100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Scheikunde vwo $19.42   Add to cart

Summary

Samenvatting Scheikunde vwo

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

vooral van 5 vwo, maar vereiste stof voor 6 vwo. voor het examen

Preview 3 out of 16  pages

  • No
  • Hoofdstuk 7 t/m 13
  • January 18, 2022
  • 16
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Samenvatting Scheikunde 5v

H7 Duurzaamheid

§7.1
De fossiele brandstoffen steenkool, aardgas, aardolie zorgen nog voor grootste deel energie.
Steenkool: koolstof, aardgas: methaan, aardolie: veel verschillende, vooral koolwaterstoffen
en aromatische verbindingen. Verbrandingswarmte: hoeveel warmte vrijkomt bij
verbranding van brandstof. Aardolie bevat zoveel stoffen, moet gescheiden worden in
fracties: mengsel van stoffen met bepaald kooktraject. Fracties met grote moleculen→
kooktraject hogere T, condenseren lager in kolom dan fracties met kleine moleculen:
gefractioneerde destillatie. Nafta: kraken: ontleden van grote koolwaterstofmoleculen in
kleine, en reformen: onvertakte alkanen, cycloalkanen→ o.a. vertakte alkanen, aromaten. Bij
verbranding fossiele brandstoffen→ CO₂, SO₂, NO𝑥.

§7.2
Biobrandstoffen als duurzaam alternatief: gemaakt uit biomassa: organisch. Planten: dmv
fotosynthese: CO₂+H₂O→ glucose. Verbranding hiervan: koolstof+energie komt vrij:
koolstofkringloop gesloten, soort elementenkringloop. Verbranding biomassa: CO₂-neutraal:
CO₂ die vrijkomt=CO₂ ooit opgeslagen. 1e generatie biobrandstoffen: voor productie bio-
ethanol worden voedselgewassen gebruikt. Biodiesel: olie uit zaad geperst, gezuiverd→
omestering: zuivere olie→ biodiesel. 2e generatie biobrandstoffen: geen voedselgewassen
maar bioafval, houtsnippers etc. vergisting bioafval→ biogas: methaan. Nadeel: cellulose
moeilijk af te breken. 3e generatie: organisch materiaal, geen landbouwafval. Uit algen/
zeewier.

§7.3
Duurzaamheid: behoeften heden voldoen, zonder behoeften toekomst aan te tasten. Bijv
duurzame grondstoffen: opnieuw te produceren op korte termijn/ te recyclen. Cradle to
Cradle filosofie: downcyclen: kwaliteit product verslechterd. Upcyclen: gelijke/ betere
kwaliteit. Stoffenkringloop: weg die grondstof aflegt. Groene chemie: streven verduurzaming
in chemische industrie. Reacties met zo min mogelijk bijproducten: atoomeconomie:
Rendement:

Theoretische opbrengst: massa die zou ontstaan volgens kloppende reactievergelijking bij
aflopende reactie. Praktische opbrengst: massa ontstane product, zoals in praktijk gaat.

,§7.4
Chemisch evenwicht: 2 omkeerbare reacties verlopen met zelfde snelheid:
evenwichtsreacties. Insteltijd: begin reactie tot evenwichtstoestand. Homogeen evenwicht:
alle stoffen evenwicht zijn in zelfde fase. Heterogeen evenwicht: stoffen in meerdere fasen,
aanwezig. Rekenen aan evenwicht dmv van BOE-tabel. Concentratiebreuk uit
evenwichtsreactie. Evenwichtsconstante K: concentratiebreuk constant als er evenwicht is.
Evenwichtsvoorwaarde: als concentratiebreuk=K. K hangt alleen af van T.
Evenwichtsvoorwaarde heterogeen evenwicht: vaste stoffen (s) en vloeistoffen (l) niet in
concentratiebreuk. Chemisch evenwicht: er verloopt een chemische reactie. Dynamisch
evenwicht: verdelingsevenwicht, stof verdeelt zich in vaste verhouding,
evenwichtsvoorwaarde: verdelingsconstante Kᵥ. Oplosevenwicht: evenwichtsconstante K 𝑠.

§7.5
Evenwichtsreacties niet duurzaam: niet alle beginstoffen→ reactieproducten. Evenwichten
beïnvloeden: concentratie stoffen links groter, dan verloopt reactie naar rechts sneller,
concentratie rechts neemt toe, dus nu reactie naar links sneller: nieuw evenwicht.
Concentratie rechts: groter geworden. Evenwicht veranderen door volume: volume
verdubbelen→ concentratie gehalveerd→ waarde concentratiebreuk gehalveerd.
Katalysator versnelt beide reacties evenwicht: blijft zelfde.
Temperatuurverhoging: evenwicht naar endotherme kant, T-verlaging→ exotherme kant.
Aflopend evenwicht: reactieproducten afvoeren→ meer beginstof omgezet in
reactieproduct.

, H8 Zuren

§8.1
Verschil in zuurgraad dmv van pH: <7: zuur. Indicatoren: veranderen van kleur in zuur milieu:
lakmoes, universeel indicatorpapier. Ook dmv oplossingen: omslagtraject, Binas 52A.

§8.2
Dmv stroomgeleiding→ of er geladen deeltjes in de zure oplossing zijn. Zuren reageren met
water→ ontstaan ionen: zuur geeft H⁺ af aan H₂O→ H₃O⁺: oxoniumion. Geleidbaarheid in
verband met molariteit: verdun je oplossing 2x→ halveert geleidbaarheid← concentratie
H₃O⁺, cl⁻ wordt 2x verdund. Geen lineair verband→ evenwichtsreactie: zuren splitsen niet
volledig in ionen: zwakke zuren. Sterke zuren: splitsen volledig in ionen: aflopende reactie.
Oplossing salpeterzuur: sterk zuur: niet HNO₃(aq), maar H₃O⁺(aq) + NO₃⁻(aq).

§8.3
Organische zuren: moleculen hebben koolstofskelet. Eenwaardig zuur: kan 1 H⁺ afstaan, uit
zuurgroep COOH→ negatieve ion dat overblijft: zuurrestion, van alkaanzuur: alkanoaten.
Meerwaardig zuur: meer H⁺ af kunnen staan. Anorganische zuren: zonder koolstofskelet.
Instabiele zuren: H₂CO₃, H₂SO₃. Meerwaardig zwak zuur verliest maar 1 H⁺ in water, omdat
eerste reactie evenwicht naar links ligt. Ionen uit bijv zout kunnen als zuur reageren.

§8.4
pH van oplossing is afhankelijk van hoeveelheid H₃O⁺-ionen in oplossing: pH= -log[H₃O⁺]
dmv pH concentratie H₃O⁺ berekenen: [H₃O⁺]= 10⁻ᴾᴴ Aantal significante cijfers in [H₃O⁺]
moet gelijk zijn aan aantal decimalen in pH. pH 2 significante cijfers→ [H₃O⁺] 2 decimalen.
Bij sterk zuur: [H₃O⁺] gelijk berekenen uit molariteit oplossing, want alles ioniseert volledig.
Bij zwak zuur niet: evenwichtsvoorwaarde:
Waterhoeveelheid B is relatief veel groter,
[H₂O]=constant: K[H₂O] = K𝑧 = evenwichtsvoorwaarde zonder [H₂O]= zuurconstante. Met K𝑧
+ molariteit→ [H₃O⁺]. K is alleen afhankelijk van T. [H₃O⁺] uitrekenen dmv BOE-tabel.
Verwaarlozen van x in noemer, controle of ionisatiepercentage<10% x/M ×100%.
Verdunnen basische oplossing: verschuift pH richting 7.




*Significantie:
+/− aantal cijfers achter komma van uitkomst= kleinste aantal cijfers achter komma
waarmee berekening uitgevoerd wordt.
×/÷ uitkomst evenveel significante cijfers als gemeten waarde met kleinste aantal
significante cijfers.
Nullen begin getal: nooit significant
pH: aantal significante cijfers [H₃O⁺]= aantal decimalen in pH.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller peresbugter. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $19.42. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$19.42
  • (0)
  Add to cart