Inleiding Recht
H1
Eigenrichting Is in een geschil je gelijk halen door zelf geweld te gebruiken.
Organisatie Rechterlijke macht
Hoger
Rechtbank
beroep gaan
Gerechtshof
In cassatie
gaan Hoge Raad
Kenmerken:
Rechtbank:
• Enkelvoudige kamers met 1 rechtsprekende rechter (zoals kantonrechter,
politierechter.
• Meervoudige kamers met 3 rechtsprekende rechters Gerechtshof:
• Rechter in het gerechtshof heet een raadsheer.
• Meervoudige kamers met 3 raadsheren tenzij het een eenvoudige zaak is dan
wordt het door één raadsheer behandeld.
Hoge Raad:
• Rechter in de Hoge Raad heet een raadsheer.
• Controleert of de lagere rechter het recht juist heeft toegepast in een zaak.
• Als de Hoge raad oordeelt dat het recht niet juist is toegepast dan is de lagere
rechter verplicht een nieuwe uitspraak te verrichten.
Sanctie is een straf die wordt gegeven als een rechtsregel wordt overschreden.
, Last onder dwangsom is een geldbedrag die een overtreder moet betalen voor
iedere dag dat hij de overtreding niet ongedaan maakt. (Dit is geregeld in art.
5:31d e.v. Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Indeling Objectief Recht
Objectief recht (=
alle recht)
Subjectief recht
(= recht dat Publiekrecht Privaatrecht
iemand toekomt)
Vermogensrecht,
Recht van salaris, Strafrecht,
personen-
recht op leven Bestuursrecht
familierecht
Publiekrecht
Rechtsverhouding tussen de overheid en burgers, hierbij treedt de overheid als
gezagsorgaan op.
Publiekrecht is van toepassing als de overheid een specifieke overheidshandeling
verricht en deze handeling kan alleen door de overheid verricht worden.
Bijvoorbeeld: Alleen de overheid kan een exportvergunning of omgevingsvergunning
verlenen.
Privaatrecht
Houdt zich bezig met de rechtsverhouding tussen zowel natuurlijke als
rechtspersonen onderling.
• Privaatrecht staat in het BW.
• BW is opgedeeld in 10 boeken
Rechtspersoon: Is een organisatievorm die voor veel handelingen net als natuurlijke
personen aan het rechtsverkeer mag deelnemen. (Art. 2:1 BW)
.
, Onderscheid materieel recht – formeel recht
Materieel Formeel
recht Bevat regels die rechten recht
verlenen en verplichtingen
opleggen tussen burgers Regels voor de handhaving
van het materieel recht.
onderling en tussen burgers
en de overheid.
Voorbeelden:
Voorbeelden:
- Burgelijke rechtsvordering
- Burgelijk Wetboek
-Het Wetboek van
- Wetboek van Strafrecht
Strafvordering
Het objectief recht is het geheel van geschreven en ongeschreven regels.
Het subjectief recht zijn de bevoegdheden die een persoon aan het objectieve
recht ontleent. Een subjectief recht is alleen voor rechtssubjecten.
Rechtssubjecten zijn personen aan wie het subjectief recht toe komt.
Rechtssubjecten:
• Natuurlijke personen
• Rechtspersonen
Voorbeelden objectief & subjectief recht:
• Stemrecht is een objectief recht, maar jouw persoonlijke recht om te stemmen
is een subjectief recht.
• Het is verboden een ander van het leven te beroven. (Objectief recht) art. 287
Sr.
• B heeft al zekerheid voor een verstrekte geldlening een hypotheekrecht op het
huis van A. (subjectief recht). De rechten ven plichten van de hypotheeknemer
(B) zijn geregeld in Boek 3, titel 9 van het BW. (Objectief recht).
Recht
Semidwingend recht:
In dit recht zijn partijen toegestaan om van de wettelijke regel af te wijken binnen
bepaalde, door de wet gestelde grenzen.
Dwingend recht:
In dit recht zijn partijen verplicht om niet van bepaalde voorschriften die in de wet zijn
vastgelegd af te wijken.
• Dit recht komt voor op terreinen van het recht die de bescherming van
een zwakkere partij tegenover een sterkere partij betreffen.
• Arbeidsrecht en het huurrecht.
• Het woord nietig geeft aan dat het recht dwingend is.
• Bij een nietigheid wordt het rechtsgevolg geacht nooit te hebben bestaan.
Publiekrecht is altijd dwingend
Aanvullend recht
Dit recht is gemaakt voor het geval partijen niet zelf een regeling treffen maar laat de
burgers vrij om naar goed denken in afwijking daarvan een regeling overeen te
komen.
Privaatrecht is vaak aanvullend.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ninadeboer1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.