- Integrale kostprijsmethode
Absorption Costing (AC)
- Variabele kostencalculatie
Direct costing (DC)
- Break-even
- Wat is mijn voorraad waard?
- Prijs van mijn product
- Verband controles AO IST SOLL
IST: wat zijn de werkelijke kosten
SOLL: kostprijsberekening, wat zou het moeten kosten
3 vakgebieden van bedrijfseconomie:
1. Financial accounting deze stellen de jaarrekening op en kijken voornamelijk terug
2. Management accounting bedrijfseconomen die vooral bezig zijn om te kijken hoe ze het
management kunnen steunen met alle beslissingen die worden genomen op
bedrijfseconomisch gebied
3. Financieren
Definitie kosten:
Kosten zijn aan perioden, functies of producten toegerekende (toekomstige) gelduitgaven, die
verband houden met de opoffering van productiemiddelen.
Integrale kostprijs: Alle kosten worden opgenomen in de kostprijs.
Wanneer alle kosten proportioneel variabel zouden zijn gemiddelde kosten per eenheid
berekenen:
Kostprijs = Totale kosten / productie
Degressief verband: De variabele kosten stijgen minder hard als de productie toeneemt.
Progressief verband: Als de productie toeneemt dan nemen de kosten harder toe.
Proportioneel variabele kosten: Kosten en productie stijgen precies evenveel. (een lijn door het
midden)
Nadeel van rekenen met gemiddelde kostenprijs per eenheid:
Wisselende kostprijs bij andere productieomvang
Kostprijs kan alleen aan het einde van de periode berekend worden (=nacalculatie)
, Kostprijs wil je vooraf weten onder begeleiding van normale bezetting = voorcalculatie
N = normale bezetting
- De hoeveelheid producten / diensten die men gemiddeld, over langere termijn wil
produceren
- Op basis van deze normale bezetting koopt men de gebouwen en de machines etc. en neemt
men mensen in vaste dienst.
Integrale kostprijs van een product bij proportioneel variabele kosten:
1. Basis vaststellen / beoordelen verkoopprijs
2. Hulpmiddel voor balanswaardering / winstbepaling
3. Uitgangspunt voor analyseren bedrijfsresultaat
C / N tarief dekking van de vaste kosten.
Wanneer je evenveel produceert als N, dan speel je gelijk op de vaste kosten. Wanneer je meer dan
N produceert, heb je al je vaste kosten eruit en maak je een soort van ‘winst’. Wanneer er minder
dan N wordt geproduceerd, heb je niet alle vaste kosten eruit gehaald.
Wanneer de werkelijke productieomvang afwijkt van de normale productie = bezettingsresultaat
dient als correctie op het winstsaldo
Resultaatbepaling volgens AC-methode:
Omzet Q*P
Kostprijs van de omzet Q * Kp (-/-)
Transactieresultaat Q * (P-Kp)
Bezettingsresultaat (W-N) * C/N (+/-)
Perioderesultaat €…
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DrRay. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.