H2 de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten geschiedenis 3 Vwo:
§2.1 Het communisme
Eerste Wereldoorlog -> schok in heel Europa, vonden dat samenleving moest
veranderen/hoopten op een betere wereld zonder oorlog/economische ongelijkheid.
Socialisme (19e eeuw) beloofde zo’n wereld, maar was nog niet duidelijk hoe. Socialisten
waren het oneens onderling/socialistische staat bestond nog nergens.
1917; uitbreken van een socialistische revolutie in Rusland. Bestuur werd
overgenomen door communisten (radicale socialisten), die een communistisch land
stichtte: Sovjet-Unie.
Karl Marx:
Industrialisatie -> ontstaan klassenmaatschappij (19e eeuw). Arbeidersklasse (grootste
groep), afhankelijk van eigenaren fabrieken (ondernemers) die zo, veel winst probeerden te
maken. Ondernemers moesten met elkaar concurreren -> hielden arbeidslonen zo laag
mogelijk, ontevreden arbeiders werden ontslagen -> arbeiders bleven arm, ondernemers
werden rijk. Ongelijkheid werd als een groot probleem gezien.
Rond 1850: socialisme kwam op, belangrijkste grondlegger Duitse denker Karl Marx.
Was heel kritisch, in zijn boek ‘Het kapitaal’, over kapitalisme en voorspelde
ongelijkheid tussen ondernemers/arbeiders zou toenemen -> arbeiders zouden
massaal in opstand komen -> zouden klassenstrijd winnen/privébezit afschaffen.
Klassenmaatschappij zou verdwijnen, zodra het kapitaal (geld, grond, machines,
gebouwen, etc) van iedereen was. Binnen socialisme veel verschillende stromingen:
1. Socialisten die trouw waren aan Marx’ idee van een geweldige revolutie;
communisme.
2. Sociaaldemocraten die geen klassenstrijd, maar vreedzame oplossing v/d
ongelijkheid door invoering sociale wetten wilden. Keurden afschaffen privébezit af,
weken af van Marx’ ideeën; sociaaldemocratie.
Rusland vóór 1917:
Marx’ voorspelling uitbreken revolutie in land met veel industrie
(Groot-Brittannië/Duitsland) bleef uit -> eerste communistische revolutie in Rusland. Was
verassend -> Rusland was vooral agrarisch land (rond 1900): groot deel landbouwgrond in
bezit van adellijke grootgrondbezitters, wat vaak arme boeren bewerkten (goedkoopste
arbeidskrachten). Adel had geen belang bij modernisering landbouw.
Eind 19e eeuw: begin industriële revolutie in Rusland -> Rusland had geen grote
arbeidersklasse, maar veel armoede/ongelijkheid was enorm.
- Rusland was geen democratisch land -> land werd bestuurd door tsaren (keizers) uit
familie Romanov -> regeerden met steun van adel/kerk als alleenheersers, duldden
geen kritiek.
- Geheime politie hield tegenstanders tsaar in de gaten -> zorgde voor veel
ontevredenheid in Russische Rijk. Nam toe toen tsaar Nicolaas II (1905) oorlog tegen
Japan verloor/onder bevolking zijn aanzien kwijtraakte -> mensen wilden
verandering -> ongewapende burgers gingen in Sint-Petersburg protesteren om
kortere werkdagen/algemeen kiesrecht. Tsaar liet dit met geweld neerslaan ->
, mensen kwamen in opstand tegen tsaar -> duizenden doden -> tsaar voerde enkele
hervormingen door: instellen parlement, maar hield zelf de macht.
Russische revolutie:
Ondanks hervormingen -> ontevredenheid nam toe, vooral door leiden grote verliezen
Eerste Wereldoorlog: miljoenen Russische soldaten overleden/raakte gewond, ontstaan
enorme tekorten door deelnemen van boeren/arbeiders leger -> burgers begonnen
stakingen/demonstraties -> ontstaan Russische Revolutie met drie fasen:
- Februarirevolutie (februari 1917); soldaten/parlement kozen kant van
demonstranten -> Tsaar Nicolaas trad af, ontstaan voorlopige regering voor
voorbereiden verkiezingen -> wilde vrede sluiten met Duitsland -> geallieerden
hielden tegen.
- Oktoberrevolutie; Invloed bolsjewieken (Russische communisten) vergrootte door
regeringsbesluit: doorvechten. Vladimir Lenin (leider bolsjewieken), stelde radicale
eisen op: alle grond aan boeren, alle fabrieken aan arbeiders, vrede met Duitsland.
Lenin wilde geen parlementaire democratie maar bestuurd worden door
‘arbeidersraden’ (sovjets). Niet alle Russen waren het hiermee eens, toch voelden
bolsjewieken zich sterk genoeg -> zette eind oktober regering af. Nieuwe regering
geleid door Lenin.
- De burgeroorlog; Lenin sloot wapenstilstand Duitsland (december 1917), waarna het
vredesverdrag (maart 1918) volgde. Russen waren blij met vrede, maar wilden géén
communistisch land -> uitbreken burgeroorlog. Rode leger bolsjewieken vocht tegen
‘de Witten’, naam voor alle tegenstanders. Witten waren erg verdeeld, werden
definitief verslagen (1922).
Na burgeroorlog -> Sovjet-Unie werd uitgeroepen (Unie = samenwerkingsverband) van
Socialistische Sovjetrepublieken. Bolsjewieken maakten van Rusland een eenpartijstaat:
alleen Communistische Partij was toegestaan; er zaten alleen communisten in regering.
§2.2 De Sovjet-Unie onder Stalin
Na Oktoberrevolutie -> bolsjewieken probeerden hun communistische idealen in praktijk te
brengen, zoals herverdeling van bezit: grootgrondbezitters moesten op het platteland hun
landerijen afstaan aan arme boeren, die moesten gaan werken in gemeenschappelijk
landbouwbedrijven. Onder andere bestond hierdoor verzet. Bolsjewieken geloofden in een
sterke staat, strak geleid door de Communistische partij.
Economie en samenleving:
Al tijdens burgeroorlog begon de Communistische Partij de economie te hervormen -> staat
werd eigenaar van banken/fabriek; nationaliseren. Landbouwgrond kwam ook onder
toezicht v/d staat, aan wie boeren een groot deel van hun opbrengst moesten afstaan.
- Maatregelen hadden geen gewenst effect -> winst van genationaliseerde bedrijven
viel tegen/boeren werkten niet mee -> ontstaan hongersnood.
- Lenin moest zijn maatregelen gedeeltelijk terugdraaien -> landbouwopbrengsten
stegen weer, zware industrie, transport-/bankwezen bleven in handen van staat.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esms. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.