Grondige en volledige samenvatting van het vak Strafvordering gedoceerd door Philip Traest. De samenvatting bestaat uit lesnotities van alle hoorcolleges aangevuld met de syllabus. Voor het examen 12/20 gehaald met deze samenvatting.
Boek 2:
Titel III: Algemene beginselen
strafprocesrecht
1 Definitie
1.1 Begrip
= Geheel van rechtsregels betreffende de opsporing, vervolging en berechting van personen die
ervan verdacht worden een misdrijf te hebben gepleegd
Syn. Formeel strafrecht, strafprocesrecht, strafvordering
Behoort tevens tot strafprocesrecht:
Regels betreffende de organisatie en werking van de strafgerechten
En regels betreffende de tenuitvoerlegging van de beslissing van deze gerechten
-> berechting en eventuele bestraffing van de dader van een misdrijf, kan slechts via het
strafprocesrecht worden bewerkstelligd
1.2 Onderscheid tussen materieel en formeel strafrecht
1.2.1 Personen tot wie de regels gericht zijn
Materieel strafrecht: gericht tot iedereen (burger en overheid)
Vb. verbod om diefstal of zedenfeiten te plegen
Formeel strafrecht: in de eerste plaats gericht tot de overheid
Strafprocesrecht wordt in een eerste plaats beschouwd als proces tussen de
gemeenschap en verdachte
Vb. politie, staande en zittende magistratuur
Uitzonderlijk zal de gewone burger met de regels van strafprocesrecht te maken krijgen
o Vb. huiszoeking uitvoeren mag je pas doen bij bevel van rechter tenzij de
bewoner schriftelijk en voorafgaand toestemming geeft.
o Vb. als getuige optreden in een rechtszaak
o Vb. uitvoeren telefoontap
1.2.2 Inhoud van deze regels
Materieel strafrecht: vanzelfsprekende inhoud
Bescherming van fundamentele waarden
o In bijzonder strafrecht heb je soms strafbepalingen die nodig zijn maar die geen
fundamentele waarde beschermen
o Vb. vennootschapsstrafrecht: venn. moet elk jaar jaarrekening op de griffie
neerleggen. Dat is niet zo fundamenteel zoals bijvoorbeeld de fysieke integriteit
maar is wel belangrijk want als je dat niet doet dan heeft de overheid minder kijk
op de onderneming en is bijvoorbeeld voor preventie van faillissement
Strafwetboek legt uit welke daden je niet mag stellen
Formeel strafrecht: minder vanzelfsprekend
Beschermde waarden liggen op een ander vlak en zijn meer aan evolutie onderhevig
Vb. verjaring, getuige moet op terechtzitting verschijnen, …
1.2.3 Sanctionering van schending van deze regels:
1
, I. Materieel strafrecht
= bestraffing
Op elk misdrijf staat een straf
Rechter kan kiezen tussen minimum en maximum
Is ook zo in bijzondere strafwetten
II. Formeel strafrecht
= Niet steeds een sanctie op het niet naleven, sanctie staat niet vast
Vb. onrechtmatig verkregen bewijs: moet dat uitgesloten worden of niet?
Niet-naleving of schending processuele normen worden op een andere wijze gesanctioneerd
Soms verval van de strafvordering, soms bewijsuitsluiting, soms strafvermindering, …
Schending processuele norm kan tot gevolg hebben dat proceshandeling of hele
procedure nietig is
o Vb. niet-gedagtekende dagvaarding nietig OF in verder stadium hele procedure
nietig
Soms heeft overtreding gevolgen voor bewijsvoering -> bewijsuitsluiting
o Vb. rechter mag geen onrechtmatig verkregen bewijs gebruiken zoals bij
bekentenis die werd verkregen met miskenning van de rechten van de
verdediging
o Vb. er wordt een huiszoeking gedaan zonder een onderzoeksbevel dan mag de
rechter deze zaken niet gebruiken! Al deze bewijzen moeten worden uitgesloten!
Bij het bereiken van de verjaring zal de strafvordering vervallen omdat je deze persoon
niet meer kan bestraffen!
o Dit wordt duidelijk in de wet gezegd
1.3 Doelstelling van het strafproces:
1.3.1 Waarheidsvinding
Waarheidsvinding en bescherming van individuele grondrechten
Waarheidsvinding, publiek recht, openbaar belang
Vb. houding van het slachtoffer irrelevant
Onafhankelijke rechter laten controleren of de regels worden gerespecteerd
1.3.2 Bescherming van individuele grondrechten
Bescherming individuele grondrechten
Privacy, briefgeheim, eigendomsrecht
-> ruimer dan enkel de rechten van verdediging
Elke burger moet weten dat er controle gebeurd op de wettelijkheid van wat de overheid
heeft gedaan
1.3.3 Onderlinge afweging van waarheidsvinding en individuele grondrechten
Aanvankelijk waarheidsvinding centraal
Individuele grondrechten: vooral sedert de tweede helft 20e eeuw
Legaliteitsbeginsel (art. 12Gw.), privacy (art. 22 GW)
Formele wet op zich is niet voldoende, de wet moet ook aan bepaalde inhoudelijke eisen
beantwoorden (vb. art. 8 EVRM)
Concrete afweging in de rechtspraak: slingerbeweging
Sinds jaren 60: meer belang aan grondrechten
Nu:
2
, Veel nadruk op rechtshandhaving (o.a. als gevolg van het terrorisme)
Vb. recente discussie in 2017 over de verlenging van de arrestatietermijn (48/72uur)
Art. 32 VTSV: onrechtmatig verkregen bewijs
2 Accusatoire en inquisitoire strafrechtspleging
2.1 Principe
Accusatoir:
Horizontale processtructuur:
Processtructuur dat men kent van het burgerlijk procesrecht
Je hebt een eiser en verweerder, eiser stelt procedure in tegen verweerder en de rechter
zal hier een uitspraak over vellen (zal een derde zijn)
Passieve rol van de rechter
Rechter zal rol van arbiter spelen
Volledige openbaarheid
Inquisitoir:
Verticale processtructuur
Openbaar ministerie zal een preferentiële positie hebben in het proces
OM zit niet op gelijke voet met verdediging
Actieve rol van de rechter
Vb. getuigenverhoor dan zal de rechter vragen kunnen stellen
Vb. beklaagde kan gehoord en bevraagd worden door rechter
Onpartijdigheid maar toch de waarheid achterhalen
Eerder geheim karakter
Vb. je kreeg als partij geen inzage in het strafdossier tot dat dossier bij rechter ten gronde
kwam, is nu wel al veranderd
Vooronderzoek is geheim en je krijgt pas dossier te zien als je voor rechter staat
Wet franchimont heeft toen een aantal uitzonderingen voorzien (geheim karakter is
afgezwakt)
2.2 Praktijk
Zuivere types komen bijna nergens meer voor (meestal mengvorm)
Common law landen: (VS)
Hoofdzakelijk accusatoir processysteem
o Grotere rol voor politie
o Veel juryrechtspraak
Continentale landen (België)
Hoofdzakelijk inquisitoir
o Vooronderzoek onder leiding van OM
o Soms vooronderzoek onder leiding van onderzoeksrechter
Doch onderzoek ter terechtzitting hoofdzakelijk accusatoir maar op basis van tijdens het
vooronderzoek samengesteld strafdossier
Als iemand straf ondergaat dan is die voor de rechter verschenen, is geen onderhandeling
tussen procureur en verdachte maar is er een rechter tussen gekomen!
2.3 Strafrechtshervorming in Europa
Rechtspraak van het EHRM verstrekt de accusatoire tendens in Europa
Einde vorige eeuw opnieuw meer bevoegdheden bij bestrijding criminaliteit
Vb. zie commissie Moons in NL
Frankrijk: commissies Delmas Marty (1990) en Léger (2008)
3
, Hebben wetboeken gemaakt maar hebben het niet gehaald door het parlement
VK: quid met de guilty plea (grootste deel van de strafzaken) en toepassing in België
Overal wordt er gediscussieerd over strafprocedure
België:
Wet Franchimont (1998), hervorming van politie en justitie (1998)
o Franchimont: vooronderzoek hervormt
Vb. inzage krijgen in een dossier tijdens het vooronderzoek dan is dat omdat deze
wet dat heeft ingevoerd!
o Politie: grondig hervormd, hoge raad van Justitie opgericht, lokale politie
hervormd (na Dutroux)
Ontwerp van wetboek van strafprocesrecht (2005)
o Geklasseerd door parlement
Commissie hervorming strafprocesrecht (MB 2 december 2015)
Potpourriwetten
3 Verloop van het strafproces
-> Bij burgerlijk proces heb je geen vooronderzoek omdat de burger/eiser zelf zijn bewijzen moet
gaan verzamelen en een dagvaarding moet instellen tegen de verweerder en daarna zal de
rechter gewoon een uitspraak vellen.
3.1 Vooronderzoek
Doel = eventueel bestaan van voldoende bezwaren
3.1.1 Opsporingsonderzoek en gerechtelijk onderzoek
I. Opsporingsonderzoek
Onderzoek geleidt door Procureur des Konings
Zonder onderzoeksrechter!!!
Tenzij mini-instructie
Wordt ook afgesloten door PdK
Vervolging, sepot of buitengerechtelijke afhandeling
Meer dan 90 à 95% van de strafzaken
II. Gerechtelijk onderzoek
Onderzoek wordt geleidt door onderzoeksrechter
Rechter leidt vooronderzoek, niet een parketmagistraat
Afgesloten door regeling van de rechtspleging
Als onderzoeksrechter klaar is met zijn onderzoek dan zal het dossier terug gaan naar de
PdK
Daarna komt het voor de raadkamer, een andere rechter zal dan beslissen of het voor de
vonnisgerechten komt of niet
Meestal betrekking op zwaardere feiten
Er zijn dwangmaatregelen vereist!
Vb. Huiszoeking: je hebt een bevel van een onderzoeksrechter nodig. Als er een misdrijf
gebeurt wordt procureur verwittigd waarbij een huiszoeking moet gebeuren dan weet de
procureur vanaf het begin gelet op de feiten (dat er een huiszoeking moet gebeuren) dat hij
zal moeten overschakelen naar een gerechtelijk onderzoek en een onderzoeksrechter
vorderen.
Vb. iemand als aanhoudingsmandaat wordt geplaatst dan is het een gerechtelijk onderzoek
dat enkel maar door de onderzoeksrechter kan worden bevolen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudentUgent0152896. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.17. You're not tied to anything after your purchase.