- Elk kegeltje heeft eigen kleurpigment  dus eigen eigen gevoeligheidsmaximum
- Blauwgroen
- Kenmerken binnenvallend licht: invalsrichting, kleur.
- Hersenen registreren/controleren/vergelijken informatie  feitelijke waarneming

3

, ACCOMODATIEVERMOGEN
- Scherpstellen van het beeld op het netvlies
- Met vervorming van de ooglens
- Ooglens platter of boller om afstand van ooglens tot het waar te nemen object aan te passen.



PSYCHOLOGIE VAN HET KIJKEN

CONTOUR

Waarneming van de vorm bij een ontbrekende contour kan alleen op basis van schaduwvorming.




TOTALE VORM

Totale vorm ob basis van details zichtbaar is




KLEUR

de kleuren passen zich aan, aan de omliggende kleuren




STABILITEIT

Hoe objecten ondaks verschillende verlichting een gelijk effect hebben. Terwijl er afstand is




LICHTSTERKTE

Lichtgrijs met witte omranding lijkt donkergrijs, en ook omgekeerd

Komt door de directe verwerking van de waargenomen stimulus, de waard-genomen helderheid ontstaat uit de
verhouding van de helderheid van het grijze veld en de helderheid van de directe omgeving.




LUMINANTIEVERLOOP

Constante luminantie verloop van de wand = verlichtingseigenschap gezien

De scherpomlijnde beeldvlakken als materiaaleigenschap geïnterpreteerd

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laura-lined. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.85. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.85  18x  sold
  • (2)
  Add to cart