Laboratorium
Hygiëne regels
- Niet roken of eten tijdens onderzoek
- Schone witte jas dragen en deze achterlaten
- Handschoenen dragen
- Handen wassen
- Tafels desinfecteren
Het glaswerk moet bestand zijn tegen chemische stoffen. Ook is het vaak hittebestendig.
Maatglaswerk mag niet verhit worden. Op sommig glaswerk staat een merkteken wel of niet
verhitten.
Gebruikte materialen moeten schoon, droog en vetvrij zijn. 3x naspoelen met leidingwater.
3x naspoelen met aquadest.
Vloeistoffen
- Aquadest → gedestilleerd water
- Aqua bidest → 2x gedistilleerd
- Demi-water → gedemineraliseerd water
- Steriel water → geen bacteriën & schimmels
- Fysiologisch zout → 0,9% zoutoplossing
- Bufferoplossingen → houden pH van andere vloeistoffen constant
- Azijnzuur 6% → aanzuren van stoffen
- Alcohol 70% → reinigen handen, tafels etc
Sensitiviteit → % zieke dieren met positieve testuitslag
Specificiteit → % niet-zieke dieren met negatieve uitslag
Accuratesse → % dieren met gelijkluidende uitspraak
Prevalentie → % dieren in groep dat ziek wordt
Een centrifuge scheidt vaste delen en vloeistof (sediment).
Een automatisch pipet geeft een gewenste hoeveelheid vloeistof.
Onderdelen van een microscoop:
- Tubus: verbindt oculair met revolver
- Revolver: draaibaar
- Kruistafel: verplaatsen voorwerp
- Preparaathouder houdt voorwerp op z’n plaats
- Grodinstelschroef: op en neer bewegen van de tafel
- Fijninstelschroef: fijner scherpstellen
- Objectief: voorwerp lens (100x met olie)
, - Oculair: ooglens
- Condensor: lenzen om voorwerp van onderaf te belichten
- Diafragma: regelt opening van licht
Hoofdstuk 2 - huid en vacht
Dermatofyten zijn schimmels. Ze groeien door keratine. De symptomen variëren in ernst. Dit
is een zoönosen. Je kunt onderzoek doen door fluorescentie met een woodse lamp.
Bij een microscopisch onderzoek zijn ook de schimmeldraden (mycelium draden) zichtbaar.
Het kweken van schimmels doe je op een voedingsbodem. De incubatietijd bij de hond en
kat is 2 weken, bij paard 3 weken. Elke dag houdt je veranderingen bij.
Het verzenden van een monster doe je in een papieren envelop. Vochtige monsters in een
steriele buis en de monsters bewaar je in de koelkast.
Macroscopische parasieten zijn bijvoorbeeld vlooien, luizen en teken.
Microscopische huidparasieten zijn:
- Schurftmijt hond (Sarcoptes scabiei canis), deze is kortpotig en zit op de kop,
elleboog, hak en buik.
- De schurftmijt kat (Notoedres cati), zit op de kop, hals en rug.
- Oorschurftmijt konijn (Psoroptes cuniculi), is langpotig en zit in het oor.
- De oormijt van hond/kat (Otodectes cynotis) is langpotig en zit in de uitwendige
gehoorgang. Otoscoop.
- Schurftmijt paard/rund (Chorioptes bovis) is langpotig en zorgt voor beenschurft.
- Vachtmijt hond/kat/konijn (Cheyletiella yasguri, parasitovorax) is langpotig en zit vaak
op de rug van kortharige honden en langharige katten. Zoönose.
- Haarfollikelmijt hond (Demodex canis) is wormvormig. Is erfelijk. Oppervlakkig
afkrabsel.
Microparasieten zijn aan te tonen met een huidafkrabsel.
Een tumor is een zwelling. Benigne is goedaardig en maligne is kwaadaardig. Om dit te
onderzoeken neem je een biopt. DNAB is een dunne naald aspiratie biopt. Cellen worden
opgezogen uit de bult. Ponsbiopt is een stukje weefsel uit de bult.
Bij DNAB schrijf je info met potlood op het matte deel. Het voorwerpglas gaat in de houder.
Het weefselbiopt gaat in een plastic potje met formaline.
Hoofdstuk 3 - bloedonderzoek
Bloed bestaat voor 56% uit plasma. In bloed vind je erytrocyten, leukocyten en trombocyten.
Bloed haal je uit een ader, hiervoor zijn een aantal opties: vena cephalica (voorpoot), vena
saphena (achterpoot) en vena jugularis (hals).
Als je bloed afneemt in een buis zonder antistollingsmiddel, moet je het centrifugeren. Je
houdt dan serum over, zonder fibrinogeen of andere stollingseiwitten. anticoagulantia zijn
antistollingsmiddelen, hierdoor wordt het stollingsproces geblokkeerd. Als je dit centrifugeert,
houdt je plasma over (met stollingseiwitten).
Volbloed → bloed direct afnemen.
Serum → bloed afnemen, na 30 min centrifugeren.
Plasma → bloed afnemen, centrifugeren.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nikjeverhage. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.92. You're not tied to anything after your purchase.