Samenvatting SZ en SB: syllabus
1. INLEIDING
1.2 historiek van de Belgische sociale zekerheid
Resultaat van verschillende evoluties van de voorbije 150 jaar er zijn nog steeds kenmerken
aanwezig van de verschillende periodes
Begin sociaalzekerheidssyteem:
Periode 1ste industriële revolutie en ontstaan kapitalisme
Armoede werd nu als samenlevingsprobleem beschouwd
Oprichting “burgerlijke godshuizen” en “burelen van weldadigheid” zijn de
voorlopers van het OCMW
Door industriële revolutie risico’s ontstaan
o Ziekte
o Arbeidsongeschiktheid
o Werkloosheid
o …
om zich daar tegen te verzekeren richtten arbeiders zelf ‘Maatschappijen
voor Onderlinge Bijstand’ op. Zo werd voorzien in uitkering in geval van
werkloosheid of arbeidsongeschiktheid
Later omgevormd tot mutualiteiten (ziekenfondsen), naast arbeiders zelf
gingen ook christelijk geïnspireerde werkgevers kinderbijslagkassen oprichten
telkens privé-initiatieven, geen bijdragen van overheid
Door enorme crisis die leidde tt nationale stakingen in 1886 duidelijk dat
overheidsinterventie onontbeerlijk was
vanaf 1891 overheid mutualiteiten subsidiëren, dit had zowel positieve effecten
op financieel als op structureel vlak
Mutualiteiten werden gegroepeerd en vormden ‘landsbonden’, nog steeds een
verzekering op vrijwillige basis niet verplicht er aan deel te nemen
o Eerste verplichte verzekering pas in 1903 verzekering tegen
arbeidsongevallen
o Tussen de 2 WO’s verplichte verzekeringen uitgebreid, werknemers
voortaan verzekerd voor: betaald verlof, gezinsbijslag, beroepsziekten,
rust- en overlevingspensioen
, o Zelfstandigen enkel verplicht verzekerd voor gezinsbijslag vanaf 1937
o ‘sociale risico’s’ bleven binne de gesubsidieerde privésfeer van
mutualiteiten en syndicaten
In 1944 Sociaal pact door 3 partijen ondertekend
= steunde op 2 grote pijlers namelijk de sociale vrede tussen werknemers- en
werkgeversorganisaties en de solidariteitsgedachte
louter technische coördinatie van wat voorheen vrij ongestructureerd was
Verschillende belangrijke vernieuwingen:
o Alle sociale verzekeringen werden verplicht voor alle werknemers
o Uitkeringen gingen omhoog
o RSZ (vroeger RMZ) opgericht als centraal orgaan om bijdragen te innen
o SZ paritair beheerd: door werknemers en werkgevers
Werknemers:
In besluitswet niets vermeld over werkongevallen, beroepsziekten en
gehandicapten
Zelfstandigen:
Kinderbijslagregeling 1937 verzekering tegen ouderdom en grote
risico’s binnen geneeskundige verzorging pas LATER verplicht in 1965
1967: sociaal statuur der zelfstandigen overkoepeling van
bestaande verzekeringen
1971: verzekerd voor uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid
Na-oorlogse periode: voornamelijk toename van de inbreng overheid
Evolutie van sociale zekerheidssysteem van verzekering tegen sociale risico’s
waarborg voor bestaanszekerheid
1975: crisis enorme werkloosheid, toename aantal rechthebbende, financiële
problemen om kosten SZ onder controle te houden
Oplossing: inkomsten stijgen, uitgaven dalen dit crisisbeleid vanaf 1982
Verschillende categorieën werkloosheidsregelingen:
Verlaging uitkering voor samenwonenden, alleenstaanden en jongeren tijdens de
wachttijd
Rest: zie handout ppt 1
,2. de sociale zekerheid in het algemeen
2.1 inleiding
In het sociaal beschermingssysteem: 2 luiken
Sociale zekerheid Sociale bijstand
Rust- en overlevingspensioen Leefloon
Werkloosheid Inkomensgarantie voor ouderen
Beroepsziekteverzekering Gewaarborgde gezinsbijslag
Gezinsbijslagen Tegemoetkomingen aan gehandicapten
Ziekte- en invaliditeitsverzekering
Jaarlijkse vakantie
Basis van het volledige stelsel:
Solidariteitsgedachte
Verzekeringsgedachte
Concreet zorgt SZ voor 3 zaken:
1. Bij loonverlies (werkloosheid, pensionering, arbeidsongeschiktheid) ontvang je een
vervangingsinkomen
2. Bepaalde ‘sociale lasten’ zoals opvoeden van kinderen of ziektekosten moet dragen,
ontvang je een aanvulling op het inkomen
3. Onvrijwillig niet over beroepsinkomen beschikt, dan ontvang je bijstandsuitkering
Niet elke beroepsgroep ondergaat sociale risico’s op dezelfde manier SZ voor werknemers
en niet-werknemers grondig verschilt
binnen stelsel van SZ werknemers zijn nog eens verschillende regimes uitgewerkt
naargelang de beroepsgroepen
SZ valt uiteen in een stelsel voor:
Werknemers
Ambtenaren
Zelfstandigen
, 2.2 Handvest van de sociaal verzekerde
Sinds 1 januari 1997 nieuwe wet over handvest van sociaal verzekerde
dit handvest bevat een aantal belangrijke principes in verband met rechten en plichten van sociaal
verzekerde
Wet van 11 april 1995 heeft tot doel de werking van sociale zekerheidssysteem klantvriendelijker en
transparanter te maken
Voornaamste doel:
Bevolking beschermen tegen willekeur door geheel aan maatregelen waaraan sociale
zekerheidsinstellingen zich moeten houden (geldt ook voor instellingen die sociale bijstand
verlenen)
Maatregelen:
o Informatieplicht: verplicht instellingen van SZ aan de sociaal verzekerde alle
dienstige inlichtingen te verstreken over zijn rechten en verplichtingen
is kosteloos en moet binnen 45 dagen worden verstrekt
( W. 11 april 1995 Art. 3)
o Bij aanvraag van uitkering moet instelling z.s.m. beslissen en uitbetalen
elke beslissing moet gemotiveerd worden en aanvrager moeten de mogelijkheden
tot beroep worden meegedeeld
o Zich uitdrukken in voor publiek begrijpelijke taal
o Bij onjuiste beslissing wordt nieuwe beslissing genomen die uitwerking heeft op
datum waarop verbeterde beslissing had moeten ingaan
o Beroepstermijn: tegen een beslissing van een instelling van SZ bedraagt nu minstens
3 maanden
2.2.1 Praktische toepassing van Handvest op werking OCMW’s
OCMW’s opgenomen in toepassingsbeleid (Wijzigingswet 25 JUNI 1997) door wetsbepaling die stelde
dat ook rechtspersonen van publiek recht die prestaties van sociale zekerheid toekennen onder het
handvest van de sociale verzekerde gevallen.
Bij uitbetalen van leefloon, moeten ze alle verplichtingen naleven. Bij een aanvraag tot het bekomen
van maatschappelijke dienstverlening
2.2.2 Gevolgen voor het OCMW (toekenningsprocedure in codex)
Handvest en aanvraag leefloon
Handvest en motivering van beslissingen
Handvest en beslissingen tot terugvorderingen
Handvest en beroepstermijn van 1 maand bij individuele dienstverlening
Beslissing inzake leefloon: drie maanden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lenaaaaaatje. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.87. You're not tied to anything after your purchase.