Publieke managers en
leiderschap.
Hoorcollege 1
Leiderschap, waar gaat het
over? Leiderschap kun je niet los
zien van followers (als niemand
‘volgt’ heb je geen leider, en ook
niet van ‘de aard van het werk’).
Er zijn heel veel type leiders en
type volgelingen. Dit vraagt om
andere competenties om met je
volgers om te gaan. Denk aan Hugo de Jonge versus Willem Engel. Wat voor soort leider jij bent is
enorm belangrijk voor theorie. En of je succesvol bent als leider hangt ook af van het type leider wat
je zelf bent.
’t Hart, conceptualiseert leiders als 3 soorten leiders.
1. Politiek leiderschap: politieke leider van een partij.
2. Administratief leiderschap: leider van een ambtelijke organisatie.
3. Maatschappelijk leiderschap: sociale bewegingen/ influencers ect.
Van Wart kijkt naar de rol van leiderschap in publieke organisaties, denk aan ‘organizational’ leaders
(focus op employees als followers). Bij ’t Hart ligt focus vooral op politieke leiders (met nadruk op
burgers/ kiezers als followers).
Aan welke followers je ‘leiding’ geeft, heeft gevolgen voor de competenties die je als
leidinggevende nodig hebt.
Hoe definiëren we leiderschap?
Rainey, 1979: “By leadership, most people mean the capacity of someone to direct and energize
people tp achieve goals”. Met leiderschap bedoelen we het vermogen van iemand om mensen te
leiden en stimuleren om doelen te bereiken.
Gary Yulk, 2006: “The process of influencing others to understand and agree about what needs to
be done and how to do it, and the process of facilitating individuals and collective efforts to
accomplish shared objectives”. Met leiderschap bedoelen we het proces van beïnvloeding van
anderen om te begrijpen en overeen te komen wat er moet gebeuren en hoe dat moet gebeuren,
en het proces van faciliteren van individuele en collectieve inspanningen om gedeelde
doelstellingen te verwezenlijken.
Van Wart: (1) gaat om bereiken van resultaat, (2) volgelingen motiveren, (3) scannen/ bekijken
van de omgeving, welke problemen zijn er en wat doen om aan te passen, (4) er moet een
dienstbaarheid functie zijn, waar doe je het voor? “Leadership is a composite of providing
technical performance, internal direction to followers and external direction – all with a public
service orientation”. Leiderschap is een combinatie van het leveren van technische prestaties, het
, geven van interne leiding aan volgelingen en het geven van externe leiding – dit alles met een
oriëntatie op openbare dienstverlening.
’t Hart en Tummers: “public leadership is a process of incluencing people to think or act
differently concerning public issues from what they would have otherwise done”. Publiek
leiderschap is een proces waarbij mensen ertoe worden aangezet om in openbare
aangelegenheden anders te denken of te handelen dan zij normaal gedaan zouden hebben.
Er zijn drie belangrijke
domeinen: taak, mensen
en organisatie. Hieraan
zitten bepaalde
verwachtingen verbonden.
Van een leider wordt
enorm veel verwacht, dit
kan niet allemaal. Bij
soorten leiders horen dus
bepaalde eigenschappen/
succesfactoren.
Leiderschapsfuncties zijn vaak verdeeld over verschillende leiders omdat deze verschillende
competenties hebben. Bijvoorbeeld in crisissituatie hele andere competenties nodig dan in ‘normale’
situaties.
Taak Mensen Organisatie
1. controleert en beoordeelt 1. raadpleeg 1. scan de omgeving
de werkzaamheden
2. operationele planning 2. personeel plannen en 2. strategische planning
organiseren
3. rollen en doelstellingen 3. personeel ontwikkelen 3. de missies en visie verwoorden
verduidelijkt.
4. informeren 4. motiveren 4. netwerken en partners
5. delegeren 5. teams samenstellen en 5. algemene managementfuncties
leiden uitvoeren
6. problemen oplossen 6. conflicten beheren 6. besluitvorming
7. innovatie en creativiteit 7. personeelsveranderingen 7. organisatorische verandering
beheren beheren beheren
Leiderschapsstijl = gaat om
analyseniveau, laagste niveau
is ‘analyse van taken’.
Daaropvolgende niveau is
niveau van ‘behavior, traits
and skills’ en daarop volgt
‘leiderschapsstijl’. “A style is
a moderate-sized cluster of
leader behaviors used to
describe or prescribe actual
or ideal leader patterns”. Een
stijl is een matige cluster van
,leidersgedragingen die worden gebruikt om actuele of ideale leiderspatronen te beschrijven of voor te
schrijven. Er zijn enorm veel verschillende leiderschapsstijlen. Het gaat om een cluster van
gedragingen.
Leiderschapsstijlen in Van Wart.
1. Laissez-faire style: laat maar waaien, veel succes ‘ik hoor het wel’ als het helemaal misgaat.
2. Directive style: je zit er bovenop, direct invloed wat wel en niet moet.
3. Supportive style: je ondersteund mensen. Je verwacht een beetje vriendelijkheid, sympathie.
4. Participative style.
5. Delegative style: je delegeert, dit en dit moet gedaan worden. Pak jij dit op, ik hoor het wel.
6. Achievement-oriented style: ‘you can do it’. Hierbij verwacht je uitdaging, standaardstellen.
7. Inspirational style: je inspireert/ motiveert mensen om tot prestaties te komen.
8. Strategic style.
9. Collaborative style.
10. Combined style.
Stijlen vragen om verschillende ‘behavioral competences’. Leiderschapstheorieën gebruik je om deze
stijlen te omvatten, en beschrijven in welke situatie je welke stijl moet gebruiken.
Are leaders born or made? Heeft trainen zin of niet? Wanneer trainen wel zin heeft,
betekend dit dat je ook beter kan worden in leiderschap.
Managers Leaders
Focus on things Focus on people
Do things right Do the right things
Plan Inspire
Organize Influence
Direct Motivate
Control Build
Follows the rules Shape entities
Leider versus manager.
’t Hart en Tummers halen Kotter aan, die stelt dat:
a. Beiden een essentiële functie vervullen.
b. Verschil zit voornamelijk in ambitie.
c. Management is meer operationeel ‘continues to work well in its current form’.
d. Leadership gaat meer over ‘coping with change’.
Van Wart maakt er minder een probleem van en geeft aan dat hij beide begrippen door elkaar
gebuikt, omdat leiders vaak ook managen.
Leiderschapstheorie: er zijn veel verschillende theorieën. Deze gaan veelal in op de vraag welke
vorm van leiderschap het ‘beste’ is, of het best in welke situatie. In het eerste hoofdstuk behandelt
Van Wart een zestal centrale benaderingen die ‘de tijdgeest’ (wat is de dominante benadering in een
bepaalde periode?) beschrijven, namelijk:
Great man (voor 1900, maar nog steeds populair).
Trait (1900 – 1948): nadruk op kenmerken van leiders.
Contingency (1948 – 1980): nadruk op situationele context.
Transformational (1978 – heden): nadruk op verandering. Wat doen om organisatie te
transformeren?
, Servant (1979 – heden): nadruk op ethiek. Leider is ook een dienaar.
Multifaceted (1990 – heden): integratie en meer nadruk op horizontaal leiderschap. Veel
verschillende aspecten van leiderschap die je moet transformeren/ samenvoegen.
Van Wart geeft een overzicht van leiderschapstheorieën en benaderingen. Theories and approaches
to leadership. Wat maakt een leider effectief? Welke competenties zijn handig en maken je een
goede leider. Leadership action cycle (LAC). Toepassing hiervan in de publieke context.
Basismodel deel 1:
causal chain model
(Van Wart).
Klassieke theorie.
Er is one best way om
resultaten te boeken
m.b.v. leiderschap. Je
gebruikt hiervoor het
POSDCORB-schema.
Deze theorie zegt het werkt ALTIJD! Door het POSDCORB-schema toe te passen.
Wat is de achtergrond van de theorie en wat beoogden de centrale onderzoekers?
Wat zijn contingentiefactoren (indien aanwezig)?
Welke stijlen stelt de theorie centraal?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maudErasmusUniversiteitRotterdam. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.