1. SEMIOTIEK
= staat voor de leer van tekens
è Semiotiek bestudeert de wijze waarop tekens functioneren en hoe ze betekenis
doen ontstaan.
Grondleggers: “Saussure” en “Pierce”
A. Studiedomeinen
i. Tekens zelf en hun indeling in soorten.
ii. De codes/ systemen waarbinnen de tekens georganiseerd zijn.
iii. Cultuur waarbinnen tekens en codes opereren
B. Sub disciplines
i. Fonologie= klanken & letters
ii. Syntaxis= linguïstische studie (eerder technisch)
iii. Pragmatiek= relatie betekenis & gebruiker (contextuele factoren)
iv. Semantiek= relatie tussen teken & betekenis die eraan gegeven wordt
2. REPRESENTATIE PROCES
Complex proces van verbinding van taal, betekenis & cultuur
è Hoe betekenis tot stand komt (productie van betekenis) d.m.v concepten in ons
hoofd die we delen via taal.
A. Processen
i. Mentale representaties/ concepten = verbonden aan objecten, mensen of
gebeurtenissen. Vb; ik snap niet wat de leerkracht zegt.
ii. Talig systeem = concepten kenbaar maken via een gemeenschappelijke taal.
Vb; de leerkracht aanspreken dat je hem niet verstaat.
, r-o-o-s
B. Systemen
i. Mentale-representatie systeem; betekenis is afhankelijk van concepten
-> “systeem-karakter” = classificatiesysteem om concepten te ordenen; kan
erg verschillen
ii. Taalsysteem; vertaling van concepten in gemeenschappelijke taal
->zodat concepten correleren met geschreven woorden etc..(Tekens)
->” linguistic turn” = tekens worden omgezet in taal (kleding, gebarentaal)
Arbitraire relatie tussen concept & teken
è Betekenis door codes gevormd die systemen linken
è Codes = zorgen voor effectieve communicatie,
è Betekenisgeving;
- dynamisch proces (veranderd met tijd)
- Betekenis ligt nooit vast
3. TEKENSYSTEEM VAN SAUSSURE
A. 2 kernelementen
i. Signifiant (betekenaar)=. Materiele tekenvorm (beeld, klank, geschreven
woord..) => de betekenisdrager
ii. Signifie (betekende)= mentale concept, idee waar de materiele tekenvorm
naar verwijst
Referent = het eigenlijke fysieke object waar het teken naar verwijst
Verband tussen ‘betekenaar’ & ‘beteende’ is arbitrair (willekeurig)
2
, Betekenis:
§ Relationeel en associatief – tekens staan in relatie met elkaar
§ Differentieel – betekenis via tegengestelde tekens
à betekende van een teken wordt betekenaar/betekenisdrager voor een
ander teken
§ Structureel en berust op door de mens gemaakte afspraken (ordenen en
categoriseren via code)
4. TEKENSYTEEM VAN PEIRCE
Meer filosofisch & psychologisch perspectief -> niet taalkundig
A. 3 kernelementen
Betekenis is proces (semiosis)
§ Representamen ; verwijst naar iets anders dan zichzelf (nl. het object)
§ Interpretant (afhankelijk van o.a. persoonlijke ervaring); additionele
betekenisgeving
Interpretant wordt zelf een tekenà Re-interpretatie mogelijk à dialogisch proces
Relatie tussen het teken en het materiele object= ontsaan van betekenis
B. Tekenindeling Peirce
Onderscheid in tekens en hun relatie tot object:
§ Symbolische tekens= door afspraken
§ Iconische tekens= door gelijkenis en fysieke overeenkomst
§ Indexitale tekens= rechtstreeks verband
5. SEMIOTISCHE BENADERING VAN BARTHES
A. Verschillende betekenisniveaus van tekens
i. Denotatie; primaire betekenisniveau, de standaard betekenis ->
“sociale consensus”
ii. Connotatie; secundaire betekenisniveau, figuurlijk, bijbetekenis
è Verschillende “ladingen”:
- Evaluatieve lading (goed, slecht of neutraal)
- Referentiele lading (variabel)
iii. Ideologie/Mythe; dieperliggend/ verscholen niveau
è Dubbele functie; verduidelijken & opleggen
- Mythe benadrukt feitelijkheid
- Mythes zijn waarde geladen
= transformeert geschiedenis in natuur
3
, 6. DE COMMUNICATOR
Of zender
è Zendt booschap met informatie uit ( bedoelt/onbedoelt &
bewust/onbewust)
Soorten communicatoren; individu,groep,organisatie,…
Naar ontvanger – feedback/feedforward
Selctieprocessen => de manier van boodschap overbrengen
(minimaliseren,..) -> dus vervoming v/d werkelijkheid
7. DE BOODSCHAP
= bewustzijnsinhoud overbrengen (idee, kennis,..) & coderen in
tekens(=extanaliseren)`
Bij mogelijkheid van ontvangst(ookal is dit onbedoelt) -> communicatieproces
A. Verschillende niveaus van boodschap
i. Referentiële/inhoudelijke aspect = eerste
betekenislaag/zakelijkeinhoud van een boodschap
ii. Expressieve of vormelijke aspect = niet de info maar beinvloeding, de
vorm heeft invloed op de verwerking (intonatie,uitspraak)
iii. Relationele aspect = relatie tot ontvanger (“u” of “jij”)
iv. Appelerende aspect = aangeven wat zender verwacht van ontvanger
(reclame zet tot aankoop)
8. ENCODEREN/DECODEREN
Communiceren verondersteld een vooraf afgesproken code
Code = systematische organisatie van een set tekens (bv;nederlands)
- Eenheden (bv;letters)
- Patronen (bv;grammatica)
- Digitale/conventionele vs analoge/natuurlijke code
Boodschap moet gecodeerd & gedecodeerd worden:
è Gebruik van een zelfde code
è Zelden perfect op elkaar afgestemd
A. Encoding-Decoding (S. Hall )
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Julie547. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.