• Vond plaats lang voor de geboorte van Christus en vindt zijn oorsprong in het
Midden-Oosten.
• Tijd van jagers en verzamelaars.
• Nomaden gingen zich settelen en gingen eten verbouwen.
• Drie functies: economisch, politiek-militair en religieus.
• Surplusproductie is een absolute voorwaarde (voedselproductie).
• Arbeidsverdeling hangt samen met verstedelijking.
• Omvang West-Europese steden was gering
• Gebouwd van hout
• Stedelijke verordeningen (wetten/regels)
• Economische afhankelijkheid platteland
Industriële revolutie:
• Opkomst 18e eeuw in Engeland, in Nederland opkomst 19e eeuw
• De opkomst van grootschalige fabrieken door automatisering.
• Enorme uitbreiding in netwerken van economische betrekkingen.
• Expansiedrift van steden.
• Grote sociale problemen.
• Beheersing stond centraal.
• Herstructurering.
, Woningwet 1901:
• De eerste wet omtrent volkshuisvesting.
• Maakte onder andere rijkssteun en gemeentelijke steun mogelijk.
• Minimumnormen voor woningkwaliteit, zoals sanitaire voorzieningen, licht en lucht.
• De woningwet creëerde een balans van de ‘normale toestand’ in vraag en aanbod
• Particuliere bouw – subsidieerde bouw.
Suburbanisatie (vanaf de jaren ‘50):
• Wegtrekken van de burgers uit de stad.
• Suburbanisatie Stedelijke agglomeratie Scheve bevolkingsopbouw Verval
van binnensteden.
Herwaardering van de stad:
• Kentering vanaf de jaren ’80.
• Grote herwaardering voor de stad, o.a. ingezet door bestendiging en vernieuwing.
• ‘Verovering’ door de hogere klassen
• Concentratie van voorzieningen
• Veelheid aan dienstverlenende instellingen.
• Grootschalige stadsuitbreidingen (1995-heden)
• Etnische segregatie in oude arbeidswijken
• Wettelijke beperkingen op taken van woningcorporaties.
• Het verlenen van diensten van algemeen economisch belang.
• Aanpak tegen ‘scheefwonen’.
Wat zijn steden?
• Kenmerken van steden:
• Menselijke nederzetting
• Duurzaamheid
• Grootte en uitgestrektheid
• Compactheid
• Heterogeen
• Complex
• Multifunctioneel
• Stedelijkheid als vorm van samenleven en mentaliteit
Complexiteit stad
• Lokale gemeenschappen en subculturen (veel verschillende soorten mensen die
samenleven in de stad).
• Integratie machine
• Publieke ruimte – ontmoeten/vermijden
• Sociale bewegingen
Milieustad
Milieustad internationaal
• Substainable Development Goals (verduurzamingen transities): klimaatverandering
tegen gaan etc.
• Green deal: klimaatverandering tegen te gaan. Europa moet eerste continent zijn die
klimaat neutraal is (voor 2050).
Milieustad lokaal
• Stad en land met elkaar verbinden
• Urban farming
• Verticaal groen
• Sedumdak
• Groenstroken
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Feevee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.86. You're not tied to anything after your purchase.