100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting economie van de management wetenschappen $8.57
Add to cart

Summary

Samenvatting economie van de management wetenschappen

 27 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting Economie van de Management wetenschappen. Volledig uitgewerkt met voorbeelden in 26 pagina's!

Preview 3 out of 26  pages

  • January 24, 2022
  • 26
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Economie van de managementwetenschappen
https://pressbooks.bccampus.ca/uvicecon103/
https://www.core-econ.org/the-economy/
College 1
Macro-economie  Houdt zich bezig met hoe de economie zich gedraagt (denk aan inflatie,
prijsniveaus, groeitempo, nationaal inkomen, werkloosheid ed.)
Micro-economie  Houdt zich bezig met individuele beslissingen.
Schaarste  De menselijke behoefte aan goederen, diensten en middelen is groter dan wat er
beschikbaar is.

3 voordelen van specialisatie:
1. Wanneer iemand zich specialiseert in een bepaald gebied, zullen ze beter worden in dit
specifieke onderdeel.
2. Werknemers die zich specialiseren zullen sneller te werk kunnen gaan dan mensen die zich
niet specialiseren.
3. Specialisatie stelt bedrijven in staat te profiteren van schaalvoordelen, wat betekent dat
voor

Expliciete kosten Impliciete kosten Verzonken
Betekenis Kosten die een uitstroom van De kosten waarbij geen Kosten die, ongeacht wat,
contanten met zich geld wordt uitgegeven. niet kunnen worden
meebrengen vanwege het teruggevorderd. Daarom
gebruik van mag het geen invloed
productiefactoren. hebben op toekomstige
besluitvorming.
Ze beïnvloeden onze
emoties, voelt als verlies.
(zie voorbeeld)
Wat moet je ervoor betalen? Wat moet je ervoor Ook wel sunk costs
opgeven?
Voorbeeld Salarissen, huur, advertenties, Rente op het kapitaal van Een concertkaartje,
lonen, etc. de eigenaar, salaris aan de tegoedbonnen etc.
eigenaar, tijd,
opofferingskosten etc.

Voorbeeld verzonken kosten:
Je hebt een kaartje gekocht voor een theatervoorstelling, je kan je geld niet meer terugkrijgen. Echter
heb je er die dag zelf geen zin in. Je emotie zegt dat je moet gaan omdat het anders ‘zonde’ is. Op het
moment dat je wel naar de voorstelling gaat heb je en kosten gemaakt voor het kaartje en je doet iets
waar je geen zin in hebt, dubbel negatief. Dus  niet gaan.

Sunk costs fallacy -> Onterecht rekening houden met verzonken kosten bij besluitvorming.

Economische interactie zijn bijna alle interacties die tussen mensen en bedrijven afspelen:
- Contracten  Hier speelt geld zichtbaar een rol.
- Vrijwillig oppassen op kind  Dit bespaard geld, geld is hier niet zichtbaar.

Individuele eigendomsrechten zorgde voor een sterke economische groei.
De economie is de optelsom van alle individuele keuzes van personen en bedrijven.
Overheden gebruiken wetten en prikkels om deze keuzes mogelijk te maken en te beïnvloeden
(subsidies ed.).

,Rationeel – Alles keuzes op een rijtje zetten om deze allemaal te verwerken.
Optimaliserend – De keuze maken die het meeste oplevert.
Echter werken mensen niet altijd volkomen rationeel:
- Bounded rationalist  Te veel info om alles op een rijtje te zetten. Alleen bevestigende
informatie wordt gelezen.
- Cognitieve biases  Veel denkfouten in onze hersenen waardoor we niet slimme keuzes
maken.

De behoeften zijn oneindig, echter zijn de middelen beperkt (voornamelijk tijd en geld). Hierdoor
ontstaat er competitie.
Het is goed als de hoogste bieder een bepaald product krijgt. Dit persoon zal er blijer mee zijn dus is
er meer welvaart. Dit geldt zolang er geen sprake is van ongelijkheid.

Opofferingskosten (opportunity costs)  Kosten die jij koppelt aan je tweede keuze
‘There is no such thing as a free lunch’  Je had deze tijd bijvoorbeeld ook kunnen gaan werken.
= De nettowaarde van je tweede keuze
Voorbeeld opofferingskosten:
- Ga je in de supermarkt langs de informatie balie om geld terug te krijgen? Die tijd kost
geld.
- ‘Voor die prijs kon ik het zelf ook maken’
o De ingrediënten van een brood zijn aanzienlijk goedkoper dan een brood in de
supermarkt. Echter ben je wel veel tijd kwijt aan het maken van een brood, deze
tijd had je ook kunnen werken.

Marginale opbrengst (MO)  Wat levert een extra product op?
Marginale kosten (MK)  Wat zijn de kosten van een extra product?
Meest efficiëntste punt  MO=MK of het punt wat hier het dichts bij licht zolang MO>MK.

Economic rent  Verschil tussen de waarde die jij ergens voor over hebt en de waarde wat het
daadwerkelijk kost.
Voorbeeld economic rent:
Je hebt een kaartje gekocht voor Adele voor $50 (niet door te verkopen). Je zou $60 voor Adele
overhebben. Rihanna geeft op dezelfde avond een concert. Een kaartje voor Rihanna kost $60. Je
bent bereid maximaal $80 te betalen voor het concert van Rihanna.
Economic rent:
Rihanna  $10 (80-60=20-10=10)
Opportunity Costs  De nettowaarde van je tweede keuze
Nettowaarde = de waarde van de tweede keuze – de kosten van de tweede keuze
Opofferingskosten = De kosten die je maakt omdat je iets anders gaat doen
Voorbeeld opportunity costs/opofferingskosten:
Je hebt een gratis kaartje gewonnen voor een concert van Adele. Rihanna heeft ook een concert.
Een kaartje voor Rihanna kost $60, en je hebt er $80 voor over.
Opofferingskosten  $20

Economische kosten  expliciete en impliciete kosten samen
Economic rent  Verschil tussen de waarde en de economische kosten
Marginale analyse  Kijken hoeveel een extra product oplevert en kost. Opzoek naar de optimale
keuze

, College 2
Markteconomie – Een economie waarbij vraag en aanbod de markt bepalen.
Onzichtbare hand – Als iedereen zijn eigen belang nastreeft dan zal de gemiddelde welvaart ook
toenemen.
Prikkels om goed gedrag te stimuleren en slecht gedrag te demotiveren:
Dit wordt gedaan bij producten waar slechte externe effecten vrijkomen voor de samenleving
waar een individu zelf geen last van heeft. (Sigaretten zijn slecht voor je, hierdoor zal de
samenleving meer belasting moeten betalen voor de gezondheid zorg: dus accijns)
- Accijns
- Subsidies
- Prijzen
- Nudging  Onbewust mensen beïnvloeden zonder dat geld aanwezig is (Holle bolle Gijs)
- Bonussen  Zonder bonussen daalt de productiviteit van mensen.

Unintended consequences  Er worden prikkels ingezet, echter wordt het tegenovergestelde doel
bereikt.
Voorbeeld unintended consequences:
Bij een kinderopvang werden de kinderen vaak te laat opgehaald, de opvang stelde hiervoor een
boete in. De ouders die eerst schuld ervaarde kregen nu het gevoel dat ze deze schuld konden
afkopen door middel van een boete waardoor zei nu ook hun kinderen later gaan ophalen.
(Opofferingskosten zijn hoger) Hierdoor werden er meer kinderen later opgehaald.

De grootte van de economie wordt gemeten via het Bruto Binnenlands Product (BBP)
= De optelsom van alle inkomens/alle productie in een bepaalde periode
= Optelsom van alle toegevoegde waardes
Potentiele BBP  De best mogelijke situatie die zich zou doen als iedereen zou werken.
De economische groei wordt gemeten door het BBP per hoofd/capita. Nadelen:
- Geluk wordt niet mee genomen
- Het gaat maar over een jaar
- Koopkracht in landen verscheelt
- Informele sector telt niet mee

Productiviteit  De waarde per input.
De productiviteit zal toenemen op het moment dat er privaat eigendom is. Materiele en immateriële
kapitaalgoederen moeten worden beschermd om hiervoor te zorgen.
 Op het moment dat mensen zomaar films illegaal downloaden, dan zal een filmproducent
niet veel tijd, geld en energie in een nieuwe film steken.

Autarkie  Situatie zonder handel.
Mercantilisme  Als je exporteert word je rijk, als je importeert word je arm.

Production possibilities frontier  Hoeveel kan een actor produceren? Dit is een model met twee
actoren en twee producten.
1. Constante ‘opportunity costs’
2. Toenemende ‘opportunity costs’  hier is sprake van specialisatie, hierdoor worden de
opofferingskosten voor het andere product hoger.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maxmasselink. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.57. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50843 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.57  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added