· Kennen van de normale ontwikkeling van het doodsbesef (ppt en p483-485)
· Kunnen uitleggen waarom de adolescentieperiode als risicoperiode voor
suïcidaliteit(p485-486)
· Stellingen omtrent “suïcide” kunnen beargumenteren, onderbouwd met argumenten
uit handboek, ppt of ander Toledo-materiaal
· Cijfers kunnen interpreteren en kunnen linken aan preventie, verhoudingen tussen
mannen en vrouwen kennen, plaats in Europa (zie ppt)
· Risicofactoren, beschermende factoren en drempelfactoren kennen (ppt,494-503)
· Signalen kunnen herkennen en benoemen in een casus (ppt,p505)
· Weten en kunnen opsommen waar personen met suïcidegedachten terecht kunnen
(ppt)
· Weten en kunnen benoemen waar nabestaanden van suïcideplegers terecht kunnen
(ppt)
· Dit hoofdstuk kunnen linken aan andere hoofdstukken uit de psychopathologie, vb.
aan depressie
Inhoud
1. Ontwikkeling van doodsbesef
2. Enkele begrippen
3. Cijfers
4. Verklarende factoren
5. Preventie en hulpverlening
6. Mannen, een risicogroep
1. Ontwikkeling van doodsbesef
Het kind heeft drie (ontwikkelings)opgaven betreffende de dood:
· Beseffen dat het lichaam niet meer functioneert na de dood.
· Beseffen dat de dood onomkeerbaar is.
· Beseffen dat het zelf ook sterfelijk is.
Pas wanneer deze doorlopen zijn heeft het kind hetzelfde besef van de dood als dat wij dat
hebben.
,Doodsbesef en leeftijd
(Neem dit niet als absolute leeftijd. Rekening houden met de mentale leeftijd van een kind.
Als een kind als op jonge leeftijd geconfronteerd wordt met de dood zal deze als verder
staan dan iemand anders. Uitleg dat het kind hierbij krijgt is ook een belangrijke factor. Besef
rond suïcide kan ook sneller optreden als het kind hier al mee in aanraking is gekomen bv.
binnen de familie.
We weten: suïcide voor 12 jaar komt dit niet voor, voor 15 jaar is dit nog zeldzaam; maar als
kind hier al eerder mee in aanraking is gekomen zien we dat dit wel kan voorkomen voor
deze leeftijd.
2-5 jaar (kleuterleeftijd)
- Kind leeft dat het lichaam niet meer functioneert na de dood
- Onomkeerbaarheid wordt onvoldoende beseft, en daarom is ‘de dood’ niet altijd
afschrikwekkend.
- Verklaringen van volwassenen past het kind in zijn eigen kennisbestand in
In deze periode maakt het egocentrisme en het magisch denken een belangrijk deel uit van
de cognitieve ontwikkeling (het kind bekijkt dingen vanuit eigen perspectief en geeft hier
een eigen invulling/uitleg aan ook is vanuit het magische denken het onderscheidt tussen
fantasie en realiteit niet altijd duidelijk). Ook neemt het kind in deze periode alles heel
letterlijk (bv. wanneer de volwassene zegt dat diegene die dood is nu aan het slapen is,
neemt het kind dit letterlijk en kan het zijn dat het de persoon gaat proberen wakker te
maken).
5-8 jaar (lagereschoolleeftijd)
- Kind leert dat de dood onomkeerbaar is
Vanaf deze leeftijd gaat het kind verdriet hebben. Besef dat het afscheid voor altijd is.
8-12 jaar (einde lagere school, begin middelbaar)
- Kind leert te beseffen dat iedereen doodgaat en het kind zelf ook
- Een eigen doodswens is nog zeldzaam
Het kan zijn dat iemand op deze leeftijd bij een overleiden heel verdrietig is en graag nog
eens bij deze persoon wil zijn, maar hier gaat dit niet over een eigen doodswens.
Adolescentie
- Kinderen leren ‘te spelen’ met het idee dat hun eigen dood te versnellen is
Men gaat leren denken in termen van toekomst: wat zou er gebeuren als ik er niet meer zou
zijn, zouden ze me missen, …
Dit kan zowel positief (uitkijken naar toekomst) als negatief zijn (toekomst stelt niks meer
voor).
Definitie van zelfmoord:
“Zelfdoding is een daad met fatale afloop welke de overledene in de wetenschap of de
verwachting van een potentiële fatale afloop, heeft geïnitieerd en uitgevoerd met als doel
gewenste veranderingen te bewerkstelligen".
Zelfdoding: vroeger werd er gesproken over zelfmoord, maar ‘moord’ heeft een juridisch
aspect waarbij er straffen vasthangen aan het woord. Daarom nu zelfdoding, dus is een
synoniem.
In de praktijk word het woord zelfdoding einenlijk nooit gebruikt en zo is er gekomen tot de
Engelse term suïcide.
Daad met fatale afloop: wanneer men verwijst naar zelfdoding gaat dit over een geslaagde
daad (de persoon is effectief overleden).
Met het doel gewenste verandereingen te bewerkstellingen: hier zit een motief in, de
persoon wil leven in een ander leven, schreeuw naar hulp.
“Een suïcidepoging is een niet-habitueel gedrag zonder dodelijke afloop dat de persoon
initieert en uitvoert met de verwachting van, of het risico neemt om, te overlijden of
lichamelijke schade te veroorzaken, met als doel gewenste veranderingen te
bewerkstelligen".
Het verschil is hier dat in een poging de persoon geprobeerd heeft suïcide te plegen maar
het niet gelukt is.
Niet-habitueel gedrag: het gedrag wat gesteld wordt is geen gewoonte, hier wordt het
ondersheidt gemaakt met de zelfbeschadiging.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller janademoek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.42. You're not tied to anything after your purchase.