100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Biologie voor jou volledige samenvatting!! havo;vwo klas 2 en 3 inclusief afbeeldingen en tabellen uit het boek $7.58   Add to cart

Summary

Biologie voor jou volledige samenvatting!! havo;vwo klas 2 en 3 inclusief afbeeldingen en tabellen uit het boek

 23 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Boek volledig samengevat! havo;vwo klas 2 en 3 inclusief afbeeldingen en tabellen uit het boek

Preview 4 out of 60  pages

  • Yes
  • January 9, 2022
  • 60
  • 2015/2016
  • Summary
  • Secondary school
  • 3
avatar-seller
Biologie voor jou samenvatting havo klas 2 en 3

H1 afval en milieu

1.1

Je moet twee soorten afval kunnen onderscheiden en van elke soort de kenmerken
kunnen noemen en voorbeelden kunnen geven.

• Biologisch afbreekbaar afval: afval dat door bacteriën en schimmels kan worden
afgebroken.
- Afvalresten van planten, dieren of mensen.
- Afval van producten gemaakt van delen van planten of dieren.
- Voorbeelden: bladeren, uitwerpselen, fruitschillen, broodkorsten, papier.
• Niet-biologisch afbreekbaar afval: afval dat niet door bacteriën of schimmels kan
worden afgebroken.
- Afval van producten gemaakt van glas, metaal, steen of kunststoffen (bijv. plastic,
nylon of piepschuim).
- Alleen de mens zorgt voor niet-biologisch afbreekbaar afval.
- Voorbeelden: wijnflessen, batterijen, steenpuin, shampooflessen.

1.2

Je moet een schema van een voedselketen en een voedselweb kunnen invullen.

• Voedselketen: een reeks soorten organismen, waarbij elke soort voedselbron is
voor de volgende soort.
- Elk deel van een voedselketen heet een schakel.
- Elke voedselketen heeft een plantensoort als eerste schakel.
• Voedselweb (voedselnet): een netwerk van met elkaar samenhangende
voedselketens.

Je moet de kringloop van stoffen kunnen beschrijven.

• Producenten: planten.
- In planten vindt fotosynthese plaats:
water + koolstofdioxide + licht - glucose +zuurstof
- Uit glucose worden de stoffen gemaakt waaruit planten bestaan. Hierbij zijn ook
voedingsstoffen uit de bodem nodig.
- Planten produceren het voedsel voor alle andere organismen.
• Consumenten: dieren en mensen.
- Consumenten leven van stoffen van producenten.
- Planteneters eten planten.
- Vleeseters eten dieren.
- Alleseters eten zowel planten als dieren.
• Reducenten: bacteriën en schimmels.
- Bacteriën en schimmels ruimen dode resten van planten en dieren op.
- De voedingsstoffen die hierbij vrijkomen, worden weer door planten gebruikt.
• De kringloop van stoffen schematisch:

,1.3

Je moet huisvuil kunnen indelen in zeven groepen.

• Groente-, fruit- en tuinafval (gft-afval).
• Papier en karton.
• Plastic en andere kunststoffen.
• Glas.
• Textiel.
• Metalen.
• Overig afval (hout, stenen enz.).

Je moet gegevens over de samenstelling van huisvuil kunnen weergeven in een
cirkeldiagram.

• Elk streepje op de omtrek van een cirkeldiagram stelt 1% voor.
• Alle vakken bij elkaar zijn 100%.

Je moet manieren van gescheiden afvalinzameling kunnen noemen.

• Groente-, fruit- en tuinafval in een gft-container.
• Papier en karton in speciale afvalcontainers/papierbakken of bij verenigingen die
het ophalen.
• Glas, blik, plastic, kunststofflessen en textiel in speciale bakken of bollen.
• Klein chemisch afval (kca) bij het gemeentedepot, bij de chemokar of bij bedrijven.
- Klein chemisch afval is het chemisch afval van huishoudens.

1.4

Je moet kenmerken van methoden van afvalverwerking kunnen noemen.

• Gescheiden inzameling van afval maakt milieuvriendelijke verwerking mogelijk.
• Recycling: afvalproducten gebruiken als grondstoffen voor nieuwe producten (glas,
papier, blik, plastic en andere kunststoffen).
- Milieuvriendelijk door besparing van grondstoffen.
• Composteren: reducenten breken gft-afval af tot compost.
- Compost wordt gebruikt als mest voor de tuin.
- Milieuvriendelijk doordat voedingsstoffen uit gft-afval weer bij planten
terechtkomen.
• Storten op een vuilnisbelt.
- Voordelen: gemakkelijk en goedkoop.
- Nadelen: veroorzaakt stank en ongedierte en kan leiden tot bodem- en
grondwatervervuiling.

,• Verbranden in verbrandingsovens.
- Voordelen: kost weinig ruimte en er kan elektriciteit worden opgewekt.
- Nadelen: luchtvervuiling en er blijven giftige verbrandingsresten (slakken) over.

1.5

Je moet twee oorzaken kunnen noemen waardoor de hoeveelheid afval toeneemt.

• Groei van de bevolking.
• Groei van de welvaart.
- We kopen steeds meer dingen en gooien ook meer dingen weg.
- We gebruiken steeds meer wegwerpartikelen: producten die we meestal slechts
één keer gebruiken en dan weggooien.

Je moet activiteiten kunnen noemen waardoor er minder afval komt.

• Hergebruik: opnieuw gebruiken van afgedankte producten.
- Kleding, wasmachines, tv-toestellen, meubilair enz. via rommelmarkten,
kringloopwinkels en het Leger des Heils.
• Zo weinig mogelijk wegwerpartikelen gebruiken.

1.6

Je moet kunnen omschrijven wat piramides van aantallen en van biomassa weergeven.

• In voedselpiramides worden consumenten verdeeld in verschillende orden.
• Piramide van aantallen: geeft van elke schakel van een voedselketen het aantal
organismen weer.
- In een voedselketen wordt het aantal organismen in elke volgende schakel
meestal kleiner. Soms is dit niet het geval. Dan heeft de piramide van aantallen geen
piramidevorm.
• Piramide van biomassa: geeft van elke schakel van een voedselketen de biomassa
weer.
- Biomassa: het totale gewicht van alle energierijke stoffen van een organisme.
- In een voedselketen wordt de biomassa in elke volgende schakel kleiner.

Je moet de energiestroom in een voedselketen kunnen beschrijven.

• Bij fotosynthese in planten wordt zonne-energie vastgelegd in glucose.
- Glucose is een energierijke stof.
- Planten maken uit glucose allerlei andere energierijke stoffen.
• Energiestroom: in een voedselketen worden energierijke stoffen doorgegeven aan
de volgende schakel van de voedselketen.
• In elke schakel van een voedselketen verdwijnt er energie uit de voedselketen:
- door sterfte van planten of dieren;
- via uitwerpselen;
- door energiegebruik voor o.a. beweging en het op peil houden van de
lichaamstemperatuur.

, • Het overgebleven deel van de energierijke stoffen wordt gebruikt voor de groei. Dit
deel kan als voedsel dienen voor de volgende schakel van een voedselketen.

1.7

Je moet de stappen bij de zuivering van rioolwater in een waterzuiveringsinstallatie
kunnen beschrijven.

• Rooster: houdt grote stukken afval (o.a. condooms, maandverband en tampons)
tegen.
• Voorbezinktank: door de langzame stroming van het rioolwater zakt veel afval naar
de bodem.
• Beluchtingstank: bacteriën breken (zwevende) stukjes afval af.
- De bacteriën verbruiken veel zuurstof.
• Nabezinktank: de overgebleven afvaldeeltjes bezinken.
• Rioolslib: afval uit de bezinktanks. Dit afval wordt gedroogd en vervolgens gestort
of verbrand.




Hoofdstuk 2 voeding en vertering.

Je moet de functies van voedingsstoffen en voedingsvezel in voedingsmiddelen kunnen
noemen.

• Voedingsmiddelen: alle producten die je eet of drinkt.
- Plantaardige voedingsmiddelen: wortels, stengels, bladeren, vruchten en zaden
van bepaalde planten.
- Dierlijke voedingsmiddelen: delen van dieren (vlees, vis) of producten van dieren
(eieren en zuivelproducten, bijv. melk, boter, kaas en yoghurt).
• Voedingsstoffen: de bruikbare bestanddelen van voedingsmiddelen.
- Bouwstoffen: worden gebruikt bij de vorming van cellen en weefsels (vooral bij
groei, ontwikkeling en herstel van het lichaam).

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Slimvissen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.58. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77254 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.58
  • (0)
  Add to cart