Directe kosten Kosten die rechtstreeks toe te rekenen zijn aan producten of diensten (emballage)
Indirecte kosten Niet rechtstreeks toe te rekenen aan producten of diensten. Gebruik toerekening
methoden zijn noodzakelijk. (energie, hulpstoffen, ect. ) Verschil tussen vaste en variabele kosten
Indirecte kosten Verschillende toerekeningmethoden:
1. Equivalentiecijfermethode
2. De opslagmethode
3. De kostenplaatsmethode
4. De Activity Based Costing (ABC)
Equivalentiecijfermethode Kostprijsberekening waarbij de delingscalculatie toegepast wordt
nadat soortgelijke producten tot één gemeenschappelijke grootheid herleid zijn.
- Producten lijken op elkaar, maar verschillen van vorm, gewicht of inhoud.
- Ze worden teruggerekend naar een homogeen product en vervolgens wordt de
deelcalculatie toegepast.
- Voorbeelden; Pepsi Cola, houtzagerij
- Bv. Chocoladefabriek met repen van 40 gr, 80 gr en 200 gr, dezelfde samenstelling en
kwaliteit De indirecte kostprijzen worden verondersteld afhankelijk te zijn van het
gewicht.
Chocoladefabriek repen
De verwachte indirecte kosten in een periode bedragen 540.000
De normale productie per periode bedragen
1.000.000 repen van 40 gram
400.000 repen van 80 gram
100.000 repen van 200 gram
Reep van 200 gram is gelijkwaardig (equivalent) aan 5 repen van 40 gram. Reep van 80 gram
is gelijkwaardig aan 2 repen van 40 gram dus:
Productie = (2 * 400.000) + (5 * 100.000) + 1.000.000 = 2.300.000 stuks van 40 gram
Indirecte kosten voor reep van 40 gram: = € 540.000/2.300.000 = € 0,235
Een reep van 80 gram heeft een indirecte kosten van 2 * € 0,235 = € 0,47
Een reep van 200 gram heeft een indirecte kosten van 5 * € 0,235 = € 1,175
Voor de kostprijs per reep de gevonden bedragen optellen bij de directe kosten per reep
Opslagmethode Indirecte kosten worden aan de directe kosten gerelateerd door deze uit te
drukken in een percentage (%) van de directe kosten (directe kosten verhogen met opslag)
- Twee soorten opslagmethoden: enkelvoudige (primitieve) of meervoudige (verfijnde)
opslagmethode.
- Bij enkelvoudige opslagmethode Indirecte kosten / directe kosten * 100%
- Bij meervoudige opslagmethode Indirecte kosten eerst splitsen in relatie met directe
kosten zoals directe arbeid, direct materiaal, ect. Vervolgens meerdere opslagen gebruiken.
Voorbeeld enkelvoudige opslag
Voorcalculatie: verwachting 1.000.000 directe kosten en 500.000 indirecte kosten
(=overhead)
Er worden voor een order 120 directe kosten gemaakt.
Het opslagpercentage wordt (500.000/1.000.000) * 100% = 50%
De kostprijs van de order wordt 120 + 50% = 180 euro
Voorbeeld meervoudige opslag
, Voorcalculatie: verwachting 600.000 directe loonkosten en 400.000 gemaakte
grondstofkosten. De indirecte kosten (=overhead) bedragen 500.000 en hangen voor 360.000
samen met loon en 140.000 samen met grondstof.
Er worden voor een order 120 euro directe kosten gemaakt waarvan 80 euro loonkosten en
40 euro grondstofkosten.
Het opslagpercentage wordt
- Opslag loonkosten (360.000/600.000) * 100% = 60%
- Opslag grondstofkosten (140.000/400.000) * 100% = 35%
De kostprijs van de order wordt
- Loonkosten 80 euro
- Grondstofkosten 40 euro
- Opslag 1 loon 60% van 80 48 euro
- Opslag 2 grondstof 35% van 40 14 euro +
Totaal 182 euro
Overeenkomst toerekeningmethoden
Directe kosten worden gerelateerd aan de indirecte kosten
(indirecte kosten/directe kosten) *100%
Elke methode wil een kostprijs berekenen
Activity Based Costing (ABC methode) De indirecte kosten worden toegerekend aan indirecte
activiteiten waarbij dan per ‘cost pool’ een ‘cost driver’ wordt gekozen Via een tarief per cost driver
worden de indirecte kosten dan toegerekend aan de producten of diensten. Vooral kleine
opdrachten krijgen bij de opslagmethode te weinig kosten doorberekend terwijl deze opdrachten wel
veel extra werk veroorzaken. ABC geeft een nauwkeuriger toerekening van de indirecte kosten en de
conclusie is in de praktijk dat kleine opdrachten beter afgestoten kunnen worden.
- Als een reactie op een te globale toekenning van de indirecte kosten is het systeem van
Activity Based Costing geïntroduceerd in 1970
- Kosten worden aan producten toegekend op basis van een oorzakelijk verband tussen de
producten en de daarvoor noodzakelijke activiteiten.
- Indirecte kosten hebben te maken met indirecte activiteiten
- De kosten van de indirecte activiteiten worden per activiteit in beeld gebracht.
Costpools de activiteiten (verkoopadministratie, transport)
Er worden kostenveroorzakers oftewel cost drivers geformuleerd, deze is voor de
vraag naar een activiteit (aantal verkoopfacturen, zendingen)
Bovenop de directe kosten wordt een tarief per cost driver berekend.
Indirecte kosten hebben te maken met indirecte activiteiten
De indirecte activiteiten die nodig zijn om de producten voort te brengen zijn:
1. Het verwerken van de verkooporder door de afdeling sales
2. Het inkopen van de materialen door de inkoopafdeling
3. Het omstellen / instellen van de machine voor een nieuwe bedrukking pennen
4. Het laten draaien van de machines
5. Het controleren van de producten
De cost drivers en cost pools zijn dan;
1. Verkooporders, kosten verkoopafdeling
2. Inkoopopdrachten, kosten inkoopafdeling
3. Omstellingen, personeelskosten en kosten stilstand machines
4. De machine-uren, machinekosten
5. Inspectie uren, inspectiekosten
Voorbeeld: stel de kostencalculatie op met de ABC methode
De gebudgetteerde bedragen per cost pool:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marliestessemaker. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.