Zeer uitgebreide samenvatting waarin de stof per deelonderwerp uiteen wordt gezet, wordt per deelonderwerp actuele literatuur en jurisprudentie beschreven inclusief de behandelde stof tijdens de werkgroepen en hoorcolleges. Geeft een volledig overzicht van alle verplichte stof!
Straffen
Straffen = bewust leed toevoegen.
- Rechtshandhaving wanneer mogen we straffen
- Rechtsbescherming legaliteitsbeginsel, art. 1 Sr.
Voorwaarden voor strafbaarheid, hoofdvragen art. 350 Sv;
1. Menselijke gedraging (vrijspraak)
Klassieke richting – menselijke gedraging = gewilde spierbeweging
Van klassieke richting naar functioneel daderschap en strafbaarheid van de
rechtspersoon, art. 23 lid 7 Sr strafbare feiten kunnen zowel worden begaan door
natuurlijke personen als rechtspersonen.
2. Die valt binnen een wettelijke delictsomschrijving (OVAR)
3. Die wederrechtelijk is (OVAR)
4. En aan schuld te wijten (OVAR)
Uitgangspunt strafrecht = degene die de delictsomschrijving vervult pleegt het
desbetreffende delict en kan als dader van dat delict worden gestraft/
Uitbreiding daderschap
Poging, art. 45 Sr
Indien iemand een poging doet om een misdrijf te plegen maar in de voltooiing daarvan niet
slaagt, bevat art. 45 Sr de voorwaarden waaronder de betrokkene toch strafbaar kan zijn.
uitbreiding strafbaarheid onvolkomen daderschap tot daderschap.
Voorbereiding, art. 46 Sr
In art. 46 Sr zijn de voorbereidingshandelingen van bepaalde ernstige misdrijven als
zelfstandige strafbare feiten strafbaar gesteld. Waarmee toekomstig daderschap tot
daderschap wordt gemaakt uitbreiding strafbaarheid toekomstig daderschap.
Deelnemingsregeling, art. 47 Sr
Uitbreiding strafbaarheid van het onvolkomen daderschap van individuele betrokkenen, die
niet ieder voor zich de gehele delictsomschrijving vervullen, tot daderschap. Ten aanzien van
doen plegers, medeplegers en uitlokkers die als daders worden bestempeld. Doen plegers,
medeplegers en uitlokkers worden gelijkgesteld met plegers in die zin dat zij als daders
volledig aansprakelijk zijn voor het delict als geheel.
Medeplichtigen, art. 48 Sr
Medeplichtigen behoren net als doen plegers, medeplegers en uitlokkers tot de deelnemers,
echter zijn medeplichtigen geen daders. Voor medeplichtigen geldt dat zij een beperkter
aandeel beogen te hebben, namelijk slechts ondersteuning of begunstiging.
Daderschap rechtspersonen, art. 51 Sr
Uitbreiding strafbaarheid rechtspersonen. Niet alleen natuurlijke personen kunnen strafbare
daders zijn maar ook rechtspersonen en andere organisaties die als eenheid in het
maatschappelijk verkeer optreden.
,Functioneel daderschap
Functioneel daderschap = een ander dan degene die fysiek handelt als dader geldt op grond
van zijn maatschappelijke functie. Functioneel daderschap is uitsluitend mogelijk ter zake
van functionele delicten, delicten die door een functionele dader kunnen worden gepleegd
omdat de strafbepaling zich daadwerkelijk tot de functionele dader richt.
functioneel dader is normadressaat delictsbepaling.
Toetsing functioneel daderschap aan IJzerdraadcriteria:
- Beschikken = kunnen ingrijpen
Feitelijke zeggenschap die de functionele dader moet hebben over zijn
ondergeschikte. De functioneel dader moet in de positie hebben verkeerd waarin hij
er over vermocht te beschikken of die handelingen al dan niet plaatsvonden. De
functioneel dader moet het in zijn macht hebben gehad om het delict te verhinderen
dan wel te bewerkstelligen.
- Aanvaarden = blijkbaar billijken
Impliceert dat bij de functioneel pleger een zeker bewustzijn en een zekere
acceptatie van de verboden gedraging aanwezig was. Aanvaarding impliceert een
zekere subjectieve instemming met het strafbare gedrag. Het gaat om het
aanvaarden van de concrete, ten laste gelegde gedraging of van soortgelijke
gedragingen. De functioneel dader moet de tenlastegelegde handeling hebben
aanvaard dan wel in het verleden soortgelijke handelingen hebben aanvaard. Onder
het aanvaarden valt ook het niet betrachten van de zorg die redelijkerwijs kan
worden gevergd met het oog op de voorkoming van de gedraging.
Drijfmest-criteria
Criteria ter vaststelling van het daderschap van rechtspersonen = redelijke toerekening.
Een rechtspersoon moet worden aangemerkt als dader van een strafbaar feit indien de
desbetreffende gedraging redelijkerwijs aan die rechtspersoon kan worden toegerekend.
Belangrijk oriëntatiepunt bij toerekening is of de gedraging heeft plaatsgevonden dan wel is
verricht in de sfeer van de rechtspersoon (criteria);
a. Werkzaam ten behoeve van de rechtspersoon
b. Normale bedrijfsvoering, gedraging moet passen binnen de normale bedrijfsvoering
van de rechtspersoon. Geabstraheerd van het strafbare feit. Niet is vereist dat het
strafbare feit zelf binnen de rechtspersoon valt onder de normale gang van zaken.
c. Baatcriterium, gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest
d. IJzerdraadcriteria; beschikken + aanvaarden.
Aanvaarden staat of valt met toezicht en controle, onder aanvaarden valt tevens het
niet betrachten van de zorg die redelijkerwijs kan worden gevergd met het oog op de
voorkoming van de gedraging.
,Objectief bestanddeel feitelijk leidinggeven
HR Overzichtsarrest feitelijk leidinggeven psychisch bestanddeel
Opzet/schuld moet worden vastgesteld voor de rechtspersoon.
- Opzet van een natuurlijk persoon kan aan de rechtspersoon worden toegerekend
- Opzet rechtspersoon kan onder omstandigheden worden afgeleid uit het beleid van
de rechtspersoon of de feitelijke gang van zaken binnen de rechtspersoon.
Kan zijn dat er binnen de rechtspersoon een bepaald psychisch klimaat heerst, dat
sterk in het teken staat van de intentie tot het verrichten van bepaalde verboden
gedragingen.
Bij de beantwoording van de vraag of een verdachte strafrechtelijk aansprakelijk kan worden
gesteld ter zake van het feitelijk leidinggeven aan een door een rechtspersoon verrichte
verboden gedraging, dient eerst te worden vastgesteld of die rechtspersoon een strafbaar
feit heeft begaan. Dan pas komt de vraag aan de orde of kan worden bewezen dat de
verdachte aan die gedraging feitelijk leiding heeft gegeven.
Feitelijk leidinggeven moeten we los zien van de bestuurlijke cultuur, ook iemand die geen
dienstverband heeft met de rechtspersoon kan feitelijk leidinggever zijn aan een door de
rechtspersoon begaan strafbaar feit.
- Actieve rol/effectief gedrag
- Passieve rol – vaststellen dat de verdachte bevoegd en redelijkerwijs gehouden was
om maatregelen te treffen ter voorkoming/beëindiging van de verboden gedragingen
en deze maatregelen achterwege laat (IJzerdraadcriteria).
Subjectief bestanddeel feitelijk leidinggeven
In feitelijk leidinggeven ligt een zelfstandig opzetvereiste op de verboden gedraging besloten
- Ondergrens = voorwaardelijk opzet, de feitelijk leidinggever aanvaardt bewust de
aanmerkelijke kans dat de verboden gedraging zich zal voordoen.
De feitelijk leidinggever moet op zijn mist weten dat de strafbare gedragingen voorkomen
binnen de rechtspersoon.
Voorwaarden feitelijk leidinggeven
1. Er moet minstens sprake zijn van een bevoegdheid, dus een zekere
beschikkingsmacht/zeggenschap van de feitelijk leidinggever met betrekking tot de
verboden gedragingen.
2. Normaal gesproken een actieve en effectieve betrokkenheid bij de verboden
gedraging.
3. Ook een meer passieve betrokkenheid kan leiden tot de kwalificatie feitelijk
leidinggever indien de functionaris een zorgplicht heeft uit hoofde waarvan hij
redelijkerwijs gehouden is om bijvoorbeeld door middel van het nemen van
maatregelen de verboden gedraging te voorkomen en hij deze maatregelen
achterwege heeft gelaten (beschikken + aanvaarden).
4. Feitelijk leidinggeven veronderstelt dubbel opzet;
a. Opzet op het leiding geven zelf
b. Opzet op het strafbare grondfeit dat door de rechtspersoon wordt begaan.
Feitelijk leidinggever moet op zijn minst voorwaardelijk opzet hebben dat de
verboden gedragingen zich voordoen.
, HR Drijfmest
Een rechtspersoon kan worden aangemerkt als dader van een strafbaar feit als de
betreffende gedraging redelijkerwijs aan hem kan worden toegerekend. Een belangrijk
oriëntatiepunt bij de toerekening is of de gedraging heeft plaatsgevonden dan wel is verricht
in de sfeer van de rechtspersoon. Van een gedraging in de sfeer van de rechtspersoon zal
sprake kunnen zijn indien zich een of meer van de navolgende omstandigheden voordoen;
- Het gaat om een handelen/nalaten van iemand die hetzij uit hoofde van een
dienstbetrekking, hetzij uit anderen hoofde werkzaam is ten behoeve van de
rechtspersoon.
- De gedraging past in de normale bedrijfsvoering van de rechtspersoon
- De gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest in het door hem uitgeoefende
bedrijf
- De rechtspersoon vermocht erover te beschikken of de gedraging al dan niet zou
plaatsvinden en zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van
zaken door de rechtspersoon aanvaard op placht te worden aanvaard. Onder
bedoeld aanvaarden is mede begrepen het niet betrachten van de zorg die in
redelijkheid van de rechtspersoon kon worden gevergd met het oog op de
voorkoming van de gedraging.
HR Overzichtsarrest feitelijk leidinggeven
Bij de beantwoording van de vraag of een verdachte strafrechtelijk aansprakelijk kan worden
gesteld ter zake van het feitelijke leidinggeven aan een door een rechtspersoon verrichte
verboden gedraging, dient eerst te worden vastgesteld of die rechtspersoon een strafbaar
feit heeft begaan. Dan pas komt de vraag aan de orde of kan worden bewezen dat de
verdachte aan die gedraging feitelijke leiding heeft gegeven.
Op grond van HR Drijfmest kan een rechtspersoon worden aangemerkt als dader van een
strafbaar feit indien de desbetreffende gedraging redelijkerwijs aan die rechtspersoon kan
worden toegerekend. Een belangrijk oriëntatiepunt bij de toerekening is of de gedraging
heeft plaatsgevonden dan wel is verricht in de sfeer van de rechtspersoon.
Ingeval de delictsomschrijving van het strafbare feit waarvan de rechtspersoon wordt
verdacht opzet vereist, kan dat opzet op verschillende manieren worden vastgesteld
- Opzet van een natuurlijk persoon kan aan een rechtspersoon worden toegerekend.
- Voor opzet van een rechtspersoon is NIET vereist dat komt vast te staan dat de
namens of ten behoeve van die rechtspersoon optredende natuurlijke personen met
dat opzet hebben gehandeld.
- Het opzet van een rechtspersoon kan onder omstandigheden worden afgeleid uit het
beleid van de rechtspersoon of de feitelijke gang van zaken binnen de rechtspersoon.
Feitelijke leidinggeven zal vaak bestaan uit actief en effectief gedrag dat onmiskenbaar
binnen de gewone betekenis van het begrip valt. Onder omstandigheden kan ook een meer
passieve rol tot het oordeel leiden dat een verboden gedraging daardoor zodanig is
bevorderd dat van feitelijke leidinggeven kan worden gesproken. Dit kan het geval zijn bij de
verdachte die bevoegd en redelijkerwijs gehouden is maatregelen te treffen ter voorkoming
of beëindiging van verboden gedragingen en die zulke maatregelen achterwege laat.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller quirinebrinkman1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.55. You're not tied to anything after your purchase.