100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting algemene economie Jan Bouckaert 1e Ba bio ing $5.89   Add to cart

Summary

samenvatting algemene economie Jan Bouckaert 1e Ba bio ing

 50 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

volledige samenvatting algemene economie +figuren uitgelegd

Preview 4 out of 51  pages

  • No
  • Hs1, 2, 4,5,7,8
  • January 13, 2022
  • 51
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
HS1: wat is economie?
het economisch probleem: behoeften versus schaarse middelen
Spanningen die ontstaan tussen
Individuele en collectieve behoeften van de schaarse beschikbare middelen
samenleving
materiële (eten, bureau, kleding) = economische goederen (kosten geld  hebben een nut)
immateriële (geneeskunde, cultuur, onderwijs)
rangorde en intensiteit hangen af van persoon tij en kunnen een behoefte geheel of gedeeltelijk opvangen
omstandigheden
schaarse middelen zorgen voor een keuze probleem
(sommige middelen kunnen slechts eenmaal worden
ingezet)

Opportuniteitskost= de waarde van een gemaakte keuze in de waarde van het beste alternatief dat
men opgeeft door deze keuze te maken

Definitie economische analyse:
gaat na hoe beslissingmakers (mensen, bedrijven, overheden en andere organisaties) keuzes maken
en wat daarvan de private en maatschappelijke gevolgen zijn

 volgens Scitovsky: economie= een sociale wetenschap die tot voorwerp heeft, het beheer van
schaarse middelen
Drie beheer problemen
1. Stabilisatieprobleem: nastreven van de volledige aanwending (inzetten)van de beschikbare
middelen
a. Hoeveelheid productie hangt af van productiefactoren: arbeid, materialen en
kapitaal
2. distributieprobleem: hoe verdelen we de geproduceerde goederen en diensten over de
bevolking
a. in sommige landen bezit 1% van de rijkste bevolking 40% van het totale vermogen
3. allocatieprobleem: hoe wijs je de schaarse middelen toe aan diverse aanwendingen?
a. In japan wordt veel elektronica geproduceerd, hoe geraakt het hier?

Micro en macro economie
 Micro-economie: bestudeerd het gedrag van economische agenten (consumenten,
producenten)  individueel en onderling (allocatie en distributieprobleem)
 Macro-economie: bestudeerd invloed van allocatie en stabilisatieprobleem van arbeid en
kapitaal op de werking van een economie

Productiefactoren
1. Primaire productiefactoren
a. Arbeid: fysisch en intellectueel
b. Natuur: grond, lucht, ruimte, klimaat
2. Afgeleide productiefactoren (door de mens
geproduceerde productiemiddelen)
a. Kapitaal: gebouwen, machines, infrastructuur
3. Ondernemersinitiatief: menselijk kapitaal

, De productiefunctie
= technische relatie tussen hoeveelheid
productiefactoren (input) en de maximale
economische goederen (output)

X = f(L, N, K)

L= arbeid  Positief Marginaal product van arbeid: de toename van productie wordt groter en groter ten
N= natuur gevolge van een verhoging van de ingezette hoeveelheid arbeid
K= kapitaal  Negatief marginaal product: de toename van productie word kleiner en kleiner ten gevolge
van een verhoging van de ingezette hoeveelheid arbeid
 Constant marginaal product: de toename van productie gaat evenredig met de toename van
de ingezette arbeid

Productiemogelijkhedencurve
= alle mogelijke combinaties van de productie van economische goederen (die tot stand komen bij
volledige aanwending van de beschikbare productiefactoren)

We hebben een maximum aantal beschikbare
hoeveelheid arbeid
Curve geeft alle mogelijkheden weer om deze in
te zetten verdeeld over de 2 producties vb:
kleding en graan
 x-as= hoeveelheid kleding
 y-as= hoeveelheid graan

Stippellijn= verruimde productie mogelijkheden




Het verruimen van productiemogelijkheden van een land
= toenemende productiemogelijkheden: productiemogelijkhedencurve verder van de oorsprong
 Betere arbeidsverdeling: bijscholingen, burn-outs voorkomen,…
 Technologische vooruitgang: nieuwe uitvinding
 Nieuwe economisch ordening/ instituties: vb: verplichte sluitingsdagen,

,Technologische voorruitgang: X = f(L, N, K, T) T= de stand van technologie

Het marktmechanisme versus centrale planning
Centrale planning: een centraal overheidsorgaan stelt plan op voor inputs en output
 Bepaald hoeveel van verschillende goederen wordt geproduceerd

Het marktmechanisme: de markt werkt op basis van de beslissingen van individuele consumenten en
producenten
 De prijsvorming staat centraal  geen centraal organisme dat tussenbeide komt
 Prijsmechanisme zorgt voor
o Prijzen verschaffen informatie over de schaarste en het nu van goederen
o Geeft signalen of prikkels aan consumenten die er hun beslissingen op baseren
o Bepaalt de inkomensvorming
 Problemen
o Stabilisatieprobleem: hoog- en laag conjuctuur, werkloosheid
o Distributieprobleem: inkomensongelijkheid
o Allocatieprobleem: marktfalingen (monopoliemacht, publieke of collectieve
goederen, externe effecten, asymmetrische informatie)

 oplossing= combinatie beide= gemengde economie
 Marktmechanisme met overheidsinterventie

Methodologische aspecten van de economische analyse
 Hypothesen
o Mensen reageren op prikkels: ze passen hun gedrag aan afhankelijk van de prikkels
die ze ervaren
o Men kan het gedrag van personen, bedrijven en organisaties verklaren en
voorspellen door ervan uit te gaan dat dit gedrag het gevolg is van optimaliserend
gedrag (dit is de beste keuze)
o Partiële analyse: ceteris paribus-clausule
 Marginaal denken
o = de invloed van een kleine verandering in een bepaalde variabele op een andere
o Geeft een uiterst simpele regel om activiteiten te evalueren
 Positieve analyse: analyseert en beschrijft de gevolgen en implicaties (van een invoering vb
vehogen minimumloon) voor de werkgelegenheid en de werking van de arbeidsmarkt
 Normatieve analyse: stelt zich de vraag of de maatregel wenselijk is vanuit een
wetenschappelijk oogpunt
 Statische analyse: bestudeerd economische verschijnselen waarin dat de relevante
verklarende factoren die onmiddellijk op het fenomeen inwerken gedurende de analyse
ongewijzigd blijven
 Dynamische analyse: onderzoekt het tijdspad en het aanpassingsproces bij de overgang van
de ene economische situatie naar de andere
 Deductieve methoden: uitgaan van bepaalde axioma’s en daar nieuwe besluiten uit afleiden
o Vb: consumenten streven naar een maximale behoeftebevrediging  bij benzine
bekijken
 Inductieve methode: uitgaan van observaties
o Vb: wanneer de benzine daalde nam de vraag toe
 Experimenten
 Econometrie (= economie+ wiskunde + statistiek)

,

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller inehoybergs. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.89  1x  sold
  • (0)
  Add to cart