De cijfers tussen haakjes verwijzen naar de randnummers uit het handboek: A. DE
BECKER, J. DEBIÈVRE, F. EGGERMONT en J. GORUS, Inleiding tot het recht, 10e
uitgave, Mechelen, Kluwer, 2013, 451p.
DEEL I. HET FENOMEEN RECHT
HOOFDSTUK I. HET BEGRIP RECHT
I.1. Inleiding (1-12)
Het begrip recht: men is er nog steeds niet in geslaagd om te definiëren wat
dit net is, recht hangt samen met nog andere factoren.
- Altijd verbonden met maatschappij, samenleving, staat (wij: Belgisch
recht)
o Is dus een product van de staat, maatschappij
o Niet van God, mensen maken recht, staat produceert recht
o Recht zal verschillen afhankelijk van o.a. de ontwikkelingsgraad
van een maatschappij
daardoor moeilijk om 1 definitie te geven
- Hangt ook samen met de politieke en sociale verhoudingen in de MY
o Juridische regels hebben te maken met de aanwezige partijen in
de regering,
BV: je hebt een heel ander beleid als GROEN! het goed
doet in de regering, dan wanneer de NVA populair is.
Heel ander debat
Andere rechtsregels
o Rechtsregels om beleid uit te tekenen
Recht is dus een product van machtsverhoudingen in MY
, 2
Definitie van recht (in West-Europese SL en VS):
Recht is een normensysteem (normen en regels) dat opgelegd is door de
overheid. Je hebt daar zelf niet in te kiezen, want overheid legt dit vast.
Daarnaast gaat de overheid deze normen ook handhaven; toezien of deze
wel worden nageleefd (bijvoorbeeld: alcoholcontrole). Daarna staat de
overheid in voor (eventueel) het sanctioneren (bijvoorbeeld een boete).
o BV: op kot heb je ook een normensysteem: afwas, wc-papier
o BV: in donker (=regel) controles, boetes (=sanctie)
Politieke organisatie, interne structuren bepalen definitie
I.2. Recht als geheel van bindende regels (13-30)
I.2.1. ALGEMEEN GELDENDE REGELS
Gelden voor iedereen, voor elk rechtssubject (= juridische persoonlijkheid,
drager van rechten en plichten). Er zijn ook rechtssubjecten die geen mensen
zijn, bv vennootschappen (Carrefour, KUL…).
I.2.1.1. Algemene gebodsbepalingen
Dit zijn verplichtingen: ze leggen je iets op, je moet iets doen. Algemene
gebodsbepalingen kunnen als positief of als negatief omschreven worden.
- Positief beschreven: je moet dat doen
o BV: ouders moeten voor kinderen goed zorgen, ook studies, kot
… betalen. Indien niet mogelijk zijn er nog andere
mogelijkheden (OCMW…)
o BV: arbeidscontract = werken, belastingen op betalen
- Negatief beschreven:
o Meest gekende VB hiervan is “schuldig verzuim” (art. 422bis,
SW). Dit is een bepaling in het SW die zegt dat je verplicht bent
hulp te verlenen aan personen in nood, indien je dit niet doet
(=verzuim) kan je worden gestraft
, 3
BV: voetbal op zondag, goede match, je bent aan het
winnen en tegenstander stuikt neer: je moet helpen
(hulpdiensten bellen)
BV: kindje met blauwe plekken bij dokter (huiselijk
geweld?), dokter moet hierover met patiënt in gesprek
gaan, indien dit later escaleert, kunnen zijn handelingen
in vraag gesteld worden moeilijkheden met
beroepsgeheim …
I.2.1.2. Algemene verbodsbepalingen
Hier is het verboden om bepaalde dingen te doen, voor elk rechtssubject. Het
gaat hier dus eigenlijk over: criminologie, strafrecht, misdrijven. Ons
strafrecht bestaat voornamelijk uit verbodsbepalingen. Je weet wat je
riskeert, de straf staat er bij.
- BV: verbod voor handelaars om te verkopen met verlies, behalve met
solden. geldt dus ook buiten het strafrecht
- BV: je mag in België geen huwelijk aangaan, zolang je vorige huwelijk
niet ontbonden is.
o Verschil, product van MY: in andere landen kan je wel meerdere
huwelijken tegelijkertijd hebben.
I.2.1.3. Verlofbepalingen
Dit zijn regels, algemeen geldend voor alle rechtssubjecten, die je iets
toelaten.
- Bv: eigendomsrecht in België (544 BW): zaken waarvan je eigenaar
bent, mag je mee doen wat je wil, je hebt hier de volledige
beschikking over
- Bv: als je zou trouwen, kan elk van de echtgenoten de echtscheiding
aanvragen
o Andere landen: soms is huwelijk oneindig en kan dit niet
ontbinden
, 4
I.2.1.4. Belovende regels
Dit zijn regels die je iets beloven, je kan iets krijgen.
- verwijst naar rechten in grondrecht
o Bv: recht op arbeid, is belofte van OH, wil zeggen dat OH een zo
goed mogelijk beleid gaat voeren om zoveel mogelijk
arbeidsplaatsen te creëren
o Bv: recht op behoorlijke huisvesting, recht op onderwijs …
I.2.2. REGELS TOEPASBAAR NA KEUZE
Dit zijn regels die enkel toepasbaar zijn na een keuze (: een bepaalde
activiteit).
- Er zijn veel meer regels dan enkel in wetboeken, veel meer recht
- Veel regels zullen enkel gelden als het rechtssubject bepaalde keuzes
gemaakt heeft
o Bv: als je bedrijf opricht, krijg je te maken met andere rechten
o Bv: adoptie, als je niet adopteert, krijg je hier niet mee te
maken
- Recht gaat er hier dan van uit van het recht dat mensen hebben om
bepaalde keuzes te maken, pas indien je die keuze maakt, komen die
regels.
I.2.3. WILSAANVULLENDE OF SUPPLETIEVE REGELS
Je kan dit zien als een soort reservebank van het recht (zoals reservebank in
voetbal, of de voorraadkamer in een winkel). Ieder rechtssubject heeft het
recht om bepaalde keuzes te maken.
- Afkomstig uit de tijd van Napoleon: hij woord regels maken voor veel
voorkomende feiten.
o BV: huwelijk, dood gaan – erven, huis verhuren…
- Het is eerst aan de burger om zelf zijn keuzes te maken, dan pas komt
recht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Studentrechten95. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.15. You're not tied to anything after your purchase.