100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Macro-Economie $7.60   Add to cart

Summary

Samenvatting Macro-Economie

 32 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting Macro-Economie van het vak Macro -en internationale economie van het schakeljaar Handelswetenschappen op Ku Leuven. Dit is enkel het gedeelte van Macro-economie (powerpoints uitleg + eigen notities)

Preview 4 out of 75  pages

  • January 10, 2022
  • 75
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Marie Dendal 2020-2021



Samenvatting Macro-economie
Thema 1: Doelstellingen & instrumenten van economisch beleid

1. Rol van de overheid in de economie
2 partijen:
1. G = Government, overheid: federale overheid, gewestelijke overheden, monetaire
overheden enz…
2. M = Marktpartijen: bedrijven, organisaties, consument…
à 2 soorten zijn bouwstenen van gemengde economie à overheid vult marktpartijen aan

Staatseconomie (G): enkel en alleen overheid (geen rol weggelegd voor marktpartijen) à
landen die zeer dicht tegen aanleunen zonder echt perfecte staatseconomie te zijn (bv
China, Noord-Korea en Rusland)

Perfecte markteconomie (M): enkel marktpartijen, geen overheid (bv bedrijven,
particulieren, organisaties…) à theoretisch concept en komt in praktijk nooit 100% voor à
aantal landen die dicht tegen aanleunen; sterke rol voor marktpartijen en veel minder
overheid (VS: socialist is een scheldwoord daar)

à wij zijn West-Europeanen: gemengde economie

Overheid steeds belangrijkere rol in gemengde economie à moeten samen 100% vormen
maar belang overheidssector heeft laatste jaren opwaartse trend & zie je in veel West-
Europese landen


Hoe aantonen? Omvang overheidssector in economie meten? Daar bestaan 2 indicatoren
voor:
1. G0 in % van het bbp = bruto binnenlands product (waarde economie v/e land)
à C = private consumptie (gsm, fitnesabonnement, alles wat je koopt)
à I = private investeringen van bedrijven (machineparken, computerprogramma’s…)
à G / G0 = government spending (overheidsuitgaven) à autonome
overheidsuitgaven
à E – Z = nettohandel à E = export en Z = import
à Som van die 4 getallen = bbp
à Stel bbp = 100, G = 17 à = 17% en dat percentage kan omvang overheid van
België indiceren

2. % van de werkenden die bij de overheid zijn (hoeveel % mensen die job hebben, die
voor de overheid werken)

,Marie Dendal 2020-2021


2. Wat is overheidsbeleid?
Het gaat erover dat overheid bepaalde doelen vooropstelt en die wenst te realiseren door
bepaalde middelen in te zetten & als het kan binnen een bepaalde tijdsperiode
à voorbeelden: arbeidsmarkthervormingen, energiebeleid, toekennen subsidies,
stimuleren innovatie… (ontzettend veel voorbeelden)

Drievuldigheid (EXAMEN- “leg op basis van zelfgekozen voorbeeld het verschil uit tussen
efficiëntie, effectiviteit en doelbereiking van overheidsbeleid”):

• Efficiëntie = doelmatigheid à goedkoopste manier om een doel te bereiken?
(Kostprijs verbonden aan ingezette middelen, kostprijs nodig om doel te behalen)
• Effectiviteit = doeltreffendheid à mate waarin het beleid (overheid) bijdraagt tot de
realisatie van de doelstelling (hetgeen ik doe, heeft dat bijgedragen tot behalen van
doelstelling of niet?)
• Doelbereiking = mate waarin het doel wordt bereikt of niet




• Horizontale as: T-as = tijd die verstrijkt, tijdsperiode (bv 5 jaar)
• Verticale as: effectsas = het te beïnvloeden fenomeen (bv aantal jobs) à kan vanalles
zijn; % mensen in armoede, aantal jobs, hoeveelheid zwartwerk (wat overheid wenst
te beïnvloeden)
• T0 = vandaag de dag (moment net verkiezingen zijn geweest)
• T1 = einde regeerperiode (bv na 5 jaar overheidsbeleid regering in dienst)
• Z = vertrekpunt: effect zoals het vandaag gemeten wordt (= in deze oefening het
aantal jobs) à tellen hoeveel jobs er zijn & we komen bv 140 000 jobs uit op
moment dat net verkiezingen zijn geweest
Elke curve stelt bepaalde situatie voor:

,Marie Dendal 2020-2021


• D = doelstelling die overheid op einde regeerperiode graag gerealiseerd zou zien (op
moment T1 hoopt overheid 200 000 jobs te hebben gecreëerd = doelstelling) à
golfjes: economie doet het slecht & economie doet het beter dus daarom
schommeling
• B = normale groei (groei die je zal hebben als je als overheid niets doet) à je wordt
verkozen op moment T0 en je doet niks, economie gaat wel evolueren ook al doe je
niks & in T1 zal het 160 000 jobs hebben
• C = aantal jobs dat je hebt nadat overheid beleid heeft gevoerd (allerlei maatregelen
uitgevoerd; bv loonkosten verminderen, nachtarbeid eenvoudiger, deeltijds arbeid
gestimuleerd, bepaalde vergunningen sneller toekennen…) à moment T1 op 175
000 jobs

Effectieve vraag = verschil tussen 3 factoren:
1. Is het doel bereikt? Doel was 200 000 jos maar ik ben maar tot 175 000 geraakt dus
neen (er is ergens wel een mate van doelbereiking maar binair is neen)
2. Is er effectiviteit? Mate waarin beleid bijdraagt tot realiseren doelstelling: verschil
tussen b en c = effectiviteit
3. Is het efficiënt geweest? Kan ik niet zeggen want ik zou moeten weten hoeveel het
heeft gekost om die 15 000 jobs te creëeren (bv voor €5 15 000 jobs dus heel goed;
daarentegen 7 miljard euro niet efficiënt)

EXAMEN: gaf studenten tekening & vroeg hoe het zat met efficiëntie, effectiviteit &
doelbereiking & was andere tekening waarbij b en c in zelfde punt kwamen
à antwoord: geen effectiviteit want b = punt zonder iets te doen & c met iets te doen maar
zit geen verschil op want resultaat is hetzelfde
doelbereiking: mate van doelbereiking opgeschoven naar d en neen want je bent maar
geraakt aan c wat gelijk is aan b dus neen doelstelling niet bereikt
Efficiëntie geen uitspraak want geen kostprijs (je hebt vanalles gedaan maar komt hetzelfde
als b uit dus eigenlijk weggesmeten geld dus niet efficiënt kan ook)

Wie draagt er verantwoordelijkheid in economisch beleid?
• Overheid: centrale overheid (België), regionale overheden (gewesten), lokale
overheden (Stad Antwerpen), supranationale overheden à wij nemen als focus
centrale overheid
• Belangengroepen: vakbonden, milieugroeperingen (UNIZO, WWF, ABVV…)
• Kiezers
• Parlement

EXAMEN: “som 3 verschillende partijen op die verantwoordelijkheid hebben in economisch
beleid”

3. Doelstellingen van economisch beleid
Wat wil overheid realiseren in een economie? 3 grote doelstellingen met subdoelstellingen
eronder:

, Marie Dendal 2020-2021

1. Stabilisatie
- selectieve economische groei
- optimale benutting productiefactoren: arbeid (A), Kapitaal (K), Land (L) à die
inzetten in land à arbeid voornamelijke volledige tewerkstelling (meeste aandacht
aan gegeven) à land bv voldoende industrieterreinen (brown fields; verontreinigde
gronden dan gaat overheid die komen opkuisen om in toekomst wegen aan te
leggen, industrieterreinen…) à kapitaal: mogen witten van zwart geld (bepaalde taks
op betalen)
- Lage inflatie
- Evenwicht betalingsbalans
2. Herverdelen
- rechtvaardige verdeling van inkomens & vermogens
3. Allocatie
- bevredigende samenstellling v/h nationaal product

Hoe kan je die doelstellingen meten? = rechtse kolom
Doelstelling Economische kengetallen
Bevredigend percentage van Groeipercentage bbp (in constante prijzen) (*)
(selectieve) economische groei
Optimale benutting van de beschikbareGroeivoet van de werkgelegenheid,
productiefactoren werkloosheidspercentage & activiteitsgraad
Redelijk stabiel prijsniveau Groeipercentage van de (geharmoniseerde)
consumptieprijsindex
Groeipercentage van de bbp-deflator
Evenwicht op de betalingsbalans Saldo van de handelsbalans (in % van het bbp)
Saldo van de lopende rekening van de betalingsbalans (in
% van het bbp)
Rechtvaardige verdeling van inkomens Indicator van spreiding van beschikbaar inkomen of
en vermogens vermogen (**)
Bevredigende samenstelling van de Aandeel overheidsproductie in totaal bbp
nationale productie Goede samenstelling van de bestedingen (d.w.z. een
goede spreiding tussen C, I, G en E-Z) Aandeel van de
investeringen (private en publieke) in het bbp.
Goede verhouding tussen private en publieke goederen in
de economie 10

“Er is steeds meer kritiek op het groeipercentage bbp (in constante prijzen) als kengetal voor
selectieve economische groei”:
- Houdt geen rekening met zwartwerk
- Houdt geen rekening met het welzijn van de bevolking
à 1 kritiek kennen is voldoende!!

Voorbeeld:
Stel bbp vandaag 100 en 1 jaar later is 102 dan zegt men kijk bbp heeft groeipercentage van
2% & dat percentage gaat men gebruiken om doelstelling selectieve economische groei te

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariedndal. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.60. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.60  1x  sold
  • (0)
  Add to cart