Dit document bevat uitgebreide uitwerkingen (inclusief spss stappen) van SPSS sessie 1/4 van het vak psychometrie. Daarnaast bevat het een korte samenvatting van de worked examples. Ik heb met deze samenvatting een 8 gehaald voor het tentamen.
a. Bereken de schaalscore als de som van alle ADHD-items. Bereken de schaalscore alleen voor
respondenten die minimaal 22 geldige antwoorden hebben. Rond de schaalscores af op gehele
getallen (0 decimalen). Wat is de gemiddelde schaalscore?
1. Transform > Compute > Target Variable: scalescore > Numeric Expression:
rnd(MEAN.22(bva01 to bva26)*26) > ok
2. Analyze > Descriptive Statistics > Descriptives > Variable: scalescore > Statistics: mean > ok
> De gemiddelde schaalscore is: 27.24
MEAN.N-functie: vooral geschikt is voor tests die gedrag of attitudes meten.
N: het aantal waarnemingen dat minimaal nodig is om de schaalscore te berekenen >
MEAN.8 betekent dat een respondent minimaal 8 antwoorden moet hebben om een
schaalscore te berekenen. De waarde van N is een subjectieve keuze.
Voorbeeld: een vragenlijst die autisme meet en uit 30 vragen bestaat en een Likert-schaal
van 5 punten gebruikt. Hoeveel items moeten er minimaal worden beantwoord om een
schaalscore te krijgen die representatief is voor de mate van autisme van een bepaald kind.
Stel dat we N=20 gebruiken. Bij kinderen met een aantal waarnemingen kleiner dan 20,
wordt geen schaalscore berekend. Voor kinderen met minimaal 20 antwoorden wordt de
gemiddelde score berekend op basis van het aantal geldige antwoorden. Een nadeel van een
gemiddelde als schaalscore is dat deze vaak decimalen heeft en dat is voor praktische
doeleinden niet bruikbaar. Daarom kunnen de gemiddelde scores worden vermenigvuldigd
met het totale aantal items, in dit geval 30. De spss-functie wordt dan: MEAN.20 * 30. We
kunnen de functie RND gebruiken om de getallen af te ronden. De complete functie in SPSS
wordt dan: RND (MEAN.20 * 30).
b. Maak een staafdiagram voor de gemiddelde schaalscore voor jongens en meisjes.
Graphs > Legacy Dialogs > Bar > Simple > Summaries for groups of cases > other statistic >
variable: scalescore > Category axis: gender > ok
c. Bereken de Z-scores van de schaalscores. Wat is de t-waarde van het verschil in gemiddelden
tussen jongens en meisjes?
1. Analyze > Descriptive Statistics > Descriptives > Variable: scalescore > save standardized
values as variables > ok
2. Analyze > Compare Means > Independent-Samples T test > Test variable: Z-score
(scalescore) > Grouping Variable: gender (0,1) > ok
De output laat zien dat de T-statistieken 2.654 zijn. Aangezien de Levene-test laat zien dat die
varianties niet gelijk zijn (test is significant), moeten we kijken naar de tweede regel: gelijke
, varianties NIET aangenomen. De bijbehorende p-waarde laat zien dat we de hypothese dat
man en vrouw dezelfde schaalscore hebben, moeten verwerpen. Vanuit vraag b weten we
dat jongens gemiddeld hoger scoren dan meisjes.
d. Bereken de kans dat een kind een score van 20 of lager heeft. Ga er vanuit dat de schaalscore
een normale verdeling heeft.
1. Transform > Compute variable > Target variable: p-value > Numeric Expression:
CDF.NORMAL(Zscalescore,0,1) > ok
We moeten berekenen dat een kind een score van 20 of lager heeft uitgaande van een
normale verdeling. We kunnen de functie CDF.normal gebruiken.
Als je de gestandaardiseerde scores (Zscalescore) gebruikt, is het gemiddelde 0 en de
standaarddeviatie 1.
Vervolgens kun je de kans vinden dat iemand een score van 20 of lager heeft in de dataset.
Deze kans is: .35.
e. Controleer of de schaalscore inderdaad een normale verdeling heeft.
1. Analyze > Descriptive Statistics > Explore > Dependent List: scalescore > Plot: factor levels
together + histogram + normality plots with tests > ok
We moeten nagaan of de schaalscore inderdaad een normale verdeling heeft.
De skewness en Kurtosis-waarden moeten worden gedeeld door hun standaardfout. Om te
concluderen dat de verdeling ongeveer normaal is, moeten ze ergens tussen -1,96 en 1,96
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shannonspork. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.