- De student verwoordt wat het verschil is tussen curatieve en palliatieve zorg.
o Surprise question: Ben ik verbaast als de patiënt binnen een jaar overleden is?
Ja: Palliatieve zorg
Nee: Curatieve zorg
o Palliatief Gericht op kwaliteit van leven zolang het duurt.
o Curatief Gericht op genezing.
- De student legt uit wat palliatieve zorg inhoudt en weet welke thema’s van belang zijn in de
palliatieve fase.
o Kwaliteit van leven
Lichamelijk, sociaal en psychisch
o Symptoommanagement
Specifieke symptomen
Ondervangen/ onderdrukken
o Multidimensionale zorg
Alle dimensies
Rouwproces
Schuldgevoelens
o Anticiperen en proactieve zorgplanning
Beslissingen nemen
o Autonomie
Zelf beslissen over traject
Grenzen aangeven
- De student kent de meest voorkomende symptomen bij cliënten in de palliatieve fase en kan
inschatten welke mensen een verhoogd risico hebben op deze symptomen en kan deze
herkennen in de fase van vroegsignalering.
Symptoom Prevalentie Prevalentie in de laatste 1-2 weken
Vermoeidheid 74% 88%
Pijn 71% 45%
Gebrek aan energie 69%
Zwakte 60% 74%
Gebrek aan eetlust 53% 56%
Gespannenheid 48%
Gewichtsverlies 46% 86%
Droge mond 40% 34%
Somberheid 39% 19%
Obstipatie 37% 29%
Zich zorgen maken 36%
Slaapproblemen 36% 14%
Kortademigheid 35% 39%
Misselijkheid 31% 17%
Angst 30% 30%
Prikkelbaarheid 30% 7%
Opgeblazen gevoel 29%
Hoesten 28% 14%
Cognitieve symptomen 28%
Snelle verzadiging 23%
,Smaakveranderingen 22%
Pijn in de mond 20%
Braken 20% 13%
Sufheid 20% 38%
Oedeem 19% 8%
Mictieklachten 18% 6%
Duizeligheid 17% 7%
Dysfagie 17% 16%
Verwardheid 16% 24%
Bloedingen 15% 12%
Neurologische klachten 15% 32%
Heesheid 14%
Dyspepsie 12% 2%
Huidsymptomen 11% 16%
Diarree 11% 6%
Jeuk 10%
Hik 7%
- De student legt uit wat de symptomen en oorzaken zijn van ‘slaapproblemen’ in de
palliatieve fase.
o Stress, slaap-waakproblemen, piekeren
o Zie richtlijn palliazorg
, Les 2:
- De student legt uit wat de verschillende stadia van palliatieve zorg inhouden (ziektegerichte-,
symptoomgerichte palliatie, palliatie in de stervensfase, nazorg).
o Ziektegerichte palliatieve zorg richt zich op behoud of verbetering van de kwaliteit
van leven door de onderliggende ziekte te behandelen. Daarnaast kan het
levensverlenging tot doel hebben. In dat geval hoort de kwaliteit van leven voor de
patiënt acceptabel te zijn en moet hij of zij de levensverlenging gewenst vinden. Hier
probeer je de ziekte te bedwingen.
Levensverlengende chemo
o Symptoomgerichte palliatieve zorg richt zich primair op behoud of verbetering van
de kwaliteit van leven door de klachten van de patiënt en de symptomen van de
onderliggende ziekte te verlichten en indien mogelijk te voorkomen. Dit kan in
combinatie met ziektegerichte palliatie plaatsvinden. Als behoud van de kwaliteit van
leven niet langer mogelijk is, richt symptoomgerichte palliatie op de best haalbare
kwaliteit van sterven.
Het betreft de behandeling van klachten als pijn, dyspneu, delier en
decubitus.
o Palliatie in de stervensfase: Comfort bieden, klachten verminderen en afscheid
nemen zijn voorbeelden om te zorgen voor een waardige afronding. Deze fase duurt
maar kort, meestal de laatste paar dagen voor het overlijden, max een week voor het
overlijden meestal 72 uur.
o Nazorg: Voor de familie en de naasten. Aandacht en zorg voor de naasten.
- De student is op de hoogte van aandachtspunten en complicaties bij de venapunctie.
o Aandachtspunten
Wanneer bloed afgenomen wordt met een gesloten systeem en de cliënt de
insteekopening na bloedafname zelf afdrukt, hoeven er geen handschoenen
gedragen te worden.
De keuze voor de maat van de naald is afhankelijk van de dikte van het vat:
hoe dunner het vat, hoe dunner de naald. En van de hoeveelheid bloed die
wordt afgenomen: bij grote hoeveelheden een dikkere naald.
Zorg dat de arm waarin wordt geprikt, voldoende ondersteund wordt.
Hiermee beperk je de kans op onverwachte bewegingen.
Leg de stuwband ongeveer een handbreedte boven de aan te prikken plaats
aan. Stuw niet te hard, de polsslag moet voelbaar blijven. Stuw niet te lang,
bij voorkeur niet langer dan 1 minuut. Te lange stuwing kan leiden tot
hemolyse en bijmenging van weefselvocht. Daarbij kan het een
onaangenaam gevoel geven.
Desinfecteer de huid bij bloedafname voor kweek en bij cliënten met een
verminderde weerstand.
Maak een zorgvuldige afweging voor een tweede keer prikken wanneer het
de eerste keer niet lukt. Doe niet meer dan twee pogingen. Kies daarna een
nieuwe locatie.
Bij een cliënt met stollingsstoornissen of een cliënt die antistolling gebruikt,
kan het stelpen van de bloeding langer duren. Druk de punctieplaats langer
af (5 minuten) of leg zo nodig een drukverband aan.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lienke_vandewater. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.70. You're not tied to anything after your purchase.