Samenvatting ADHD.
1. Inleiding.
ADHD is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig patroon van
significante problemen op het vlak van onoplettendheid en/of hyperactiviteit
-impulsiviteit.
➢ Stoornis: ADHD is ontw stoornis en is dus aangeboren. Kenmerken worden duidelijk
voor de leeftijd van 12 jaar.
➢ Hardnekkig: symptomen blijven minstens 6 maanden aanhouden, verdwijnt niet met
intensieve ondersteuning of vanzelf.
➢ Significante beperkingen: problemen die meer uitgesproken zijn dan bij
leeftijdsgenoten en die het functioneren of de ontw negatief beïnvloeden.
➢ Onoplettendheid: problemen met richten en volhouden van aandacht, grote
afleidbaarheid.
➢ Hyperactiviteit-impulsiviteit: Hyperactiviteit: overbeweeglijkheid, motorische onrust,
druk en hevig gedrag op ongepaste momenten. Impulsiviteit: uitvoeren van
overhaaste handelingen zonder na te denken.
ADHD is een controversiële diagnose, vele ontkennen of onderschatten het bestaan
maar meeste onderzoekers en clinici met expertise over ADHD geloven er wel in.
De diagnose in ADHD wordt nog te vaak gesteld door mensen die er niet voor zijn
opgeleid of geen grondig multidisciplinair onderzoek voeren.
→ zorgt voor overdiagnosticering en overmedicatie.
Psychofarmaca mag enkel worden voorgeschreven als andere behandelingen niet
voldoende helpen of bij ernstige vormen van ADHD, maar steeds in combinatie met
psychosociale interviews.
ADHD komt vaak samen voor met externaliserende stoornissen als
oppositioneel-opstandige stoornis (ODD) en normoverschrijdend-gedragsstoornis (CD) →
behoren tot de disruptieve, impulsbeheersings- en andere gedragsstoornissen in de DSM
2. Kenmerken.
2.1 Primaire gedragskenmerken.
Twee opvallende kenmerken: (sommige vertonen ze beide, andere maar 1 van de 2)
1) Onoplettendheid.
● Afleiding door prikkels uit omgeving of eigen gedachten → zorgt voor niet
afwerken van taken.
● Moeite met plannen, gaan ongestructureerd te werk, maken slordige
fouten.
, ● Moeite met opvolgen instructies, lijkt niet te luisteren bij aanspreking.
● Kenmerken staan onder invloed v/d context en situatie waar het kind zich
in bevindt.
● Als activiteiten het kind interesseren → minder aandachtsproblemen →
opgaan in activiteit dat hij niet meer hoord als hij wordt aangesproken.
● Kind met ADHD kan zich dus wel concentreren maar heeft sterkere prikkels
nodig dan andere kinderen. → zorgt voor onbegrip ouders en omgeving.
2) Hyperactiviteits-impulsiviteit.
● Onrustig in bewegingen zijn, rondrennen, friemelen, voeten tikken, draaien
op stoel. → stilzitten kost veel energie.
● Moeite met rustig bezig houden, praten graag maar voelen vanbinnen
grote onrust.
● Hyperactiviteit in gedrag verdwijnt op volwassen leeftijd maar innerlijke
rusteloosheid blijft bestaan.
● Zijn vaak impulsief, kunnen zich niet goed beheersen, denken niet na over
gevolgen.
● Innerlijke controle ontbreekt → gevaarlijk gedrag, sociale opdringerigheid,
ondoordacht aan iets beginnen, ondoordachte besluiten nemen, moeite
met op beurt wachten.
Kenmerken kunnen verschillen van situatie tot situatie → invloed die kenmerken
hebben op motivatie speelt belangrijke rol.
Contextfactoren met positieve invloed op het gedrag:
● Aanwezigheid frequente en onmiddellijke beloningen.
● Positieve feedback krijgen op goed gedrag.
● Onder toezicht staan van begeleider.
● Nieuwe/ gestructureerde situatie.
● Afwezigheid van achtergrondlawaai.
● Krijgen van individuele aandacht.
● Voormiddag vaak minder druk dan namiddag.
→ dit worden belemmerende factoren als hier niet aan tegemoet wordt gekomen.
ADHD is een heterogene stoornis → komt door contextfactoren die het klinische beeld
beïnvloeden.
Factoren die bepalen in welke mate de symptomen tot uiting komen zijn:
● Mate waarin bijkomende of comorbide problemen aanwezig zijn.
● Fenotype van ADHD.
● Geslacht + leeftijd van kind.
● Levensgeschiedenis + andere persoonlijke factoren.
, 2.2 Fenotypes.
Afhankelijk van de mate waarin primaire kenmerken aanwezig zijn worden er 3
fenotypes/ klinische beelden van ADHD onderscheiden:
1) ADHD, het overwegende onoplettend type/beeld.
● Voornamelijk aandachtsproblemen met weinig tot geen kenmerken van
hyperactiviteit-impulsiviteit.
● Werd vroeger ADD genoemd.
● Valt minder op dan andere types omdat aandachtsproblemen weinig last
bezorgen aan omgeving.
● Komen vaak ongemotiveerd en passief over, dagdromen, verstrooid/
vergeetachtig.
● Komt meer voor bij meisjes.
2) ADHD, het overwegend hyperactief-impulsief type/beeld.
● Voornamelijk hyperactiviteit-impulsiviteit met weinig tot geen kenmerken
van aandachtsproblemen.
● Vertonen grote motorische onrust of reageren impulsief.
● Worden als lastig ervaren en worden afgewezen door andere kinderen en
volwassenen uit hun omgeving.
● Komt meer voor bij jongens.
3) ADHD, het gecombineerd type/beeld.
● Zowel aandachtsproblemen als hyperactiviteit-impulsiviteit.
→ Gedrag zal er anders uitzien afhankelijk tot welk fenotype het kind behoort, maar
zal wel dezelfde diagnose krijgen.
2.3 Secundaire gedragskenmerken.
● Primaire kenmerken (vooral aandachtsproblemen) kunnen leiden tot
leerachterstand en school onderpresteren.
● Opstandige houden naar taken toe door afkeer naar mentaal inspannende taken
toe die ze niet volhouden en niet tot goed einde zullen brengen.
● Hyperactiviteit-impulsiviteit → vaak ruzie maken, bazig zijn, per ongeluk andere
pijn doen, zich moeien, irriteren, ongepaste uitspraken eruit flappen. → daarom
vaak minder populair.
● Lopen groter risico op afwijzing, uitsluiting en pesterijen.
● Relatie ouders, broers/zussen en leerkrachten vaak verstoord door
gedragsproblemen.
● Negatieve interacties en stress in gezin als reactie op de problemen. Ouders
maken zich zorgen over toekomst, of herkennen zichzelf in probleem.
(schuldgevoelens, naar boven halen onverwerkt verdriet eigen jeugd). → Kan
leiden tot ruzzies of discussie binnen gezin, spanning tss ouders, broers/ zussen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rebeccaengelen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.