100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Anatomie, Fysiologie En Pathologie $9.54   Add to cart

Summary

Samenvatting Anatomie, Fysiologie En Pathologie

1 review
 157 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van hoofdstuk 2 t/m 4 van het boek Anatomie, Fysiologie en Pathologie van de LOI. De samenvatting bevat de volledige uitleg over de anatomie en fysiologie van het bewegingsapparaat, de huid, het bloed, het circulatieaaparaat, het ademhalingsapparaat, het spijsverteringsstelsel, het uri...

[Show more]

Preview 4 out of 67  pages

  • January 17, 2022
  • 67
  • 2021/2022
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: peterenelle • 2 year ago

avatar-seller
Anatomie, fysiologie en pathologie

Hoofdstuk 2 Anatomie en fysiologie van het zenuwstelsel, de zintuigen, het
bewegingsapparaat en de huid
De belangrijkste functie van het zenuwstelsel is de verwerking van binnenkomende informatie op
zodanige wijze dat adequate reacties volgen. Het zenuwstelsel is gevoelig voor sensorische
(zintuigelijke) prikkels en prikkels van buitenaf of in het lichaam zelf.

Alle beschikbare informatie wordt door receptoren omgezet in een elektrisch signaal dat door
neuronen (zenuwcellen) wordt doorgestuurd. Deze zenuwimpuls wordt voortgeleid langs de
zenuwvezels en zetten andere zenuwcellen of spiercellen aan tot actie.

Het zenuwstelsel kan anatomisch onderverdeeld worden in het centrale zenuwstelsel en het perifere
zenuwstelsel. Het centrale zenuwstelsel ligt in de schedel en het wervelkanaal (hersenen en
ruggenmerg). Het perifere zenuwstelsel ligt buiten de schedel en het wervelkanaal (verbindingslijnen
tussen het centrale zenuwstelsel en de zintuigen/spieren)

Andere indeling mogelijk op grond van de richting van het signaal:

Afferente systeem: impulsen worden naar hersenen gevoerd

Efferente systeem: impulsen worden van hersenen afgevoerd

In het perifere zenuwstelsel spreek je ook wel van de sensibele zenuw (afferente zenuw) en de
motorische zenuw (efferente zenuw)

Centraal zenuwstelsel: ruggenmerg en hersenen

Ruggenmerg
 Lange streng bestaande uit veel zenuwen die hersenen en perifere zenuwstelsel verbinden
 Voornaamste taak doorgeven van signalen van de hersenen naar perifere deel van het
zenuwstelsel en omgekeerd
 Tweede taak belangrijke functie als reflexencentrum (schakel tussen prikkel en antwoord op
prikkel)
 Reflex is er om tijd te besparen en zodoende ergere schade te voorkomen
 Reflex: zenuwimpuls die over het ruggenmerg loopt waarbij reactie plaatsvindt zonder dat
de hersenen hierbij betrokken zijn
 Hersenen slaan ervaring op en leren ervan
 Ruggenmerg is opgebouwd uit de centraal liggende grijze substantie en de daaromheeen
gelegen witte substantie
 Witte substantie wordt gevormd door de uitlopers van de neuronen (de axonen)
 Grijze substantie wordt gevormd door de cellichamen van diverse neuronen
 Tussen elke twee wervels komt zowel links als rechts een ruggenmergzenuw uit (perifere
zenuw). Ruggenmergzenuwen krijgen de naam van de wervel waarachter ze tevoorschijn
komen
 Drie vliezen die het ruggenmerg beschermen:
o Dura mater (harde vlies), stevig bindweefselvlies
o Arachnoïdea (spinnenwebvlies), fragiel bindweefselvlies
o Pia mater (vaatvlies), ligt direct op ruggenmerg en liggen bloedvaten in die
ruggenmerg van bloed voorzien

,  Epidurale ruimte: ruimte tussen periost van het wervelkanaal en de dura mater
 Bij onvolgroeide dieren loopt het ruggenmerg helemaal door tot achter in het wervelkanaal.
Bij volwassen dieren komt het niet verder dan de een na laatste lendenwervel
 Aan het einde zit een bundel ruggenmergzenuwen de cauda equina



Hersenen
 Schedel vormt de belangrijkste eerste bescherming
 Hersenen worden omhuld door drie hersenvliezen (meningen)
 Zelfde namen als ruggenmergsvliezen (dura mater, arachnoïdea en pia mater)
 Tussen deze vliezen ligt ook weer liquor (hersenvocht) dat een bescherming vormt voor de
hersenen
 De hersenen bestaan uit: hersenstam, de groter hersenen (cerebrum), de kleine hersenen
(cerebellum)
o Hersenstam
 Ligt aan de onderkant (ventraal) en is bijna geheel bedekt door kleine
hersenen
 Bestaat uit verlengde merg, de pons en de middenhersenen
 Verbindt de grote hersenen en tussenhersenen met de kleine hersenen en
het ruggenmerg
 Bestuurt vitale levensfuncties (hartslag enz.)
 Pons is verbinding tussen grote en kleine hersenen  wisselt informatie
tussen deze structuren uit
 In middenhersenen liggen de reflexcentra die voor optische reflexen zorgen

o De grote hersenen
 Bestaat uit twee bolvormige helften
 Buitenste schil is de hersenschors of cortex
 In het binnenste van de hersenen bevinden zich holtes gevuld met
hersenvocht (de ventrikels)
 Grote hersenen verantwoordelijk voor motoriek en dan voornamelijk de
simpele voortbewegingen
 Plek waar alle processen van denken, geheugen en emotie plaatsvinden
 Tussenhersenen behoren tot grote hersenen  bevat hypothalamus en
hypofyse (hormoonproducerende organen oftewel endocriene organen)
o De kleine hersenen
 Twee bolvormige helften
 Fijne coördinatie waardoor bewegingen gedoseerd en in detail kunnen
worden uitgevoerd



Het perifere zenuwstelsel
 Zodra zenuwen uit de schedel of het wervelkanaal treden, heten ze perifere zenuwen ook
wel spinale zenuwen genoemd
o Spinale zenuwen

,  Voeren prikkels van de zintuigen naar het centrale zenuwstelsel (afferent) en
brengen bevelen van het centrale zenuwstelsel naar de rest van het lichaam
(efferent)
 Bestaan uit uitlopers van neuronen (axonen), waarvan de cellichamen in het
wervelkanaal liggen
o Kopzenuwen
 Perifere zenuwen die uit de kop komen (bijvoorbeeld oogzenuwen of
reukzenuwen)
o Afferent(sensorisch) en efferent (motorisch)
 Sensorische zenuwen ontvangen prikkels van allerlei zintuigen en voeren die
naar het centrale zenuwstelsel toe
 Komen het ruggenmerg binnen via de dorsale hoorn
 Motorische zenuwen geven bevelen van het centrale zenuwstelsel door naar
de spieren en de klieren
 Deze zenuwen lopen van de hersenen af, worden in het ruggenmerg
doorgeschakeld en verlaten vervolgens als perifere zenuw het ruggenmerg
via de ventrale hoorn
o Plexus
 Knooppunt van zenuwen in de oksels plexus brachialis
 Uit deze plexus ontspringt een aantal grote zenuwen dat naar de voorpoten
en de borstkas loopt
 Ligt diep in het lichaam en daardoor goed beschermd
o Functionele verdeling: willekeurig en onwillekeurig
 Willekeurige zenuwstelsel (somatische zenuwstelsel) houdt zich
voornamelijk bezig met het reageren op veranderingen in de wereld om het
dier heen. Stuurt de dwarsgestreepte spiergroepen aan
 Onwillekeurige zenuwstelsel (autonome zenuwstelsel) stuurt zelfstandig en
onbewust de gladden spieren van organen, de bloedvaten, de klieren en de
hartspier aan
 Het autonome zenuwstelsel is onder te verdelen in het sympathische en
parasympatische zenuwstelsel. Zij hebben een tegengestelde werking.
 Sympathisch: verantwoordelijk voor de lichaamsactiviteiten tijdens
inspanning
 Parasympatisch: verantwoordelijk voor herstel en ontspanning



De zintuigen
De bekendste zintuigen zijn de ogen, oren en de neus. Maar ook binnen in het lichaam zijn zintuigen
aanwezig. Zintuigen bevinden zich dus overal op en in het lichaam.

De algemene taak van zintuigen is het opdoen van bepaalde indrukken. Via de perifere zenuwen
worden deze indrukken doorgegeven naar de hersenen. De hersenen laten het lichaam dan op een
zog goed mogelijke manier op deze indrukken reageren.

Meestal is de reactie op invloeden van buitenaf ook naar buiten gericht

, Het zicht (vivus)
Het oog is in principe een lens die beelden projecteert op een lichtgevoelig scherm. Dat scherm
produceert elektrische signalen. Het oog geeft de signalen door naar de optische schors (visuele
cortex) in de hersenen.

 Oogleden (palpebrae)
o Dieren hebben drie oogleden: onderste ooglid, bovenste ooglid en derde ooglid
o Eerste twee bestaan aan de buitenkant uit huid en aan de binnenkant uit slijmvlies
(bindvlies oftewel conjuctiva)
o Tussen de conjuctiva zit een bindweefselplaatje en spiertjes. Met behulp van deze
spiertjes kan een dier zijn oog dichtknijpen
o Oogleden bevatten wimpers (cilia)  dienen stof uit ogen te weren
o Het derde ooglid (membrana nictitans) bevindt zich in de mediale (binnenste)
ooghoek
o Is erg dun maar verkrijgt zijn stevigheid door een zeer dun T-vormig stukje kraakbeen
dat erin zit
o Bevat een kliertje dat meehelpt met het vormen van traanvocht
o Beschermt daarnaast het oog
 Traanklieren
o In het bindweefsel boven het oog bevindt zich de grote traanklier (landula lacrimalis)
o Vormt het grootste deel van het traanvocht (ongeveer 60%)
o De traanfilm is ongeveer 0,01 mm dik en heeft een aantal functies:
 Houdt het hoornvlies en conjuctiva vochtig
 Bevat stoffen die een afwerende rol spelen tegen bacteriën
 Oogbol (bulbus oculi)
o Varieert in diameter bij de hond en de kat van 20-25 mm
o Wordt op zijn plaats gehouden en bewogen door vier rechte en twee schuine
oogspieren
o Een grote spier aan de achterzijde van het oog kan de oogbol doen terugtrekken in
de oogkas
o Oogbol bestaat uit drie lagen: buitenste laag bestaat uit de sclera (harde oogrok) en
het hoornvlies (cornea), middelste laag heet de uvea, binnenste laag bestaat
voornamelijk uit het netvlies (retina)
 Sclera is het oogwit en bestaat uit stevige, doorbloede structuur die het oog
beschermt
 Hoornvlies (cornea) vormt het venster waardoor licht het oog kan
binnentreden en een dier dus kan zien. Blijft helder doordat deze voor 82%
uit water bestaat en er geen bloedvaatjes aanwezig zijn. Wanneer deze
beschadigd neemt hij veel water op en zwelt op. Dit veroorzaakt een
troebele kleur.
 Uvea gelegen tussen de beschermende, stevige sclera aan de buitenkant en
de retina aan de buitenkant. Bestaat uit drie onderdelen : choriodea
(vaatvlies)  zorgt voor voeding, iris (regenboogvlies)  variabel diafragma,
corpus ciliare (straallichaam), ophanging, productie kamervocht,
lensverbuiging
 Retina (netlvies)
o Plaats waar licht wordt omgezet tot zenuwprikkels

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudentDM. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.54. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.54  2x  sold
  • (1)
  Add to cart