In deze samenvatting vind je alle literatuur en college aantekeningen van het vak Het Lerende Kind overzichtelijk samengevat. De samenvatting bestaat uit twee delen: rekenen en begrijpend lezen. Je hebt dus alle benodigde informatie voor het tentamen.
Inhoud
Het lerende kind 2021/2022 ............................................................................................................ 1
Introductiecollege van het vak ........................................................................................................ 2
College 1 Rekenen: kennis en vaardigheden .............................................................................. 3
College 2 Rekenen: instructievormen bij rekenen ....................................................................... 9
College 3 Rekenen: digitale formatieve toetsing en differentiatie ........................................... 12
College 1 Begrijpend Lezen: kennis, vaardigheden en ontwikkeling ..................................... 16
College 2 Begrijpend Lezen: interventies en instructievormen ............................................... 20
College 3 Begrijpend Lezen: meten en toetsen ......................................................................... 23
1
,Introductiecollege van het vak
Kirschner, P. A., Claessens, L. & Raaijmakers, S. (2018). Op de schouders van reuzen.
Inspirerende inzichten uit de cognitieve psychologie voor leerkrachten. Meppel: Ten Brink
Uitgevers.
Hoofdstuk 16:
Een samenvatting maken is voor leerlingen niet effectief omdat die nog niet goed kunnen
samenvatten en alleen een goede samenvatting helpt met leren. Gespreid oefenen
(spaced/distributed) practice en oefentoetsen zijn wel aan te bevelen. Met vier keer een half
uur leren onthoud je de stof beter dan twee uur achter elkaar studeren. Dit noemen
onderzoekers het spacing-effect. Bij oefentoetsen en zelftesten (retrieval practice) draait het
om informatie ophalen uit je langetermijngeheugen. Dit actief herinneren zorgt ervoor dat je de
informatie beter en langer onthoudt. Dit staat bekend als het testing-effect.
Praktisch:
- Stel regelmatig herhalingsvragen, kan ook door middel van een oefentoets of quiz;
- Gespreid oefenen door veelvuldig kleine huiswerkopdrachten in plaats van één grote.
Dit kan gecombineerd met oude en nieuwe stof;
- Leren samenvatten kan door hoofd- en bijzaken leren onderscheiden.
Hoofdstuk 17:
Bij het aanleren van nieuwe vaardigheden/kennis is het belangrijk om ook te kijken naar wat
een leerling al weet. Deze voorkennis blijkt namelijk de meest bepalende factor voor het halen
van nieuwe leerdoelen. Voorkennis zit ‘verpakt’ in cognitieve hersenstructuren, ook wel
schema’s genoemd. Deze schema’s zijn hiërarchisch georganiseerd van algemene naar
steeds specifiekere begrippen. Nieuw te leren kennis wordt ingevoegd in de bestaande
structuren in onze hersenen (assimilatie) en past deze hersenstructuren tegelijkertijd ook aan
(accommodatie). De voorkennis van de leerlingen klopt niet altijd, leraren kunnen hier op
inspelen door de kennis te bevragen en te bediscussiëren.
Als een leerling weinig voorkennis heeft dan kan het gebruik van
ankerbegrippen/kapstokken helpen. Dit zijn begrippen die een centrale rol spelen in een
2
, kennisgebied. Als een leerling die onvoldoende heeft, moet je ze als leerkracht expliciet
aanbrengen. Je kunt daarbij gebruikmaken van advance organizers: teksten, afbeeldingen,
verhalen, enzovoort die je vooraf als kapstok aanbiedt. Voor topografie kunnen bijvoorbeeld
begrippen als wereld, land en stad ankerbegrippen zijn. Door eerst op dergelijke begrippen te
focussen bouwen leerlingen een kennisstructuur op waarin ze nieuw te leren begrippen
gemakkelijker kunnen plaatsen, verankeren en daarmee beter onthouden en herinneren.
Dankzij de introductie van een tekst met ankerbegrippen komt de vervolgens te leren tekst
bekend en betekenisvol over en kunnen leerling de nieuwe lesstof optimaal koppelen aan iets
wat ze al weten. Zo leren en onthouden ze de nieuwe stof dus beter.
Kennis in ons langetermijngeheugen kun je onderscheiden in declaratieve en procedurele
kennis. Declaratieve kennis bestaat uit feiten en beschrijvingen die iemand kan reproduceren.
Leren bij dit type kennis draait vaak om herhaling en uit het hoofd leren of stampen.
Procedurele kennis betreft juist de relaties tussen begrippen en integratie van kennis en, op
het hoogste niveau, het toepassen ervan bij het oplossen van een probleem. Leren bij dit type
kennis draait vaak om weten hoe. Maar pas op: het kennen van een procedure (weten welke
stappen je moet zetten om iets te bereiken) is niet hetzelfde als deze stappen ook kunnen
uitvoeren. Anders gezegd: je kunt moeiteloos een recept voor chocoladecake oplepelen en
toch een ingezakte, kleffe cake uit de oven halen.
Praktisch:
- Geef een voorkennistoets, benoem de resultaten naar de leerlingen zodat ze weten wat
ze al kunnen. Het helpt ook om de leerlingen te laten zien dat de nieuwe stof inspanning
vereist;
- Een andere manier om leerlingen te helpen is de al beschreven ‘advance organizer’
ofwel de kapstok met ankerbegrippen;
- Zorg binnen je school voor doorlopende leerlijnen en laat leerjaren en lessen goed op
elkaar aansluiten;
- Door regelmatig te herhalen wat eerder is geleerd, houd je de voorkennis actief. Dat
kan bijvoorbeeld door de les te beginnen met een korte quiz, al dan niet met wisbordjes.
Ook bij vakken met een meer thematisch karakter, zoals de zaakvakken, is het belangrijk om
de voorkennis van leerlingen in kaart te brengen. Leerlingen doen juist op deze gebieden veel
kennis op buiten school, een context waar jij mogelijk minder zicht op hebt.
College 1 Rekenen: kennis en vaardigheden
Aantekeningen college
Hoe rekent Nederland nu, relatief gezien? Sinds 1887 aantal veranderingen:
- Vooruitgang: schattend rekenen, getallen en getalrelaties, hoofdrekenen: optellen en
aftrekken, procenten;
- Achteruitgang: bewerkingen: optellen en aftrekken, samengestelde bewerkingen,
vermenigvuldigen en delen;
Er is een achteruitgang in de vaardigheid van moeilijke sommen op papier maken. Als je alle
onderdelen samen neemt dan blijkt dat het rekenniveau eigenlijk niet is veranderd. Er is dus
geen algemene achteruitgang in het rekenen maar er is vooral een onderscheid aanwezig
tussen de verschillende rekenonderdelen.
Afgezet tegen een absolute standaard:
Referentieniveau: 1Fundamenteel en 1Streefniveau. Het fundamentele niveau is het niveau
wat alle leerlingen zouden moeten (kunnen) behalen. Het streefniveau is vooral voor leerlingen
die meer aankunnen. Er wordt een lager streefniveau gehaald dan de gestelde ambitie was.
Het fundamentele niveau wordt ruimschoots gehaald in het basisonderwijs. De uiteindelijke
conclusie is dat de niveaus best wel constant blijven.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller wilienevdh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.10. You're not tied to anything after your purchase.