100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Begrippenlijst Ontwikkeling van Persoonlijke Relaties $6.41
Add to cart

Other

Begrippenlijst Ontwikkeling van Persoonlijke Relaties

 66 views  9 purchases
  • Course
  • Institution

Dit document bevat een begrippenlijst van alle belangrijk genoemde begrippen tijdens de cursus Ontwikkeling van Persoonlijke Relaties

Preview 3 out of 28  pages

  • January 18, 2022
  • 28
  • 2021/2022
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
TiU: Ontwikkeling van Persoonlijke Relaties: Begrippenlijst (2021/2022)
Shimara van den Elzen

ONTWIKKELING VAN PERSOONLIJKE RELATIES

BEGRIPPEN

HOORCOLLEGE 1
Dyadische peerrelaties: één op één peerrelaties.

Contingente reacties: reacties die voortbouwen op wat de andere persoon heeft gedaan.
Dit zijn bewuste reacties.

Pro-sociaal gedrag: alle vrijwillige acties die bedoeld zijn om een ander individu of een
groep individuen te helpen of ten goede te komen.

Reacties op angst: poging om in te grijpen voor een slachtoffer, om de situatie te
veranderen of de distress te verminderen.

Affiliatief delen: delen met als doel om samen te gaan spelen.

Theory Of Mind: je hebt de eigenschappen of capaciteiten om je te verplaatsen in de
mentale staat van anderen. Oftewel: vermogen om ideeën (theorieën) te vormen over de
mentale wereld van jezelf en die van anderen en gedrag te kunnen uitleggen in mentale
termen (intenties, verlangens, verwachtingen).

Reciprociteit: gelijke behandeling over en weer, wederzijdse gelijkwaardige uitwisseling.
Oftewel: het mechanisme waarbij je voor een positieve bijdrage ook iets positiefs terugkrijgt.
Of bij een negatieve bijdrage ook iets negatiefs terugkrijgt.

Gedeelde aandacht: het vermogen om aandacht te coördineren met een andere persoon.

Emotieregulatie: de vaardigheid om eigen emoties te kunnen reguleren, met name
negatieve emoties (momenten van frustratie, distress, angst, etc.).

Inhibitie controle: onderdrukken van bepaalde neigingen.

HOORCOLLEGE 2
Sociaal netwerk: de mensen met wie iemand direct contact heeft.

Mentale representatie: de ander erkennen als iemand waar je een sociale relatie mee hebt.

Globaal netwerk: omvat alle sociale relaties: familie, vrienden, collega’s, clubgenoten,
kennissen, etc. Alle mensen die horen bij de kenmerken van een sociaal netwerk vallen
hieronder. Dit is de meest ruime definitie die we hebben van sociale netwerken.

Persoonlijke netwerk: mensen die meer nabij staan en het belangrijkste zijn in jouw leven:
familieleden, vrienden en je naaste vertrouwelingen. Dit is een van de belangrijkste
netwerken, dit netwerk is belangrijk omdat het ook bijdraagt aan de gezondheid en welzijn
van de mensen. Dit wordt ook wel het supportnetwerk genoemd. Er is sprake van
uitwisseling van support. Je ontvangt niet alleen support, maar je geeft ook support (hoeft
niet, maar zien we wel veel!).

Vriendschapsnetwerk: netwerk van vrienden.

, TiU: Ontwikkeling van Persoonlijke Relaties: Begrippenlijst (2021/2022)
Shimara van den Elzen

Familie netwerk: hier zijn verschillende definities van. De ene definitie betreft alleen de
broertjes, zusjes, ouders, eigen kinderen, etc. De andere definitie betreft ook het uitgebreide
(extended) familienetwerk, zoals ooms, tantes, opa’s, oma’s, etc.

Werk-netwerk: collega’s, supervisors en de gene aan wie jij leiding geeft.

Ties: relatie tussen twee personen.

Strong ties / sterke ties: familie, vrienden, het persoonlijke netwerk.

Weak ties / zwakke ties: kennissen, mensen waar je samen mee in een club zit,
klasgenoten op de middelbare school, etc.

Absent ties / afwezige ties: toevallige ontmoetingen, bijv. met de bakker.

Sociaalemotionele selectiviteit theorie (SST): gaat over wat we belangrijk vinden in ons
leven om na te streven en hoe we gebruik maken van het sociale netwerk om ons heen.
Volgens deze theorie zijn er twee doelen die we in ons sociale contact willen vervullen,
namelijk kennisdoelen en emotieregulatie doelen.

Kennisdoelen: doelen die vooral belangrijk zijn voor jongere mensen. Hierbij gaat het om
een mindset en gedrag van exploratie: accumulatie van informatie die voorbereidt op een
toekomst waarin deze nodig kunnen zijn – ten koste van emotioneel welbevinden. Het gaat
erom zo breed mogelijk gebruik te maken van je netwerk en je netwerk zo veel mogelijk te
vergroten, omdat je investeert in de toekomst met je sociale netwerk. Deze mensen zijn
toekomstgericht.

Emotieregulatie doelen: naarmate de tijdshorizon van mensen korter wordt, veranderen de
doelen: mensen focussen meer op doelen die al worden gerealiseerd tijdens het nastreven
van het doel: betekenis, tevredenheid en een emotioneel diepere band hebben met mensen.
Het gaat om uitdiepen van de banden met mensen. De interacties die mensen voeren die
meer emotieregulatie doelen voor ogen hebben gaan meer om: hoe kan ik mijn geluk in dit
moment vergroten? Hoe kan ik blijer worden van het omgaan met andere mensen? Zij
focussen meer op het ‘nu’ in plaats van op de toekomst.

Sociale konvooitheorie: volgens deze theorie heb je een netwerk van anderen die met je
mee lopen door het leven heen. Zij stellen sociale relaties voor als een konvooi die met je
mee lopen. Soms lopen bepaalde mensen naast je, soms laat je bepaalde mensen achter,
andere mensen sluiten aan terwijl anderen weer afhaken. Dus: het is een sociale konvooi
van mensen die je om je heen hebt. Het is ook een gebalanceerde konvooi, mensen kiezen
zelf voor wie ze daarin willen en wie ze daar niet in willen. Oftewel: legt uit hoe
levensgebeurtenissen de netwerkgrootte kunnen beïnvloeden.

Normatieve levensgebeurtenissen: gebeurtenissen die op een bepaald moment gebeuren
door biologische, sociale en maatschappelijke ontwikkelingen die de meeste mensen
meemaken. Mensen verwachten deze dingen mee te maken gedurende hun leven, deze
zullen een invloed hebben op het sociale netwerk.

Non-normatieve levensgebeurtenissen: gebeurtenissen die gebeuren, maar die niet voor
veel mensen gebeuren.

Perifere netwerk: het netwerk van de mensen die niet in de binnenste cirkel zit, maar meer
in de buitenste cirkels.

, TiU: Ontwikkeling van Persoonlijke Relaties: Begrippenlijst (2021/2022)
Shimara van den Elzen

Publication bias: onderzoekers zijn geneigd om als iets in lijn is met hun theorie de studie
naar buiten te brengen en als het niet klopt het niet naar buiten te brengen. Hierbij hoort het
“Filedrawer” problem: onderzoekers denken (ten onrechte!) dat niet significante resultaten
ook niet interessant zijn. Significante resultaten hebben volgens hen een grotere kans om
gepubliceerd te worden dan niet significante resultaten. Sommige effecten lijken door deze
publication bias sterker dan ze in werkelijkheid zijn.

Sociaal input model: dit model zegt dat sociale partners op elkaar reageren en elkaars
emoties proberen te reguleren via uitdrukkingen (verbale uitdrukkingen, fysieke
uitdrukkingen, emotionele expressies, etc).

Persistent conflict: conflict dat mensen al jaren hebben.

Ambivalente banden: aan de ene kant is er liefde, aan de andere kant is er veel conflict.

Vervanging van sociale netwerken: de mate waarin mensen die rouw ervaren in staat zijn
om de support en het gezelschap van hun originele partner uit andere bronnen te gaan
halen.

Compensatie van sociale netwerken: alternatieve bronnen om hetzelfde voor elkaar te
krijgen.

HOORCOLLEGE 3
Typologische benadering / typologische aanpak: volgens deze benadering zijn er twee
dingen waar we onderscheid in maken op gebied van manieren van opvoeden: controle en
responsiviteit (warmte).

Controle: gaat over de mate waarin je discipline bijbrengt, er regels zijn, hoe strikt je als
ouder bent, etc.

Responsiviteit: gaat over warmte, acceptatie, het kind het gevoel geven dat hij/zij geliefd is,
etc.

Autoritair: laag responsief, hoge controle. Ouders zijn dominant, rigide en streng. Ze laten
weinig liefde zien.

Autoritatief: hoog responsief, hoge controle. Ouders zijn kind-georiënteerd, empathisch en
flexibel.

Laissez-faire / verwaarlozend: laag responsief, lage controle. Ouders zijn afstandelijk,
afwezig en ongeïnteresseerd.

Permissief / toegevend: hoog responsief, lage controle. Ouders zijn toegeeflijk, chaotisch
en laks.

Opvoedingsstijlen: algemeen emotioneel klimaat van ouder-kind relatie. Hoeveel warmte,
veiligheid, duidelijkheid is er in de thuissituatie?

Opvoedingspraktijken: specifiek gedrag gericht op het socialiseren van het kind.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shimaravdelzen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.41. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

55628 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.41  9x  sold
  • (0)
Add to cart
Added