Paragraaf 1: Manchester van industrie naar hightech.
Manchester is nu de sportstad en muziekstad van Groot- Brittannië. Maar in de negentiende eeuw
draaide het om textielindustrie.
In de loop van de achttiende eeuw begon de industriële industrie dat is de omschakeling van
handwerk naar productie met (stoom) machines. Alle textielfabrieken stonden vlakbij
steenkoolvelden. De vindplaats van steenkool en de transportkosten waren de belangrijkste
locatiefactoren. Het productiemiddel steenkool was nodig als brandstof voor de stoommachines in
de fabrieken.
Die locatiefactoren zijn inmiddels veranderd. Steenkool maakte plaats voor elektrische-energie en
andere landen namen de textielindustrie over. Dat kwam door de goedkope arbeid in
lagelonenlanden, door die verandering bellande manchester na 1970 in een diepe crisis. Manchester
is door de omschakeling naar de dienstensector weer een moderne stad geworden. Hightech en
wetenschap zijn nu speerpunten. Daarnaast is er ook heel veel stedelijke vernieuwing
Veel hightechbedrijven zijn grote kennisintensieve multinationale ondernemingen. Ze investeren
veel in onderzoek en ontwikkeling en hebben hiervoor hooggeschoolde werknemers nodig.
Hightechbedrijven zijn footloose. Ze kunnen zich overal vestigen. Toch vestigen ze zich meestal bij
elkaar. Dat heeft de volgende redenen. Veel samenwerkingen tussen overheid wetenschap en
bedrijven. Dat noem je agglomeratievoordelen. Goede infrastructuur en een geode leefomgeving
zijn belangrijke locatiefactoren.
Paragraaf 2: Verschuivende grenzen in Europa.
De grenzen van een staat zijn onaantastbaar, toch veranderen ze vaak door oorlog. Voor de
inwoners zijn de gevolgen ingrijpend.
In 1902 heette Lviv Lemberg. Het was een belangrijke stad in het oosten van het Oostenrijks-
Habsburgse keizerrijk. Er woonden verschillende volken die elk hun eigen cultuur hadden. Lemberg
was een kruispunt waar volkeren elkaar ontmoeten; daardoor has de stad steeds andere
machthebbers. Na de eerste wereldoorlog lag het in Polen, in de tweede wereldoorlog was het in
Duitse handen, daarna lag het in de Sovjet-Unie. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie was het
onderdeel van de zelfstandige staat Oekraïne. In de bebouwing van de stad zie je veel verschillende
culturen door de vele machthebbers
1900: Wroclaw (Duits Breslau) een van de grootste steden van Duitsland. Na de tweede
wereldoorlog lag de stad in puin en woonde er nog maar 170.000 mensen. Na 1945 Wroclaw: deel
van de staat Polen; alle Duitsers naar Duitsland; voor hen in de plaats mensen die waren verdreven
uit de gebieden die Rusland had ingenomen zoals Lviv.
Lviv en Wroclaw zijn voorbeelden van de ingrijpen die verschuivende grenzen kunnen hebben, waar
grenzen verschuiven komen volken in verdrukking. Verschuivende grenzen komen vooral voor in
Oost-Europa.
Paragraaf 3: Oost-Europa: ontwikkeling en migratie.
Na de Tweede wereldoorlog was Europa verdeeld in het kapitalistische West-Europa en het
communistische Oost-Europa (het Oostblok). In Oost-Europa waren de meeste landen onder invloed
Sovjet-Unie. De grens tussen Oost- en West-Europa was vrijwel gesloten (IJzeren gordijn) er was
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller floorjansen3. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.19. You're not tied to anything after your purchase.