COLLEGE 1 – 09/11
In het verbintenissenrecht staat de rechtsrelatie tussen onderling personen centraal.
In het goederenrecht gaat het over de rechtsrelatie tussen een persoon en een goed.
Als er een rechtsrelatie tussen personen is, ontstaat er een verbintenis.
- Verbintenis: een rechtsrelatie tussen twee personen, waarbij de ene partij verplicht
is om een prestatie te leveren, terwijl de andere partij hier recht op heeft.
, Rechtsfeit: een feit dat een rechtsgevolg heeft, het is een gevolg volgens het
geldende recht.
Rechtsfeit
Blote rechtsfeiten Menselijke handelingen
Rechtshandeling Feitelijke
Rechtshandeling
Eenzijdig Meerzijdig
Gericht Ongericht
Feitelijke handeling: handelingen die wél een rechtsgevolg hebben, maar die daar
niet op gericht zijn. De handelende persoon had niet het doel om een rechtsgevolg
tot stand te brengen.
Rechtshandeling: rechtshandeling zijn handelingen die gericht zijn op een
rechtsgevolg. Art. 3:33 BW
Dit artikel vereist 2 voorwaarden; 1. Er is een op een rechtsgevolg gerichte wil.
2. Die wil heeft zich door een verklaring
geopenbaard.
Eenzijdige rechtshandeling: het rechtsgevolg wordt tot stand gebracht door 1
persoon, zonder medewerking van andere personen.
Meerzijdige rechtshandeling: 2 personen willen een bepaald rechtsgevolg tot
stand brengen. Hiervoor is een wilsuiting van beide partijen nodig.
Bronnen van verbintenissen:
- Overeenkomst
- Onrechtmatige daad
- Aanvullen met andere bronnen (later)
COLLEGE 2 – 16/11
Een aanbod en aanvaarding hebben beide een wil en een verklaring nodig.
Overeenkomst: art. 6:213 BW
Aanbod en aanvaarding: art. 6:217 BW
Wil en verklaring: art. 3:33 BW
Er is een discrepantie tussen de wil en de verklaring, als de wil niet hetzelfde als de
verklaring is, hierdoor ontstaat dus wilsontbreken.
2
, Gevolg: nietigheid.
Geestelijke stoornis: art. 3:34 BW
Gevolg: nietigheid of vernietigbaar.
Handelingsonbekwaamheid: art. 3:32 lid 1 BW iedereen is bekwaam, tenzij
Onder curatele gesteld Minderjarig
Art. 3:32 lid 2 BW vernietigbaar
of nietigheid
Minderjarigen: art. 1:234 BW
Onder curatele: art. 1:381 BW
Intrekking: art. 3:37 lid 5 BW
Herroepen: kan tot het aanbod ontvangen en aangenomen is.
Vertrouwensbeginsel: art. 3:35 BW
Verklaring gedaan
Art. 3:33 of 3:34 Betekenis gegeven aan de verklaring
Mocht die betekenis zo zijn?
Goede trouw: art. 3:11 BW
Gevolg: een geldige rechtshandeling
Nietigheid: rechtshandeling van rechtswege ongeldig. Heeft nooit bestaan.
Vernietigbaarheid: rechtshandeling wel geldig maar kan worden aangepast. Is van
terugwerkende kracht, rechtsgrond vervalt.
COLLEGE 3 – 23/11
Wilsgebreken: 1. Bedreiging
2. Bedrog
3. Misbruik van omstandigheden
4. Dwaling (alleen bij overeenkomst)
Gevolg: vernietigbaar
Bedreiging (art. 3:44 lid jo. Lid 2 BW):
Vereisten:
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brittvanwijk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.42. You're not tied to anything after your purchase.