1. DE ERFELIJKE CODE EN DE WIJZE WAAROP
ZE WORDT DOORGEGEVEN
Zygote = de versmelting van twee voorplantingscellen → eicel en zaadcel
Differentiatie:
• De zygote zal zich telkens opnieuw delen → zo ontstaan er grotere hoeveelheid
dochtercellen
• In het begin van zijn alle dochtercellen gelijk aan elkaar → door verdere deling krijgen ze elk
een specifieke vorm en functie = differentiatie tot weefsel en organen
• Cellen van hetzelfde type (zenuwcel, spiercel, kliercel) verenigen zich en vormen samenhangende weefsels=
Organen
De erfelijke code
De informatie die nodig is om differentiatie mogelijk te maken, die in elke cel aanwezig is.
• Te vinden in kern van iedere cel
1. SITUERING IN DE CEL
• Kleinste cellen: kleine witte bloedcellen (0.003mm)
• Grootste: eicellen (0.2mm)
• In geïsoleerde toestand= bolvormig zicht / in natuurlijke weefselomgeving allerlei vormen
Componenten in een cel:
• Celmembraan: houdt het geheel samen, zorgt voor selectieve uitwisseling tussen het inwendige van
een cel en haar omgeving.
• Cytoplasma: hier spelen alle stofwisselingsprocessen van de cel zich af
• Nucleus/ celkern: bevat erfelijk materiaal
CELMEMBRAAN
• Dun vliesje: bestaat uit dubbele laag vetmoleculen/ fosfolipiden
• Daartussen grote klompen eiwitten.
• Vaak aan de buitenkant ook complex geheel suikermoleculen.
• Membraan kan allerlei in- en uitstulpingen bevatten. (naargelang de functies die cel moet vervullen)
1
,• Ionenkanaaltjes: buisvormige opening die door
eiwitten loopt, kunnen selectief geopend of
gesloten worden. (fungeert als poortwachter
bij de uitwisseling van stoffen doorheen
ionenkanaaltjes)
CYTOPLASMA
• Een soort geleiachtige stof
• Bevat moleculen die ! zijn voor
levensverrichtingen
Celsap bestaat uit:
• 80% water
• Organische stoffen (suikers, vetten, eiwitten,..)
• Anorganische stoffen (= mineralen)
• Andere stoffen in kleine concentraties
Orgaantjes/organellen
• Endoplasmatisch reticulum (glad-zonder ribosomen, ruw-met ribosomen)
transport voor chemische stoffen
• Microtubuli: kleine buisjes, kan soort skelet vormen zodat ze haar specifieke
vorm kan behouden
• Golgi-apparaat: deel van glad endo R. waar verpakking van producten plaats
vindt die door cel worden gemaakt
• Vacuolen: soort blaasje die diverse secretieproducten bevat
• Lysosomen: zakjes met enzymen die instaan voor afbraak van diverse stoffen
• Mitochondriën: energiecentrales, uitwendig en inwendig membraan
Uitwendig membraan: glad
Inwendig membraan: veel plooien
Hierdoor wordt oppervlak waarop metabolische processen kunnen plaatsvinden, uitgebreid
• Ribosomen: zetten erfelijke code om in soort eiwitten, bestaan uit 2 onderdelen
Klein en groter deel, kan van elkaar losgekoppeld worden om erfelijk materiaal te laten passeren
• Centriolen: speelt rol in celdeling, 2 cilindervormige bundeltjes microtubuli die loodrecht op elkaar
staan
DE NUCLEUS OF CELKERN
• 1/3 van het totale celvolume
• Bevat kernplasma (vloeistof)
• Omsloten door kernmembraan die tal van openingen (kernporiën) bevat
• Bij microscopisch onderzoek zie je dat celkern donkere, fijnkorrelige vlekken vertoont = kernkleurstof of
chromatine
• Chromatineraadjes bevatten erfelijk materiaal
• Soms nog een donkerde gekleurde vlek = kernlichaampje of nucleolus (speelt belangrijke rol in doorgeven
van erfelijke info vanuit celkern → cytoplasma)
• Wanneer cel zich klaarmaakt om te delen, verandert chromatine naar chromosomen
2
,UITZICHT VAN HET ERFELIJK MATERIAAL
ENKELVOUDIGE CHROMATINEDRAADJES
➔ Menselijke celkern 46 chromosomen
➔ Bestaan uit 2 componenten: erfelijk materiaal dat er uitziet als dun kettinkje en anderzijds klopjes eiwitten
waar kettinkje omheen gedraaid zit
OMVORMING TOT CHROMOSOMEN
➔ Als cel zich gaat delen, worden ze apart zichtbaar als 46 aparte chromosomen
➔ 2 parallelle groepjes vormen van telkens 23 verschillende exemplaren (1 groepje is afkomstig van de eicel
van de moeder, het andere van de zaadcel van de vader)
➔ = twee overeenkomstige of homologe chromosomen = chromosomen die geen identieke maar wel
eenzelfde soort info bevatten
➔ 44 van de 46 chromosomen die autosomaal zijn (geen verschil tussen geslacht)
➔ Vrouwelijke geslachtschromosoom: XX
➔ Mannelijke geslachtschromosoom: XY
CHROMOSOMENKAART OF KARYOGRAM
= overzicht van de geordende chromosomen van een individu
Rangschikking: lengte vd chromosomen, plaats vd centromeer (korte p-arm en lange q-arm) en bandpatronen
CHROMOSOMENFORMULE OF KARYOTYPE
= conventionele letter-en cijfercombinatie om iemands chromosomensamenstelling weer te geven
Bv 46, XX of 47, XY,+21
Het aantal chromosomen, de geslachtschromosomen en dan de eventuele afwijkingen
3
, DNA
(Deoxyribonucleic acid) (Desoxyribonucleïnezuur)
Een gen is dus een stukje DNA dat de nodige instructies
bevat om een bepaald eiwit te produceren
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller karenvanderbeke. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.