7.1 het gevangenendilemma
Gevangenendilemma: keuzesituatie die voor rationeel handelende partijen een niet-optimale
uitkomst oplevert
voorwaarden gevangenendilemma
1. beide partijen hebben een dominante strategie
2. de beslissing van de 1 heeft gevolgen voor de beslissing van de andere
3. de optimale uitkomst komt niet tot stand (geen pareto-optimum)
4. spelers nemen beslissing tegelijk en zonder te weten wat de ander kiest (imperfecte
informatie)
Beslisboom/ spelboom: wetenschappelijk model voor de weergave van de alternatieven en
keuzen in een besluitvormingsproces
Pay-offmatrix: overzicht van resultaten van genomen beslissingen
Strategieën
● dominante strategie: strategie levert beste resultaat op ongeacht de strategie van
ander
○ speler kiest steeds dezelfde keuze
● nash-evenwicht: situatie die wordt bereikt als geen van de partijen zijn resultaat kan
verbeteren, als de andere partij bij zijn keuze blijft.
○ bekennen/bekennen
● Pareto-optimum: situatie waarin niemand zijn positie kan verbeteren zonder dat dit
ten koste gaat van een ander
○ zwijgen/zwijgen
7.2 langetermijnrelaties
langetermijnrelatie: partijen weten dat zij herhaaldelijk in vergelijkbare situaties met elkaar te
maken krijgen → beslissing kan anders zijn dan bij eenmalige confrontatie
Beslissingen en daaruit voortvloeiende handelingen hangt af van de persoon van de
beslisser en de manier waarop hij in de wereld staat
non-coöperatief: verdachten hebben geen mogelijkheid om samen te werken
coöperatief spel: verdachten werken samen
- zelfbinding, reputatiebescherming en sociale normen spelen belangrijke rol
- zelfbinding: partij houdt rekening met belangen van anderen
- reputatie: hoe anderen over iemand/ bedrijf denken invloed op beslissing
- sociale normen: ‘regels’ beïnvloeden verschillende strategieën en dus beslissingen
simultane beslissingen: beslissingen worden gelijktijdig genomen
sequentiële beslissingen: beslissingen worden na elkaar genomen
Bij sequentiële beslissingen kunnen partijen door zelfbinding en ‘geloofwaardige dreiging’
elkaars coöperatief gedrag afdwingen.
, 7.4 overheidsregulering
individuele producten: producten die je naar je eigen behoefte zelf koopt
collectieve producten: producten waarover iedereen zonder daarvoor te betalen vrijelijk kan
beschikken.
- Worden betaald uit belastinggeld
producten zijn exclusief (uitsluitbaar): producten zijn deelbaar → gebruik van een gaat ten
koste van het gebruik van ander (taart)
rivaliserend: gebruik zorgt ervoor dat product op raakt → gebruik gaat ten koste van
hoeveelheid waarover anderen kunnen beschikken (brug)
tabel!
Informatie over collectieve producten gaat via budgetmechanisme: democratische
besluitvorming binnen de overheid over de aanwending van collectieve middelen
Gemeenschappelijke middelen
- niet via budgetmechanisme geregeld → want geen eigendom
Natuurlijk monopolie (marktvorm)
- aanbieder heeft dalende gemiddelde totale kosten bij grotere productie
- 1 aanbieder van 1 product
Quasi-collectieve producten: individuele producten die in verband met te behalen positieve
externe effecten tegen een door de overheid gesubsidieerde prijs worden geleverd
(onderwijs, bibliotheken)
freeriders: personen die van een bepaald product gebruik maken zonder daarvoor te betalen
of die minder dan de ‘volle’prijs betalen
- kan ervoor zorgen dat weinig/ zelfs niet van bepaald product wordt voortgebracht
collectieve dwang: overheid dwingt productie van bepaald product af via belastingheffing
negatieve effecten worden bestreden door verboden en heffingen
- zijn uiting van marktfalen → prijs van product gebaseerd op bedrijfskosten, maar niet
met maatschappelijke kosten
11.1 risicoavers gedrag en verzekeren
● risicoaversgedrag: er wordt gekozen voor zekerheid
● risicozoekendgedrag: men neemt doelbewust risico
● risiconeutraalgedrag: men staat onverschillig tegenover risico’s
Verzekering: overeenkomst tussen verzekeringsmaatschappij en verzekerde, waarbij de
verzekerde de financiële gevolgen van een risico probeert af te dekken
- wordt vergoed uit premies
- onderlinge solidariteit doordat schade wordt betaald door gezamenlijke verzekerden
Polis: bewijs dat je krijgt bij afsluiten verzekering → staan oa voorwaarden op
premie afhankelijk van het risico dat door de verzekeringsmaatschappij wordt gelopen
- hoger risico → hogere premie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller roosmarijnvanoorschot. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.