Politieke filosofie
1. Inleiding
Artikel 1: Waarom we Orban beter geen ‘illiberale democraat’ noemen
Orban wordt democraat genoemd, maar is het niet.
Een democratie kan een illiberaal beleid voeren, maar ze kan niet zonder
elementaire politieke vrijheden!
Orban geeft toe dat de democratie in Hongarije verzwakt, maar vindt dat dat het
land sterker maakt.
Hij wordt ook illiberaal genoemd maar vindt deze benaming eerder een grote eer.
Orban is eigenlijk geen illiberaal (hij noemt zich wel zo) maar conservatief:
o Conservatieve opvattingen over het gezin, verdediging van sterke
natiestaten binnen EU, totale afwijzing van immigratie
Volgens Orban is liberalisme slechts een kwestie van subjectieve waarden
o Liberalen staan voor vrijheid van meningsuiting, maar geven kritiek op
Orbans mening = zijn ook illiberaal
Artikel 2: Populisten zijn Westerse analysten
Bart Somers: burgemeester van Mechelen, noemt zichzelf humanist, is bezig met
liberalisme en staat achter de verlichting. Hij confronteert het conservatisme.
Burgers zijn te angstig, ondanks dat het leven nog nooit veiliger is geweest
Populisten zoeken naar makkelijke oplossingen voor die angst, bv. alle schuld op
moslims steken (als alle moslims verdwijnen, verdwijnen de problemen’
De populisten verdelen de samenleving (Orban wil dat iedereen echte Hongaren
worden, de rest moet verdwijnen zo valt angst weg doordat iedereen zelfde
waarden en normen heeft)
Nadelen hiervan: vrijheid?
o Mensen moeten vrijheid krijgen om aan eigen identiteitsbepaling te doen
Bv. 2 mensen hebben andere visie op vaderschap, maar wel zelfde
visie op supporterschap
Iedereen moet volwaardig zijn vanuit multidimensionaliteit
o Natie: enkel kijken naar gelijkenissen zonder verschillen, vnl verleden
gericht
o Vgl stad: niet iedereen is gelijk, maar we moeten elkaar wel leren kennen
1
,2. Links – rechts
2.1. Wat is politieke filosofie?
“What do we owe to each other?” (wat zijn we de ander verschuldigd?)
Bijvoorbeeld: persoon die flauwvalt helpen = ethisch verplicht
o Vroeger werd dit overgelaten aan individuele initiatieven, nu welvaartsstaat
om mensen die uit de boot vallen te helpen
Subcategorie: wat we via de ‘samenleving als geheel’ willen realiseren
o Staat, overheid, publieke instellingen
Focus op specifieke groep van morele verplichtingen die we hebben ten aanzien
van anderen waarbij we beroep willen doen op publieke instellingen
Daarin zal algemene moraal van de samenleving doorschijnen
Ieders visie hierop is ingebed in een ideologie
2.2. Ideologie
Politieke ideologie =
Een samenhangend geheel van opvattingen
Over de inrichting van de samenleving
Op een groot aantal beleidsterreinen
Gebaseerd op een mens- en maatschappijbeeld
Als basis voor georganiseerde politieke actie
Ideologie:
‘Muf’ woord
o Sluier van mooie/acceptabele ideeën om reële daden/verhoudingen
(onderdrukking) te verhullen (Marx)
o Politiek vereist goed management (technocratie) en zou niets met
ideologie te maken hebben (de links-rechts tegenstellingen hebben zich
afgedaan)
o Vage ideeën, ‘ver van mijn bed show’, elke ideologie heeft al tot uitwassen
geleid
Doel hier:
o Ideologie heeft pertinente impact
Iedereen vertrekt vanuit een ideologie:
o Niet altijd consequent
o Vaak impliciet
Concrete elementen:
o Vertrouwensvol vs. wantrouwend medemensbeeld
o Grenzeloze vs. beperkte individuele capaciteiten
2
, 2.3. Ideologieën ‘rangschikken’
Links Rechts
Gelijkheid Vrijheid
Ideologieën moeilijk te plaatsen op deze assen omdat je op bepaalde vlakken links
kan denken en op andere vlakken rechts.
Oplossing: economische as en morele as
Wat is er hier aan de hand?
Vermenging van verschillende dimensies van links-rechts
Op elke dimensie kan een persoon/groep/partij een andere positie innemen
Hopen op 1 overkoepelend criterium om links-rechts te definiëren
o Groepsgericht vs. individugericht
Tekst: ‘links-rechts en de democratie’
Oorsprong democratie als ‘links’ bestempelen
Politicologische vragen:
o Wie mag participeren?
o Hoe mogen ze participeren?
Inhoudelijk = democratie neutraal, waarom toch links?
Er zijn 3 links-rechts assen
Dimensie 1: economische as
o Criterium: meer of minder overheidsinmenging in de economie
Dimensie 2: socio-culturele as
o Criterium: meer of minder vrijheid in het bepalen van ‘de opvatting van het
goede leven’
Dimensie 3: politieke as (machts-as)
o Criterium: meer of minder delen van de politieke macht
Links-rechts = lastig
Geen dimensie is dominant: 1 criterium geldt niet in de andere dimensies
Weinig actoren plaatsen zich dominant aan 1 zijde
Actoren zijn een ‘amalgaam’ (mengelmoes)
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 31165. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.65. You're not tied to anything after your purchase.