Het menselijk lichaam
1. Bestanddelen van ons voedsel en hun functie
1.1 De functie van voedsel
Brandstoffunctie
Herstelfunctie
Opbouwfunctie
Beschermfunctie
1.2 Voedende bestanddelen van ons voedsel
Zetmeel en suiker (Kh)
Eiwitten (proteïnen)
Dierlijke en plantaardige vetten (lipiden)
Mineralen
Voedingsvezels
Vitaminen
Water
1.3 Enkele regels voor een gezonde voeding
Vaste tijdstippen voeden
Voldoende afwisseling
Overdaad schaadt
Snoep en suiker zeer nadelig voor gezondheid
1.4 Hoe verwerken we ons voedsel?
Bij geboorte volledig gebit, aangetaste melktanden gebit beschadigen
2- 3 maal poetsen overblijvende voedselresten geen schade
Speeksel (verteringsenzymen) afgescheiden door speekselklieren
Tong duwt spijsbol in slokdarm
Huig en strotklep: voedsel niet in neus en luchtpijn
Slokdarm: ringvormige spieren voedsel naar maag duwen, ligt achter luchtpijp
Maag: kneedt voedsel + maagsap (Dit bevat meerdere verteringsenzymen)
Verteerd voedsel komt in dunne darm + verteringsenzymen zoals alvleessap
(alvleesklier) en galsap vervaardig wordt door de lever en tijdelijk opgeslagen kan
worden in galblaas
Verder in dunnen darm worden voedende bestanddelen opgenomen door bloed
en vervoerd naar alle delen van lichaam
Onverteerbare stoffen worden afgevoerd door dikke darm
2. De functie van de bloedsomloop
2.1 We bekijken een druppel bloed onder de microscoop
Witte bloedcellen: immuniteit, beschermen tegen bacteriën
Rode bloedcellen: vervoeren CO2 en O2 (Hemoglobine)
Bloedplaatjes: Stollen
Serum/ plasma: Gele vloeistof, mineralen en eiwitten
2.2 Bloedvaten (zie ppt voor figuur)
, Slagaders: Vervoert bloed van hart naar longen/ andere organen
Haarvaten: Slagaders die dunner worden en zich vertakken
Aders: Voeren bloed naar het hart
2.3 Zo werkt het hart
Hart is een pomp
Hartslag in rust: 72 per minuut
2.4 Er gaat iets mis
Slagaderlijke bloeding: helderrood bloed (zuurstofrijk) spuit schokkend uit wonde
(samentrekking van linkerkamer)
Aderlijke bloeding: donkerrood bloed (zuurstofarm) vloeit langzaam en in kleine
hoeveelheden naar buten
3. De ademhaling
3.1 Zuurstof en verbranding
3.1.1 Algemeen
Brandstoffen en brandbare stoffen
Brandstoffen: stoffen om te verbranden omdat energierijk zijn
Brandbare stoffen: O2 verbruikt en ontstaan gassen zoals CO2 en waterdamp
Slechts ontbranden als er een minimum ontstekingstemperatuur aanwezig is
Oxidatie
Verbranden van O2
Roesten is ook een oxidatie
3.1.2 Bij het menselijk lichaam
Energievoorziening
Zuurstof die we opnemen gaan we onze voedingstoffen verbranden om energie
te hebben
Uitstoot van CO2
CO2 ademen we uit en is nuttig voor planten
Planten hebben CO2 en water nodig, om met behulp van zonlicht er hun eigen
voedingsstoffen van te maken
3.2 Zo ademen we in en uit
Inademen
Middenrif naar beneden, borstkas uit
Longen vullen zich met lucht
Ademen door neus dan wordt lucht gezuiverd en verwarmd
Uitademen
Middenrif naar boven, borstkas krimpt in
Longen laten lucht verdwijnen
3.3 De bouw van de longen
, Bouw: talrijke longblaasjes, omgeven door kleine bloedvaten (=haarvaten)
Zuurstofgas dringt door wand van longblaasjes en haarvaten, komt in bloed
Zuurstofarm bloed is het bloed dat ons lichaam heeft doorstroomd en zijn
zuurstof heet afgegeven, heeft CO2 in plaats opgenomen
3.4 Lucht is belangrijk
Gezonde lucht
21% zuurstofgas
78% stikstofgas
1% edelgassen
0,03% koolfstofdioxidegas
Natuurlijke vervuiling
Sommige verontreinigende stoffen hebben een natuurlijke oorsprong
Zoals zeezout, woestijnstof, zaadjes, stuifmeel en sporen van paddenstoelen
Gassen en stoffen die in de lucht komen door vulkaanuitbarsting (stof en as)
Menselijke vervuiling
Industriële processen
Huishoudelijke en industriële verbrandingsprocessen
Het verkeer
Zorgt voor problemen:
o Roetdeeltjes en gassen
o Ongunstige scheikundige reacties in de lucht
Milieubeschermende maatregelen
In de landbouw: biofilters
In het verkeerd: drieweg- katalysator
In de industrie: energiebesparende maatregelen
In het huishouden; afval selecteren
Korstmossen
Mijden lucht waar een reukje aan zit
Vreemde wezens
Bestaan uit schimmel en wier die samen een mini-levensgemeenschap vormen
Komen op plaatsen voor waar geen andere planten kunnen groeien: kale rotsen,
boomstammen, muren en daken
Voedingstoffen halen ze uit de lucht
Plaatsen die ernstig vervuild zijn zie je er geen
Hoog in de bergen kan je er vinden want daar is lucht zuiver
4. De zintuigen
4.1 Intro
Levende wezens reageren op veranderingen in hun omgeving
, Hogere dieren hebben speciale zintuigen
De mens meer ‘zinnen’ dan de bekende vijf
Ogen, oren en huid reageren op fysische prikkels, smaak en reuk -> bewust van
chemische prikkels
4.2 Het oog wil ook wel wat
4.2.1 Het oog, een gevoelige camera
Zien kan heel eenvoudig omschreven worden als het waarnemen van licht
Voor de mens een belangrijke factor van waarneming
Zelfs met goed werkende ogen is ons waarnemingsvermogen toch nog begrenst
Ogen worden soms wel eens bedrogen
4.2.2 De bouw van ons oog
Het menselijke oog is hol, bolvormig, met vloeistof gevuld orgaan
Druk van de vloeistof houdt oog bol
Rust op een vetkussen in een benige oogkas (beschermd tegen schokken/stoten)
Wimpers en wenkbrauwen verhinderen dat er zweet en water in het oog druipt
Traanvocht afgescheiden door traanklier, wordt beweging van de oogleden
verspreid over het oog (oog vrij van stofdeeltjes)
Traanvocht via twee traankanaaltjes en een traanzakje afgevoerd naar neusholte
Tranen ontstaan door prikkeling van traanklier
De oogbol
Aan de oogbol zijn er 4 rechte en 2 schuine oogspieren (bewegen mogelijk)
Oog is opgebouwd uit 3 oogvliezen:
o Het hoornvlies (voorste gedeelte)
o Het vaatvlies (voorzien van bloedvaten
o Het netvlies (binnenste vlies, met gele vlek als lichtgevoeligste gedeelte)
Plaats waar oogzenuw en bloedvaten het oog verlaten is ongevoelig voor licht
(=de blinde vlek)
Grootste deel van het oog gevuld met glasachtig lichaam
Voor glasachtig lichaam ligt de ooglens, door lensbandjes vast aan straallichaam
(verdikte rand van vaatvlies)
Ruimte tussen hoornvlies en lens is de iris (2 kamers gevuld met kamervocht)
De opening in de iris wordt pupil genoemd
Zintuigcellen
Twee soorten zintuigcellen:
o Staafjes: laten bewegingen en objecten waar te nemen in weinig licht
maar kunnen geen kleuren registreren
o Kegeltjes: Kunnen kleur waarnemen, maar kunnen niet werken bij weinig
licht/ ze liggen ter hoogte van de gele vlek in het netvlies
4.2.3 Hoe werkt het oog?
4.2.3.1 Bouw en werking
Bouw en werking van het oog zijn te vergelijken met een fototoestel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nathanlagaeysse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.11. You're not tied to anything after your purchase.