100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Biomedisch kader Orthopedagogie $8.68   Add to cart

Summary

Samenvatting Biomedisch kader Orthopedagogie

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van het vak 'Biomedisch kader'. Met deze samenvatting was ik in de eerste zit geslaagd.

Preview 4 out of 47  pages

  • January 15, 2022
  • 47
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
BIOMEDISCH KADER


DEEL 1: CELLEER
1 BOUW EN FUNCTIE VAN DE CEL

1.1 INLEIDING

BEGRIP CEL

 Robert Hooke in 1665
 Hokjes in stukje kurk
o Noemde hokjes cellen
 Verder onderzoek
o Organismen bestaan uit cellen
o Duidelijke overeenkomsten tussen cellen meeste organismen
 Cellen bestaan uit begrenzing, geleiachtige inhoud, nucleïnezuren

1.2 ALGEMENE BOUW

 Eencellige organismen (prokaryoot)
o Vb. bacteriën
 Meeste cellen onderdeel van meercellige organisme (eukaryoot)
 Cellen met zelfde bouw en functie liggen bij elkaar in weefsel
 Meeste organismen hebben organen voor uitvoeren van speciale taken
o Orgaan bestaat uit verschillende weefsels
o Organen verbonden tot organenstelsel met eigen taak
 Vb. spijsverteringsstelsel, ademhalingsstelsel
 Binnen cel organisatieniveaus te onderscheiden
o Organellen
o Moleculen
o Atomen

ATOOM  MOLECUUL  ORGANEL  CEL  WEEFSEL  ORGAAN  ORGAANSTELSEL 
ORGANISME

1.3 CELSCHEMA

 Algemeen bouwplan maar ook verschillen
o Elke cel zijn eigen functie, daaraan aangepast
 Cytoplasma
o Bestaat uit grondplasma en organellen
 Grondplasma uit geleiachtige vloeistof, eiwitten, vetten, suikers en mineralen
o Omgeven door celmembraan
 Plantaardige cellen
o Celwand om celmembraan
o Bladgroenkorrels (chloroplasten) in cytoplasma

1.4 CELORGANELLEN EN HUN FUNCTIE

 Cel ingewikkeld en structuur niet altijd hetzelfde
o Celstructuren constant gevormd en weer afgebroken
 Bij celdeling ontstaan twee nieuwe cellen
o Bestaande celorganellen over nieuwe cellen verdeeld
o Nieuwe celorganellen samengesteld uit bouwstenen van buiten cel aangevoerd




1

, BIOMEDISCH KADER




CELKERN
 Eukaryote cellen wel, prokaryote cellen niet
 Bevat chromosomen
o Steeds gekopieerd en aan dochtercellen doorgegeven
o Verantwoordelijk voor erfelijke eigenschappen van organisme
o Bestaat uit complex van DNA en eiwitten
o Chromatine als cel niet deelt
 Binnen kern nucleolus (kernlichaam)
o Rol bij aanmaak van ribosomen
 Rond kernplasma zit kernmembraan (dubbelmembraan)
o Gaatjes, kernporiën
 Grote moleculen de celkern in en uit


MITOCHONDRIËN
 Eukaryote cellen
 Energie uit voedsel omgezet in ATP (adenosinetrifosfaat)
 ATP moleculen in mitoch gemaakt
o ‘kerncentrale’ van de cel
 Bestaat uit dubbelmembraan, grondplasma, DNA en veel enzymen
o Enzymen maken omzetting tot ATP mogelijk
o ADP: grondstoffen voor ATP


RIBOSOMEN EN ER
 Informatie uit celkern vertaald in cytoplasma
 Ribosomen vertalen informatie in eiwitten
o Ribosomen ook eiwitten
 In celkern informatie om ribosomen te maken
 Losse bolletjes (soms in klontjes bij elkaar)
o Of aan systeem van membranen
 = Endoplasmatisch reticulum (ER)
 In verbinding met ander celorganellen
 Zorgt voor transport van stoffen binnen cel
 Op ruw-ER veel ribosomen
o Deel van eiwitsynthese aan ruw-ER
 Glad-ER weinig ribosomen
o Vele enzymen
 Niet werken als ze vrij ronddrijven
o Vb. aanmaak van koolhydraten en lipiden


GOGLI-SYSTEEM EN LYSOSOMEN
 Golgi-apparaat
o Bestaat uit elkaar gestapelde membranen waaruit afsnoering blaasjes ontstaan
o Stoffen (afkomstig van ER) bewerkt en opgeslagen
o Transport van stoffen (exocytose) door blaasjes
o Soort fabriek
 Stoffen aangevoerd
 Bewerking
 Stoffen afgevoerd

2

, BIOMEDISCH KADER

o Vele enzymen voor bewerking
 Lysosomen
o Blaasjes met enzymen die stoffen afbreken
o Versmelten met voedselvacuolen
 Inhoud buiten cel afgeven via proces exocytose
o ‘Opruimers’


CYTOSKELET
 Cel niet alleen vorm door membraan en cytoplasma
o Vorm en beweging door eiwitdraden aan celmembraan en celorganellen
 Eiwitstructuur
 Mogelijk om sommige cellen heel lang te maken

1.5 FUNCTIE VAN CELLEN

 Vele typen cellen in ons lichaam
 Eigen manier om handhaven en dus manier om aan energie te komen
o Vernieuwen zichzelf en contact met buitenwereld
 Functie van cel vaak af te lezen aan uiterlijk
o Uitstulping aan cel dienen voor zwemmen
 Ook opname van stoffen als functie hebben
 Of transporteren van slijm
 Belangrijk om vorm en functie samen te bestuderen

2 CELMEMBRAAN

 Grens tussen cytoplasma en buitenwereld
 Uitwisseling van stoffen tussen grondplasma en omgeving
 Ook tegenhouden van stoffen
 Contact tussen cellen
 Veel eiwitten aanwezig
o Rol bij onderscheid tussen lichaamseigen en lichaamsvreemd
 Cellen reageren op elkaar
o Afweerreactie
o Gemeenschappelijk doel
 Samentrekken van spieren

2.1 DUBBELE FOSFOLIPIDENLAAG

 Membranen bestaan uit dubbele laag fosfolipiden
o Ook eiwitten in cholesterol in membraan
 Bestaan uit glycerolmolecuul
o Met twee vetzuren, fosfaatgroep en aminozuur (choline)
o Choline en fosfaat hydrofiel
 Water aantrekken en vet afstoten
o Vetzuren hydrofoob
 Water afstoten en vet aantrekken

2.2 MEMBRAANEIWITTEN

 Verschillende eiwitten in membraan
 Meest voorkomende overspannen breedte van plasmamembraan
o Andere gedeeltelijk in fosfolipide dubbellaag
o Of losjes aan binnen- of buitenoppervlak ervan gebonden
3

, BIOMEDISCH KADER

 Fungeren als receptoren/kanalen/dragerstoffen/herkenning
o Receptoreiwitten
 Gevoelig voor specifieke extracellulaire stoffen die aan eiwitten binden
 Activiteit van cel gewijzigd
 Vb. binding van hormoon insuline gaan cellen meer glucosemoleculen opnemen
o Kanaaleiwitten
 Mogelijk water, ionen en andere opgeloste stoffen vetgedeelte van membraan
omzeilen
 Vb. verplaatsing van calciumionen door kanalen noodzakelijk voor
spiersamentrekking en voorgeleiding van zenuwimpulsen
o Dragereiwitten
 Binden aan opgeloste stoffen en vervoeren door plasmamembraan heen
 Soms geen energie nodig
 Vb. dragereiwitten brengen Natrium- en Kaliumionen cel in en uit
o Herkenningseiwitten
 Immuunsysteem kenbaar of cel al dan niet eigen lichaamseigen is of afwijkend

2.3 TRANSPORTFUNCTIE VAN CELMEMBRAAN

 Doorlaatbaarheid of permeabiliteit van plasmamembraan
o Eigenschap die bepaalt welke stoffen er door kunnen
 Impermeabel = niets kan door membraan
 Volledig permeabel = alle stoffen kunnen door membraan
 Celmembranen = selectief permeabel (semipermeabel)
o Sommige stoffen vrij passeren, anderen tegengehouden
o Afhankelijk van
 Omvang
 Elektrische lading
 Vorm molecuul
 Oplosbaarheid van stof in vet
 Combinatie van factoren
 Transport kan passief of actief
o Passieve processen
 Ionen en moleculen door zonder energie
o Actieve processen
 Kost energie, in vorm van ATP


PASSIEF TRANSPORT
Diffusie

 Ionen en moleculen voortdurend in beweging
o Botsen tegen obstakels en elkaar
 Netto verplaatsing van moleculen van plaats met relatief hoge concentratie (veel botsingen) naar
gebied met relatief lage concentratie (minder botsingen)
 Het verschil tussen hoge en lage concentratie betekent dat er concentratieverschil is en diffusie
wordt vaak omschreven als verplaatsing met concentratieverschil mee (bergafwaarts)
 Gevolg: moleculen raken gelijkmatig verdeeld en concentratieverschil opgeheven

Osmose

 Diffusie van water door semipermeabel membraan
 Intra- en extracellulaire vloeistoffen zijn oplossingen met verschillende opgeloste stoffen
 Opgeloste deeltjes nemen ruimte watermoleculen in
o Hoe hoger concentratie opgeloste deeltjes, hoe lager concentratie water

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nephthysgenar1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.68. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$8.68
  • (0)
  Add to cart