100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Open vragen Huisvestingsmanagement $3.77   Add to cart

Exam (elaborations)

Open vragen Huisvestingsmanagement

 15 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Erg handige vragen per hoofdstuk!

Preview 2 out of 8  pages

  • January 22, 2022
  • 8
  • 2021/2022
  • Exam (elaborations)
  • Questions & answers
avatar-seller
Hoofdstuk 1
Leg uit waarom huisvesting kan worden beschouwd als een strategisch
bedrijfsmiddel dat structurele managementaandacht verdient.
Antwoord: Huisvesting is een strategisch bedrijfsmiddel vanwege de (potentiële) bijdrage
aan het uitvoeren van de organisatiestrategie, het kapitaalintensief karakter en de lange
planningshorizon. Structurele managementaandacht is nodig vanwege de hoge kosten,
baten en risico’s (paragraaf 1.1).

Waarom stellen organisaties verschillende eisen aan huisvestingsprestaties?
Antwoord: Omdat organisaties sterk verschillen qua primair proces en strategie
(subparagraaf 1.3.2).

Wat is het verschil tussen huisvestingsprestaties en toegevoegde waarden van
huisvesting?
Antwoord: Huisvestingsprestaties zijn objectief meetbaar en organisatie onafhankelijk (vast
te stellen door meten en benchmarken); of een bepaalde prestatie ook toegevoegde waarde
levert voor de organisatie is organisatiespecifiek (waarderen van de prestaties in relatie tot
de organisatiedoelen). Zie subparagraaf 1.3.3.


Hoofdstuk 2
Leg uit wat wordt verstaan onder de vraaganalyse en hoe deze tot stand komt.
Antwoord: De vraaganalyse heeft betrekking op de huisvestingsbehoeften van een
organisatie. Deze behoeften vloeien voort uit het primaire proces en de strategische doelen
en worden mede bepaald door de externe context c.q. allerlei externe ontwikkelingen
(subparagraaf 2.1.1, 2.1.2 en 2.1.3).

Wat betekent het begrip huisvestingsportefeuille en uit welke inhoudelijke
componenten bestaat zo’n portefeuille?
Antwoord: Een huisvestingsportefeuille omvat alle gebouwen/locaties die door een bepaalde
organisatie worden gebruikt (in eigendom en/of gehuurd). Componenten zijn
financieringsvormen, locaties, gebouwen, inrichting, gebruiksprincipes en gebouwgebonden
facilitaire diensten (subparagraaf 2.2.1; zie ook subparagraaf 5.1.2).

Wat is het verschil tussen technische levensduur en functionele levensduur?
Antwoord: De technische levensduur wordt bepaald door de technische staat van het
gebouw en eindigt als het gebouw technisch niet meer aan de eisen kan voldoen.
Invloedsfactoren zijn slijtage c.q. veroudering van bouwkundige elementen en het niveau
van onderhoud en renovatie. De functionele levensduur wordt bepaald door de functionele
prestaties, die op lange termijn afhankelijk zijn van de flexibiliteit om op veranderende
huisvestingsbehoeften in te kunnen spelen (subparagraaf 2.2.1).

Licht aan de hand van een (fictief) voorbeeld toe waarom het van belang is om in het
kader van de aanbodanalyse niet alleen de eigen huisvestingsportefeuille te
analyseren, maar ook externe ontwikkelingen.
Antwoord: Externe ontwikkelingen kunnen onder meer de waarde van het eigen vastgoed
beïnvloeden, nieuwe beleidsopties creëren en leiden tot nieuwe mogelijkheden om

, huisvestingsprestaties te verhogen (subparagraaf 2.2.2). Een voorbeeld is het op de markt
beschikbaar komen van een goedkoper en/of beter pand, waardoor het lonend kan zijn om
naar dit pand te verhuizen.

Stel, een hbo-opleiding wordt geherhuisvest in een leegstaand kantoorpand. Geef aan
welke stakeholders in deze situatie vooral relevant zijn en wat hun primaire belangen
zijn.
Antwoord:
- Gebruikers van de huisvesting zijn studenten en medewerkers (ook via
medezeggenschapsorganen) en het opleidingsmanagement. Belangen zijn onder
andere goede leer- en werkomstandigheden en zo min mogelijk verstoring van het
onderwijs en onderzoek door de verhuizing.
- Financiers van de organisatie zijn college van bestuur, raad van toezicht, banken.
Belangen zijn onder andere lage, beheersbare huisvestingskosten, positieve
waardeontwikkeling van het vastgoed en opbrengst van af te stoten locatie.
- Actoren in de omgeving zijn medewerkers en bezoekers van bedrijven en
omwonenden in de omgeving van het kantoorpand en de gemeente. Belangen zijn
onder andere geen overlast door bouwwerkzaamheden, geen parkeeroverlast, geen
overlast van studenten en inkomsten door bestedingen van studenten en
medewerkers in winkels en horeca in de omgeving. Zie paragraaf 2.3.


Hoofdstuk 3
Welke tekortkomingen kunnen in de praktijk resulteren in onvoldoende professioneel
huisvestingsmanagement, noem er vier?
Antwoord: Zie paragraaf 3.1:
- onvoldoende (gebundelde) informatie over de huisvestingsportefeuille
- ​onvoldoende inzicht in de potentiële toegevoegde waarde van huisvesting
- te korte planningshorizon
- focus op slechts een deel van de belangen
- focus op slechts een deel van de inhoudelijke aspecten
- onvoldoende grip op de vertaling van strategische visie naar operationele uitvoering.

Aan welke voorwaarden moet worden voldaan om effectief te kunnen sturen op
toegevoegde waarde van huisvesting?
Antwoord: Heldere huisvestingsdoelen, kennis van huisvestingsmanagement en de
gehuisveste organisatie, betrouwbare en valide data over de huisvestingsportefeuille,
multidisciplinaire samenwerking en zeggenschap en informatieverwerkende capaciteit
(paragraaf 3.2).

Waarom wordt het afstemmen van vraag en aanbod beschouwd als de centrale
activiteit binnen huisvestingsmanagement en waarom is die activiteit nooit ‘af’?
Antwoord: Een goede afstemming tussen vraag en aanbod is essentieel om optimaal
(effectief en efficiënt) gebruik te kunnen maken van de huisvesting. Afstemmen is een
continu proces en is nooit af omdat de vraag naar huisvesting dynamisch is (veranderende
huisvestingsbehoeften), terwijl het aanbod relatief statisch is en bovendien onderhevig is
aan veroudering (paragraaf 3.3).

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller makelaarsmeisje. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.77
  • (0)
  Add to cart