De overheid heeft ultieme beslissingsbevoegdheid op het grondgebied van de staat en is
daarmee de enige die wetgeving en regelgeving kan op opstellen, de overheid heeft dus
staatssoevereiniteit. De macht kan worden beperkt op twee manieren, vrijwillig worden
overgedragen of onvrijwillig worden beperkt.
Als de macht vrijwillig wordt overgedragen dan kan een gedeelte van de macht naar een
internationale organisatie gaan. De staat accepteert daarmee dat er een andere macht hoger
is dan zij zelf op het grondgebied.
De soevereiniteit kan ook onvrijwillig uit handen worden genomen als er bijvoorbeeld een
ander land de macht in een staat overneemt. Daarbij wordt de soevereiniteit van de
oorspronkelijke regering beperkt en de overheersende staat neemt de beslissingen vanaf dat
moment.
Staten zijn onafhankelijk van elkaar, interdependentie. Maar staten kunnen niet alles zelf
regelen daarvoor richten ze internationale organisaties op die dingen op internationaal niveau
regelen. Dit zijn eigenlijk een soort van internationale overheden, je spreekt dus over
intergouvernementele organisaties. Een besluit van zo’n organisatie hoeft een staat niet over
te nemen. Er zijn wel een paar organisaties waar de staten hun soevereiniteit voor een “klein”
deel hebben afgestaan. Ze kunnen daar wel tegen hun wil aan een besluit worden gebonden.
De organisaties staan dus eigenlijk over bepaalde onderwerpen boven de staat, dit wordt
supernationaal genoemd. Een voorbeeld hiervan is de EU, als daar een besluit wordt genomen
geldt het in de gehele EU. De lidstaten zijn wel betrokken bij de besluitvorming, maar er is
meestal wel een gekwalificeerde meerderheid.
Niet alleen een groep landen maar ook een groep personen kunnen een internationale
organisatie oprichten. Een non-gouvernementele organisatie, ook wel ngo genoemd, is
onafhankelijk van landen en heeft vaak een ideële doelstelling. Voorbeelden zijn artsen zonder
grenzen, het rode kruis en green peace. Ngo’s worden wel eens uitgenodigd bij internationale
vergaderingen maar hebben dan geen stemrecht maar een adviserende rol.
Figuur 1.1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kevinloilargosain. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.