Stap 1: Bepaal de context> in de 1e stap beschrijf je de moederorganisatie oftewel de opdrachtgever
waarvoor je de facilitaire dienstverlening verzorgt. Deze vormt het vertrekpunt voor je facilitaire
dienstverlening. Tevens geef je duidelijkheid over het gebouw of alle vestigingen waarbinnen de
dienstverlening plaatsvinden.
Stap 2: Beschrijf jezelf als facilitaire dienstverlener> Je kijkt hier vooral naar je eigen bestaansrecht en
de wijze waarop je als facilitaire dienstverlener het kernproces het beste kunt ondersteunen. Je geeft
daarbij aan welke rol je als dienstverlener vervult en waar je accenten in de dienstverlening legt.
Stap 3: Inventariseer de klantwensen> Gelet op de grote diversiteit aan individuen en afdelingen in
de moederorganisatie, ga je vervolgens inventariseren wie precies ‘de klant’ is en wat deze klant
belangrijk vindt.
Stap 4: Richt de facilitaire services in: uitgaande van de wensen van de klant bepaal je welke
facilitaire producten en diensten je wilt gaan aanbieden en op welke wijze je dat het beste kunt
doen.
Stap 5: Stel de aansturing en beheersing vast> je werkt de aansturing en de beheersing van de
facilitaire processen en facilitaire besturingsvormen verder uit. Het gaat hierbij om waarop je als
facilitair manager stuurt en om de vraag hoe je dat wat je doet beter kunt doen.
Stap 6: Bepaal hoe je communiceert met klanten> als duidelijk is welke facilitaire services je de
klanten te bieden hebt, werk je de wijze waarop je de dienstverlening aan je klant communiceert
verder uit. Het gaat om het inrichten van de ‘etalage’ waarin je de facilitaire services presenteert.
Ook bedrijf je de wijze waarop de communicatie tussen jou en je klanten vice versa verloopt.
Stap 7: Evalueer en herzie> de wereld om ons heen staat natuurlijk niet stil. In deze laatste stap blijf
je alert of je nog steeds het goede doet en hoe goed je dat eigenlijk doet. Als je facilitaire plan niet
meer up-to-date is, ga je terug naar stap 1 en begin je opnieuw, maar nu met de veranderde context
Stap 8: Schrijf je facilitaire plan> In deze stap komt alle informatie uit de voorgaande 7 stappen
samen. Dit leidt tot het eindproduct> facilitair plan
Regterschot introduceerde het verzorgen van faciliteiten als een managementdiscipline, waarbij
integraal gekeken wordt naar alle aspecten die nodig zijn om een organisatie in haar kernproces te
ondersteunen.
Elke organisatie heeft een doel voor ogen. Daaraan ontleent zij haar bestaansrecht. Zo zijn er
organisaties die iets produceren of verkopen. Het proces waarmee een organisatie haar externe klant
zo goed mogelijk probeert te bedienen wordt het kernproces genoemd.
Kernproces: het unieke proces waaraan de organisatie haar ontstaan en identiteit ontleent. Wanneer
dit proces veranderd wordt het een andere organisatie.
,Om de processen zo goed mogelijk te laten verlopen, heeft de organisatie ook nog een aantal
activiteiten die niet direct te maken hebben met het bestaansrecht van de organisatie> niet-
kernprocessen
Niet-kernprocessen: processen die zich richten op het scheppen van de voorwaarden, zodat het
kernproces goed en zonder problemen uitgevoerd kan worden
Facility management: het integraal managen (plannen en bewaken) en realiseren van de huisvesting,
de services en de middelen die moeten bijdragen aan een effectieve, efficiënte, flexibele en creatieve
verwezenlijking van de doelen van een organisatie in een veranderende omgeving
Facility management is voornamelijk gericht op het ondersteunen van het kernproces van een
organisatie en is daarmee een niet-kernproces. Facility manager moet goed weten wat het
kernproces van de organisatie is zodat hij de facilitaire processen daarbij op de juiste wijze kan laten
aansluiten.
Stap 1: Bepaal de context
1.1 Bepalen van de context
In de 1e stap beschrijf je de moederorganisatie waarvoor je de facilitaire dienstverlening verzorgt.
Daarin geef je aan waar de organisatie voor staat, wat ze doet en de wijze waarop. De visie, missie en
doelstellingen vormen het vertrekpunt voor het facilitaire plan. Als facility manager heb je met
verschillende partijen te maken en via een stakeholdersmodel kun je deze in kaart brengen. Ook geef
je duidelijkheid over het ruimtelijk kader waarbinnen de dienstverlening gaat plaatsvinden.
,Context kan op een paar manieren bepaald worden:
Als student> binnen studie heb je ruimte gekregen om zelf te bepalen in welke context je het
FP gaat opstellen. Je kunt dan zelf een organisatie kiezen die je als uitgangspunt neemt voor
je plan.
Docent bepaalt
Je werkt voor een externe opdrachtgever> je wordt als student ingehuurd om het facilitaire
plan/onderdeel daarvan op te stellen. Je krijgt te maken met betrokkenen die allemaal hun
eigen belangen hebben bij jou project.
Je bepaalt als facilitaire professional de context> je brengt zelf eerst de context in kaart als
FM`er. Je werkt in dat geval voor een interne opdrachtgever> iemand in de organisatie die je
de opdracht heeft gegeven.
1.2 Oriënteer je op de organisatie
Om een passend facilitair plan op te stellen, oriënteer je je allereerst op de organisatie. De geboden
activiteiten moeten namelijk passen bij de organisatie. Voordat je de dienstverlening vast kunt
uitwerken, stel je vast aan wie je de diensten verleent> welk kernproces je als facilitaire organisatie
moet ondersteunen. Je beschrijft hoofddoel van organisatie zodat je facilitaire services daarbij
aansluiten.
1.3 Organisatiebeschrijving
De doelen in je FP moeten zijn afgeleid van wat de organisatie met het kernproces wil bereiken.
Facilitaire organisaties moeten toegevoegde waarde hebben voor de moederorganisatie.
1.3.1 Missie, visie en doelen
Missie: gaat erom dat je weet waarvoor je het doet. Missie is de reden van bestaan van de
organisatie en welke toegevoegde waarde je wilt leveren. Waarom de organisatie bestaat.
Visie: hoe het moet worden en waar je naartoe wilt met de organisatie.
Doelen: vanuit de visie wordt een doel geformuleerd. De doelen sturen de activiteiten van de diverse
afdelingen in het kernproces aan.
Doelen moeten SMART worden geformuleerd:
Specifiek: geef precies aan wat je doel is
Meetbaar: beschrijf je doel aan de hand van meetbare eenheden
Acceptabel: je doel moet een draagvlak hebben
Realistisch: je doel moet wel haalbaar zijn
Tijdsgebonden: geef aan wanneer je doel behaald moet zijn
, 1.3.2 Organisatiebeschrijving volgens 7-S-model
7-S-model is ontwikkeld door McKiney en beschrijft de 7 belangrijke aspecten van een organisatie:
1. Strategie: gaat erom welke doelen de organisatie heeft gesteld en de wijze waarop een
organisatie dit denkt te bereiken
2. Structuur: betreft de inrichting van de organisatie, die het best zichtbaar wordt in het
organogram
3. Systemen: hierbij gaat het om de procedures, overleggen, regels, afspraken en hulpmiddelen
binnen de organisatie> hoe werkt de organisatie?
4. Stijl van management: komt tot uitdrukking in de manier waarop management en
medewerkers samenwerken, welke vrijheden medewerkers hebben en hoe ze in hun werk
worden ondersteund.
5. Staf: betreft de personeelsaangelegenheden, zoals beloning, opleidingsniveau, beoordeling
6. Sleutelvaardigheden: geven aan waar de organisatie goed in is.
7. Significante waarden: geeft als centrum van het model aan waarvoor de organisatie staat en
wat de medewerkers van de organisatie bindt> cultuur
1.3.3 Werken, wonen en verblijven
De functie van facility management is alle activiteiten gericht op werken, wonen en/of verblijven zo
optimaal mogelijk ondersteunen
Werken mogelijk maken> vooral in de dienstverlenende (tertiaire en quartaire) sectoren.
Tertiaire sector omvat de commerciële dienstverlening: bedrijven die met de verkoop van hun
producten en/of diensten winst willen maken> profit-organisaties.
Quartaire sector: betreft ook dienstverleners maar dan niet commerciële organisaties: non-profit
organisaties.
Primaire en secundaire sector zijn de landbouwsector die grondstoffen en voedsel levert en de
industrie waar de verwerking van producten plaatsvindt. Hier is weinig sprake van Facility
management.
Wonen> zorgen voor gemeenschappelijke voorzieningen (faciliteiten)
Verblijven> verzorgen van de facilitaire processen
1.3.4 Plaats, personen en processen
Bij het samenstellen van je facilitaire plan breng je de plaats, personen en processen in kaart. De
verschillende personen in een organisatie kunnen om verschillende faciliteiten vragen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller amberkamphuis77. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.77. You're not tied to anything after your purchase.