EVENT PRODUCTIE
– TECHNISCHE ASPECTEN -
INLEIDING
Alle events hebben veel technische aspecten
Hazer = gebruikt voor lichtbundels te creëren sfeer en decoratie
Rigging
Crashbarrier door Mojo te zien op festival (WooHah)
o Publiek staat op de voetplaat waardoor het hek nooit kan omvallen
o Trapje voor security: mensen uit het publiek halen
Riders van artiesten kunnen interpreteren
o Hospitality rider
o Technische rider
o Backline = welke instrumenten de artiest nodig heeft
Monitor mixer = regelt muziek voor de muzikanten maar niet
voor de zaal
DOEL: zorgen dat je een expert bent over technische aspecten
ELEKTRICITEIT
INLEIDING
STOPCONTACTEN
Spanning 230V
Frequentie van het net: 50Hz
Stopcontacten in Amerika: 115V
Pinnetje = aarding
o DOEL: stroom dat ergens niet thuishoort wordt afgevoerd
door een dikke groene draad
ZEKERINGSKAST
= verdeeldoos voor de stroom met extra veiligheden
Aarding: preventie van brand
Verliesstroomschakelaar: meten of stroom weglekt (op
persoon of item)
3 FASEN STROOM
DOEL = grotere vermogens uithalen (vb: kast op straat met bliksem op)
WAT?
Elektriciteit dient om ENERGIE op te wekken en over te brengen
Brengt energie van de ene plaats naar de andere plaats
VOORDEEL NADEEL
- Makkelijk te transporteren - Je kan het niet zien of ruiken
- Snel te transporteren - Je kan het niet opslaan (reden
- Makkelijk om te zetten naar een van nachttarief meer
andere vorm van energie verbruiken)
EPM2 Pagina 1 van 72
, MODEL VAN BOHR
2.1 Atoom (kleinste bouwsteen van
materie)
117 elementen
Combinatie: molecule = samengestelde stof
Kern = protonen en neutronen
o Protonen: + lading
o Neutronen: geen lading
o Elektronen: - lading (vliegen rond kern)
Evenveel protonen als elektronen
o Totale lading van atoom = 0
Protonen worden aangetrokken door elektronen (+
en -)
Elektronen in beweging omdat ze onderling worden
afgestoten
2.2 Elektronenconfiguratie
= verdeling van elektronen van bepaald atoom over verschillende mogelijke
energieniveau’s
Elektronen hebben bepaalde energie afhankelijk van afstand tot de
kern
o Dicht bij kern: lage energie
o Ver van kern: veel energie
Elektronen die dezelfde energieniveau hebben allemaal
dezelfde afstandvan de kern
Atoommodel van Bohr: SCHIL = een energieniveau
Schil K L M N O P Q
Nummer (N) 1 2 3 4 5 6 7
Max bezitting* 2 8 18 32 32 32 32
*FORMULE: x elektronen = 2N²
N = nummer van de schil
“Hoeveel elektronen kunnen op een schil vooraleer die vol is?”
EPM2 Pagina 2 van 72
, 2.3 Begrippen atomen (3)
VALENTIE ELEKTRONEN
= elektron op de buitenste schil met max 8 elektronen
EDELGASSEN (lichtblauw) = hebben max 8 elektronen en zijn
dus gelukkig en sterk (uitzondering van He)
o gebrek aan reactiviteit lastig om configuratie te
veranderen (extra stabiliteit)
o andere atomen kunnen hiervan profiteren door
elektronen af te staan of op te nemen
o Alle atomen streven naar de edelgasconfiguratie
= stabiele configuratie
METALEN (roos + blauw)
o Minder dan 4 elektronen
o gaan hun elektronen snel afstaan
o Goede geleiders
ISOLATORS (groen)
o meer dan 4 elektronen
o niet afstaan maar wel bijkrijgen dus die stelen elektronen
ION = een positief geladen elektron
VRIJ ELEKTRON = elektron dat afgestoten wordt voor een valentie
elektron te bekomen (verder van de kern en minder
aantrekkingskracht)
2.4 Stroomkring
Elektrische lading beweegt in een stroomkring in tegengestelde
richting aan de elektronen
Van – (veel elektronen) naar + (weinig elektronen)
Bewegende elektronen: gebruikt om energie te transporteren
van stroombron naar apparaat
!!! stroomkring gesloten
EPM2 Pagina 3 van 72
, COMPONENTEN
1. Stroombron (+ en -)
2. Schakelaar
a. gesloten elektronen kunnen erdoor
b. open elektronen kunnen niet door
3. Lamp (verbruiker)
4. Weerstand zorgt ervoor dat de
elektronen weerstand krijgen en zo de
lamp niet kapot gaat
a. Regelbaar: harder en zachter (potentiometer)
b. LDR = light depender resistor (lichtgevoelig)
c. Temperatuurgevoelige weerstand
BEGRIPPEN
3.1 Stroomsterkte (I)
= hoeveel elektronen er per seconde door de draad lopen, hoe sterk de stroom is
Eenheid: Ampère (A)
Symbool: intensiteit (I) = de verplaatsing van de elektrische
lading (Q) per tijdseenheid (T)
In schakeling
FORMULE: I = P /
U
ELEKTRISCHE
LADING (Q)
Gemeten in Coulomb (C)
1A = 1C per seconde door de draad
3.2 Spanning (U)
= het potentiaalverschil tussen 2 punten in een elektrisch circuit
(‘druk’ die nodig is om elektrische stroom te laten lopen)
Groot verschil = elektronen heel hard aangetrokken en willen er snel door
Eenheid: volt (V)
Symbool: U
Op stroombron
FORMULE: U = P /
I
3.3 Elektrisch vermogen/ stroom (P)
(energie / tijdseenheid)
= een elektrische stroom I tussen 2 punten waartussen een
potentiaalverschil U bestaat, levert een vermogen
Eenheid: Watt (W)
Symbool: P
FORMULE: P = U x I
EPM2 Pagina 4 van 72
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller samtheeuws. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.04. You're not tied to anything after your purchase.