geboorte van de placenta en verloskundige handgrepen
opnamegesprek en onderzoek
begeleiding in de ontsluitings en uitdrijvi
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Katholieke Hogeschool VIVES (VIVES)
Vroedkunde
Fysiologie Van De Baring
All documents for this subject (9)
Seller
Follow
Femkeschepens
Reviews received
Content preview
Fysiologie van de baring (Devriendt)
4 Methodiek van de normale baring
4.1 Verloskundig onderzoek
4.1.1 Uitwendig onderzoek
Inspectie
- Inspectie = bekijken van de vrouw: alg, abdomen, genitalia, onderste ledematen, (borsten)
- Geen contra-indicaties
- Doel:
o Informatie krijgen over:
Type vrouw
Hygiënische toestand
Algemene gezondheidstoestand
Abdomen
Genitaliën
Onderste ledematen
- Techniek
- Aandacht voor privacy en comfort!
Palpatie
- Palpatie = betasten van het lichaam voor exploratie van de zwangere uterus
- Contra-indicaties: tijdens wee, bloedverlies, preterme arbeid
- Doel:
o Info inhoud uterus
Stappen:
1. Geïnformeerde vroedvrouw met warme handen
2. Toelating vragen om te palperen
3. Lege blaas in ontspannen houding, geïnformeerd
4. Cave: vena cavasyndroom! Ev. Handdoek onder rechterbil
5. 4 handgrepen van Leopold
4 handgrepen van Leopold:
- Eerste handgreep: face to face
o Beide handen omvatten de fundus
o Vorm en inhoud van de fundus
o Referentiepunten: Symfyse – Navel – Xyfoid
o Fundushoogte:
Aantal zwangerschapsweken – 4 cm = verwachte fundushoogte
Meten van de fundus tot bovenrand symfyse met lintmeter
Positieve discongruentie = omvang uterus > 2 – 4 weken afwijking van wat
verwacht wordt
Negatieve discongruentie => opsporing IUGR door uteroplacentaire
insufficiëntie
Opgelet: meetfouten bij zwaarlijvige parturiënten
1
, - Tweede handgreep: face to face
o Afwisselend met beide handen het corpus uteri aftasten
o 1 hand onderzoekt, andere lichte tegendruk
o Plaats van de rug van het kind: zijde met meeste weerstand
o Meeste baby’s liggen rug links voor
o Bij deflexie: meeste weerstand aan de kant van de kleine delen
o Moeder voelt meeste bewegingen aan de kant van de kleine delen => navragen
o Ev. Handgreep van Ahlfeld
o ! Kleine delen langs beide kanten => achterste plaatsing
- Derde handgreep: face to face – knieën parturiënte opgetrokken
o 1 hand: duim + vier vingers omvatten voorliggend deel
o Voorliggend deel?
o Hard, bolrond = hoofd
o Ballotteren = niet ingedaald
- Vierde handgreep: rug naar parturiënte
o Vingertoppen onder lichte druk in de diepte schuiven (pijnlijk)
o Graad van indaling bepalen (bbbi – bibi –vibi)
Algemene opmerkingen bij palpatie:
- Niet aanraken maar bewust en goed onderzoeken
- Nooit te vroeg conclusies trekken
- Een caput is ingedaald als de BPD door het vlak van BI heen is, dus op Hodge 3.
- Oorzaken van niet indalen: slechte weeën, cefalopelvis disproportie, verkeerde houding van
het kind
- Bij plaatsbepaling: parturiënte is zelf uitgangspunt: rug links voor = linkerkant van de
vrouw en niet van de vrvr!
Percussie:
- Percussie = bekloppen van een lichaamsstreek
- Niet systematisch uitgevoerd
- Differentiële diagnose: ascites en zwangerschap, begrenzing uterus (obesitas)
- Doffe klank = vol orgaan vb. uterus
- Techniek
Auscultatie:
- Auscultatie = beluisteren van de foetale harttonen (FHT)
- Doppler (terugkaatsing van ultragolfgeluiden, vanaf 11-12 wkn) of CTG vanaf 24 weken
- Hoorbuis of stethoscoop vanaf 20–24 weken
Indicaties (Wanneer luister je naar de foetale harttonen?):
- Bij opname (bewijs van foetaal welzijn)
- Regelmatig om de 15 tot 20 min. (min om het kwartier, max halfuur)
- SRM (na)
- ARM (voor en na)
- Medicatie, pijnstilling (voor en na)
- Pathologie en foetaal lijden: continu CTG
2
, - Uitdrijving: na elke wee of ev. continue (high risk)
Contra-indicaties:
- Intra uteriene vruchtdood (MIU)
- Interruptie
- Preterme arbeid: niet continu registreren van FHT
Doel auscultatie:
- Toestand van de foetus beoordelen
o Frequentie: 110 – 150 sl/min
o Bradycardie: < 110 sl/’ of afname van > 40 sl/min gedurende > 5 min.
o Tachycardie: langer dan 10 min 150 sl/min of hoger
o Variabiliteit: 5-15 sl/min
- Eenling, meerlingen, ligging, indaling?
- Ouders informeren
Hoorbuis:
- Rugkant baby bij flexie
- Thorax baby bij deflexie
- Techniek: demo
- Plaats: hoofd / stuit.
- -> Verplaatsen bij indaling (p 161)
- -> Bij uitdrijvingsfase: FHT best hoorbaar boven symfyse (p 162)
- Bij twijfel: moederlijke pols tellen
Doppler en CTG:
- Eerst handgrepen van Leopold (houding part)
- (Elastische riemen klaarleggen onder part)
- Contactgel op kop tachymeter
- Toestel aanschakelen
- Tachymeter op punt van max intensiteit
- FHT meten
- Ouders laten meeluisteren + info geven
- Opruimen en rapporteren
4.1.2 Inwendig onderzoek
- Inwendig onderzoek kan vaginaal of rectaal uitgevoerd worden (VT – RT)
- VT = d.m.v. wijs- en middelvinger vaginaal ter exploratie van het verloskundig gebeuren
- Vrije hand ondersteunt de fundus uteri
VT indicaties:
- Enkel op indicatie: cave infectie + onaangenaam
- Bij opname: begintoucher
- Evaluatie baringsproces
- SRM of ARM
- Voor sedatie/pijnstilling
- Persdrang (voelt dat ze moet overgeven of naar het toilet moet)
3
, - Tekens van foetaal lijden
VT contra-indicaties:
- Bloedverlies ( wel bij tekenen zoals bv. slijmerig bloedverlies)
- Preterme weeën
- Preterm gebroken vliezen
VT doel:
- Info verkrijgen over POVASI
- Bekken
- Pathologie
- Reacties parturiënte
POVASI:
- Portio:
o Verstrijken: van 3-4 cm naar enkele mm
o = in cm overblijvende lengte
o Vorm: verschil nulli- en multipara
o Consistentie: stug-halfweek-week of soepel
o Lokalisatie: sacraal-centraal-ventraal-lateraal
o Verstreken cervix = geen volledige OSL!
- Ontsluiting:
o Meten met gespreide vingers en in cm uitdrukken
o Cervix omcirkelen, ostium internum = OK
o Cave preterme partus: mogelijk voor totale OSL (6cm)
o 1 cm rondom = 8cm
o Boordje V-L-R = 9 cm (boordje vooraan of aan de zijkanten) niet rondom
o 0-7 versus 7-10 (aftrekken)
o OSL ostium uteri internum = OSL cervix
o Bij een volledige ontsluiting altijd slijmerig bloedverlies!!
o Inwendig onderzoek:
1cm = vingertop OSL
2cm = ruime vinger OSL
3cm = 2 vingers OSL
4cm = 2 losse vingers OSL
5cm = ruime 2 losse vingers OSL
6cm = ruime 5 cm
7cm = 1 vinger rondom cervix nog te voelen (aftrekken cm)
8cm = boordje rondom
9cm = boordje cervix boven, R, L
10cm = volledige ontsluiting cervix
o Ontsluiting: 0,5 cm per uur
- Vliezen:
o Bewaard of intact = glad aanvoelend
o Gebroken = ruw (haar, huidplooien)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Femkeschepens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $39.69. You're not tied to anything after your purchase.