Samenvatting Vroedkunde - Anatomie & Fysiologie - Een Inleiding
34 views 1 purchase
Course
Anatomie En Fysiologie
Institution
Karel De Grote-Hogeschool (KdG)
Book
Anatomie en fysiologie, met MyLab NL toegangscode 6e editie
Dit document bevat ALLE hoofstukken van gezonde mens & gezonde mens in omgeving die in het eerste jaar vroedkunde worden gezien. Mijn document is duidelijk uitgetypt en bevat mogelijke examenvragen. Ik heb in mijn samenvatting antwoord gegeven op alle te kennen leerdoelen en inzichtsvragen. Ik heb ...
Anatomie en fysiologie leerdoelen en inzichtsvragen
H1 (gezonde mens)
Leerdoel 1.1: de basale functies van levende organismen beschrijven, leg in eigen woorden uit. P4
▪ Reactievermogen
▪ Groei
▪ Voortplanting
▪ Beweging
▪ Stofwisseling
Leerdoel 1.2: de relatie tussen anatomie en fysiologie verklaren en verschillende specialisaties
binnen elk van deze disciplines beschrijven. P5-6
Anatomie is de studie van de structuur en fysiologie is de studie van de functie
Anatomie: de anatomie wordt aan de hand van het niveau waarop de bouw ervan wordt onderzocht,
onderverdeeld in:
Bij macroscopische anatomie: worden kenmerken onderzocht die met het blote oog zichtbaar zijn
bv: je kijkt naar de ruggengraat en ziet een atrofie (vermindering van de kracht) hoe ziet het er uit? Is het
normaal of zie ik abnormaliteiten?
Bij microscopische anatomie: worden structuren bestudeerd die niet zonder vergroting zichtbaar zijn
De microscopische anatomie kan worden onderverdeeld in cytologie en histologie:
▪ Bij cytologie (of celleer) wordt de inwendige structuur van afzonderlijke cellen bestudeerd
▪ Bij histologie wordt een breder perspectief gehanteerd en worden weefsels onderzocht, groepen
gespecialiseerde cellen en celproducten die samenwerken bij het uitvoeren van specifieke functies.
Fysiologie: fysiologie is de studie van het functioneren van de anatomische structuren. De fysiologie van de
mens is de studie van de functies van het menselijk lichaam. Deze functies zijn complex en veel moeilijker te
onderzoeken dan de meeste anatomische structuren. Daarom omvat de studie van de fysiologie nog meer
specialisaties dan de anatomie.
Leerdoel 1.3: de belangrijkste organisatieniveaus in levende organismen herkennen: van
eenvoudige atomen - tot volledig organismen. P6-8
▪ Chemisch niveau: atomen, de kleinste stabiele bouwstenen van de materie, verbinden elkaar tot
moleculen met een complexe vorm.
▪ Celniveau: verschillende moleculen vertonen interactie, zodat grotere structuren ontstaan. Cellen, de
kleinste levende eenheden in het lichaam, vormen et cellulaire organisatieniveau.
▪ Weefselniveau: Een weefsel bestaat uit cellen van hetzelfde type die samenwerken om een specifieke
functie uit te voeren. Hartspiercellen vormen hartspierweefsel, een voorbeeld van organisatie op
weefselniveau.
▪ Orgaanniveau: een orgaan bestaat uit 2 of meer verschillende weefsels die samenwerken om een
specifieke functie uit te voeren. Een voorbeeld van organisatie op orgaanniveau is het hart, een hol,
driedimensionaal orgaan waarvan de wanden bestaan uit lagen hartspierweefsel en andere weefsels.
▪ Orgaanstelselniveau: Organen werken samen in orgaanstelsels. Telkens wanneer het hart samentrekt,
wordt bloed in een netwerk van bloedvaten gepompt. Samen vormen het hart, het bloed en de
bloedvaten het bloedvatenstelsel, een voorbeeld van organisatie op orgaanstelselniveau.
▪ Organismeniveau: Alle orgaanstelsels in het lichaam werken samen om het leven en de gezondheid in
stand te houden. Hiermee zijn we op het hoogste organisatieniveau aangekomen, dat van het
organisme, in dit geval, de mens.
Leerdoel 1.4: de elf orgaanstelsels van het menselijke lichaam en hun belangrijkste functies
noemen. P9-12
,Anatomie en fysiologie leerdoelen en inzichtsvragen
Leerdoel 1.5: het begrip homeostase verklaren. P8-P9
Homeostase is het streven naar intern evenwicht. Onder homeostase wordt het bestaan van een stabiel intern
milieu verstaan. Om te overleven moet elk organismen homeostase handhaven.
Positief: versterkt de reactie:
▪ stimulus produceert een reactie die de stimulus versterkt
▪ Reactie voltooit snel een kritisch proces
Bv: (wanneer je bloed gaat uw bloed sneller stromen zodat bloedplaatjes sneller ter plaatsen zijn om de
bloeding te stoppen, dan geneest de wonde sneller)
Negatief: Terugkoppelen, homeostase herstellen (als het koud is, warmt uw lichaam zichzelf op zodat het terug
goed wordt)
,Anatomie en fysiologie leerdoelen en inzichtsvragen
Leerdoel 1.6: beschrijven op welke wijze negatieve en positieve terugkoppeling bij homeostatische
reguleren zijn betrokken: zie hierboven^ + Negatieve terugkoppeling gaat afwijken ten opzichte van de
normwaarden tegen, terwijl positieve terugkoppeling deze versterkt.
Leerdoel 1.7: doorsneden, lichaamsdelen en hun onderlinge positie aan de hand van anatomische
termen beschrijven. P19-21
▪ Craniaal / cefaal
▪ Caudaal
▪ Dorsaal / posterior
▪ Ventraal / anterior
▪ Proximaal
▪ Distaal
▪ Lateraal
▪ Mediaal
▪ Frontaal vlak / coronaal vlak (voor en achter)
▪ Sagittaal (links en rechts)
▪ Transversaal vlak / horizontaal vlak (boven en onder)
▪ Midsagittaal
, Anatomie en fysiologie leerdoelen en inzichtsvragen
Leerdoel 1.8: de belangrijkste lichaamsholten en hun onderverdeling benoemen. P21+24
▪ Ventrale lichaamsholten
➢ De borstholte (door diafragma gescheiden van buik- en bekkenholte)
➢ De buikholte
➢ De bekkenholte
▪ Functie: ze beschermen kwetsbare organen tegen schokken van buitenaf en tegen de schokken die
optreden wanneer we lopen, springen of rennen EN ze maken het mogelijk dat de inwendige organen
aanzienlijk van omvang en vorm kunnen veranderen.
▪ Dorsale lichaamsholten
➢ Ruggenmerg
➢ Schedel
▪ Functie: de dorsale lichaamsholten worden volledig door beenweefsel omgeven en geeft een heel
goede bescherming voor de structuren die daarin liggen.
Inzichtsvragen H1
1. Op welke wijze zijn vitale functies zoals groei, reactievermogen, voortplanting en beweging afhankelijk
van de stofwisseling?
Onder stofwisseling worden alle chemische reacties verstaan in het lichaam. Organismen maken gebruik
van complexe chemische reacties om de energie te leveren die nodig is voor reactievermogen, groei,
voortplanting en beweging.
2. Beschrijf de nauwe relatie tussen anatomie en fysiologie?
Anatomie en fysiologie hebben een nauwe relatie, doordat alle specifieke functies door specifieke
structuren worden vervuld.
3. Zou een histoloog eerder als een specialist op het gebied van de microscopische of de macroscopische
anatomie worden beschouwd? Waarom?
Histologen zijn gespecialiseerd in de histologie, de leer van de structuur en de eigenschappen van
weefsels en de cellen waaruit weefsels zijn opgebouwd. Omdat histologen gebruik moeten maken van een
microscoop om cellen waar te nemen, zijn ze gespecialiseerd in de microscopische anatomie.
4. Noem de belangrijkste organisatieniveaus van het menselijk lichaam, vanaf het eenvoudigste tot aan
het meest complexe niveau:
De belangrijkste organisatieniveaus vanaf het eenvoudigste tot het meest complexe zijn de volgende:
chemisch (moleculair) niveau, celniveau, weefselniveau, orgaanniveau, orgaanstelselniveau.
5. Uit hoeveel orgaanstelsel is het lichaam opgebouwd? Geef de namen + hun belangrijke functies.
De orgaanstelsels en hun belangrijkste functies zijn:
➢ De huid: beschermt tegen schadelijke omgevingsinvloeden en helpt de lichaamstemperatuur te regelen
➢ Het beenderstelsel: geeft ondersteuning, beschermt weefsels, slaat mineralen op en vormt bloedcellen
➢ Het spierstelsel: maakt beweging mogelijk, biedt ondersteuning en produceert warmte
➢ Het zenuwstelsel: geleidt onmiddellijke reacties op stimuli, meestal door het coördineren van de
activiteit van andere orgaanstelsels
➢ Het endocriene stelsel: stuurt langetermijnveranderingen in de activiteit van andere orgaanstelsels
➢ Het cardiovasculair stelsel: transporteert bloedcellen en dient als oplosmiddel voor voedingsstoffen,
afvalstoffen en gassen
➢ Het lymfestelsel: verdedigt tegen infectie en ziekte en brengt lichaamsvloeistoffen terug in de circulatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shannongoffa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $43.65. You're not tied to anything after your purchase.