2.Crisishantering
1.Agressie
Agressie = destructief gedrag waarbij iemand met woorden/daden het psychische, fysieke of
seksuele van iemand anders/zichzelf overschrijdt of schade toebrengt aan materiaal.
- Niet altijd negatief, maar ook positief:
o Drijfveer/kracht of opkomen voor jezelf (vb. sport)
▪ Manier waarop = belangrijk!
Geweld = met doel voor ogen en bewust reageren om schade aan te brengen.
1.Uitingsvormen van agressie
Uitingsvormen = uiten van agressie.
2.Bronnen van agressie
Bronnen = uit wat de agressie voorkomt.
1. Frustratieagressie = agressie ten gevolge van frustratie.
o Kenmerken: agressie – reactie niet in verhouding, echte emoties geuit,
zelfbeheersing kwijt,…
o Aanpak: emoties verbruiken energie, actief luisteren, erkenning geven
2. Instrumentele agressie = agressie om doel te bereiken.
o Kenmerken: doelgericht, bewust, dreigementen,…
o Aanpak: denken eigen veiligheid, duidelijke communicatie, blijf rustig
3. Agressie van machtsverhoudingen = agressie met machtsverschillen. (vb. mama-kind)
o Kenmerken: geen schuldbesef, machtsverschil, opbouwende agressie,…
o Aanpak: kunnen over praten, weerbaarheid slachtoffer belangrijk
4. Agressie ten gevolge van psychische stoornissen, ziektes of middelmisbruik
o Kenmerken: voorgeschiedenis, geen logische reden,…
2.Weerbaarheid
Weerbaar zijn = iemand komt op voor eigen wensen, grenzen en behoeften en houdt rekening met
wensen en grenzen van de ander.
Veerkracht = vermogen om je aan te passen aan stress en tegenslag.
1.Kenmerken weerbaar zijn
- Sneller reageren op grensoverschrijdend gedrag
- Eigen grenzen aanvoelen/aangeven
- Langdurig proces
- Respect voor jezelf/de ander
1
,2.Basisvoorwaarden
1.Zelfbeeld
Zelfbeeld = het beeld/ idee dat je van jezelf hebt.
- Binnen- en buitenkant
- Mede bepaald door: klimaat, acceptatie, waardering van andere, gender,…
- Verbeteren: succeservaringen, cliënt positief aanmoedigen
2.Eigenwaarde
Eigenwaarde = gevoelsmatige beoordeling van wie je zelf bent, waardering over jezelf.
- Bouwstenen eigenwaarde:
o Onvoorwaardelijke acceptatie
o Jezelf waarderen
o Inzicht eigen geschiedenis (vb. levenslijn)
o Wees mild (vb. examen slecht: lomp, stom)
- Hoe meer snelle stoefers, hoe hoger eigenwaarden.
o Gevoel eigenwaarde:
▪ Hoger gevoel: actiever, durven mening zeggen,…
▪ Middelmatig gevoel: opzoek naar bevestiging,…
▪ Laag gevoel: geïsoleerder, laten beïnvloeden door andere, meer angst,…
- Verbeteren: mild voor jezelf, jezelf complimenten geven
3.Grenzen voelen en grenzen kennen
Grens = moment waarop je iets wat oké/niet erg, overgaat in niet meer oké/wel erg.
- Kenmerken grens overschreden:
o Lichamelijke gewaarwordingen (vb. trillen van spieren, hart kloppingen,…)
o Gevoelens (vb. kwaad, irritatie, angst,…)
o Gedachten
▪ Die grens weergeven (vb. ik wil dit niet, ik loop weg)
▪ Die signalen rationaliseren (vb. zij kan er niets aan doen)
▪ Eigen beoordelingsvermogen in twijfel (vb. ik zie weer spoken)
o Gedragingen
▪ Grens weergeeft (vb. boos gezicht trekken)
▪ Spanning afreageren (vb. neus friemelen, ogen draaien)
- Verbeteren: opkomen voor jouw grenzen
Grenzen verschuiven = opkomen voor jouw grenzen.
4.Vanuit kracht en kwetsbaarheid tot actie komen
Kracht en kwetsbaarheid = dak van zelfbeeld, eigenwaarde, kennis grenzen. → zelf kiezen wie je in
het huis laat
- Je bent weerbaar: sterk + kwetsbaar + verantwoordelijk zelf in handen nemen
2
, 3.Preventief werken
Preventie = acties die gericht zijn op creëren van optimale/veilige leefomgeving en minimaliseren
van risicofactoren.
Beïnvloedende beschermende- en risicofactoren
1.Kindfactoren
Kinderen leren gevoelens onderdrukken → moeilijk taal geven aan gevoelens
1. Normale ontwikkeling agressie
o -6j: opkomen voor jezelf
o +6j: zelf greep krijgen op wat je overkomt
2. Regulatie: prikkelbaar
3. Persoonlijkheid (vb. temperament, karakter,…)
o Zelfbeeld
o Zelfcontrole
o Zelfhandhaving = omgang verschillende situaties.
o Zelfbepaling
o Temperament
4. Socialisatie
o Sociaal-cognitief tekort = beperkte waarneming/interpretatie van gevoelens,
gedachten en gedragingen.
o Intelligentie
o Gender (vb. jongens – meisjes)
Orthopedagogische begeleider voldoende oog voor agressief gedrag.
2.Ouderfactoren
1. Hechting (vb. positief/veilige hechting)
2. Opvoedingsstijl: autoritaire opvoedingsstijl is de beste
3. Beschikbaarheid ouders
1. Opvoeding en (fysieke) straffen
o Pedagogische tik?
2. Maatschappelijke diversiteit
o Afhankelijk van cultuur
3. Context als (stabiele) factor
o Gezin (1e milieu)
o Buurt, school, peergroup (2e milieu)
o Maatschappij (3e milieu)
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yenthemaes2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.92. You're not tied to anything after your purchase.