3. LIPIDEN EN MEMBRANEN ................................................................................................... 12
4. KOOLHYDRATEN EN ENERGIEWINNING ............................................................................... 16
5. ENERGIEWINNING EN NUCLEÏNEZUREN .............................................................................. 21
6. DNA REPLICATIE, TRANSCRIPTE EN TRANSLATIE .................................................................. 26
1
,1. Algemene biochemie & eiwitten
Hoofdstuk 1: Moleculaire samenstelling en opbouw van het menselijk lichaam
• Biologie: leer van het leven -> bestudeert leven
• Chemie: leer van de elementen en de verbindingen waaruit stoffen bestaan -> bestudeert
chemische processen
• Combinatie: biochemie -> verschijnselen in levende organismen kunnen worden verklaard
door scheikundige processen
Voorbeelden:
• Spiersamentrekking: vormverandering in eiwitten
• Spijsvertering: splitsingsreacties
• Tandcariës: oplossen van calciumfosfaatzouten
• Parodontitis: afbraak van bindweefsel eiwitten
• Impulsgeleiding zenuwen: transport van ionen
Kenmerken leven
• Leven: oneindig veel variatie -> zelfs in kokend water vulkanische geisers en ijskoude
poolzeeën
• Organisme: eenheid van leven
- opgebouwd uit levenloze moleculen
• Leven:
- hoge mate van ordening,
- zelf in stand houden van die ordening + uitbreiding door groei en voortplanting, dit
vraagt stofwisseling/ metabolisme (proces van omzetten van moleculen)
• Doodgaan:
- metabolisme is ontregeld en loopt vast
- Oorzaken: ontregeling door bv ziekte of vergiftiging en tekort aan bouwstenen of energie
(uithongering)
• Organismen zijn opgebouwd uit cellen (kleinste eenheid van leven)
• Prokaryotische cellen (eencellige organismen, bv bacteriën) : alle functies in een cel
- Membraan maakt scheiding met buitenwereld
- Erfelijke informatie los in de cel
• Eukaryotische cellen: aparte ruimtes waarin verschillende chemische reacties onder
verschillende omstandigheden kunnen plaatsvinden
- Celorganen of organellen: ruimtes omringd door membranen
• Kern: organel dat alle erfelijke informatie voor de cel bevat (karyon= kern, eu= echt)
Elementen
• Moleculen: opgebouwd uit atomen
- >100 verschillende atomen (aantal protonen= atoomnummer)
Protonen en neutronen vormen de kern van een atoom
Protonen is positief
Elektron is negatief
- Element: stof die bestaat uit één type atoom
• Levende organismen: ca. 60 elementen -> 22 essentieel voor leven
- Belangrijkste elementen mens: waterstof, zuurstof, koolstof en stikstof (vormen ca. 95% van
cel gewicht)
2
, • Soorten elementen:
- Bio- elementen: elementen die bestanddeel uitmaken van levende organismen
- Mineralen: aanwezig als geladen ionen
- Sporenelementen: mineralen die in zeer kleine hoeveelheid aanwezig zijn (<0,1
gewichtsprocent)
Sporenelementen
• Sporenelementen: ondanks lage concentratie erg belangrijk
• Te weinig ijzer -> bloedarmoede
• Te weinig jodium -> onderdeel schildklier hormoon -> opzwellen schildklier (struma)
Bouwstenen en bio- polymeren
• Elementen vormen bouwstenen van grotere moleculen
• Biomolecuul: molecuul dat van nature voorkomt in een organisme en gevormd kan worden
door organismen
- Polymeren: opgebouwd als keten van bouwstenen met min of meer dezelfde structuur
- Bouwstenen van complexere structuren (bv organellen)
• Vier typen bio- polymeren:
- Eiwitten
- Koolhydraten (suikers/ polysachariden)
- Lipiden/ vetten
- Nucleïnezuren (DNA of RNA)
• Eiwitten:
- Opgebouwd uit aminozuren
- Bouwstenen organisme
- Werkpaarden: regelen chemische reactie in lichaam
• Lipiden/ vetten:
- Opgebouwd uit glycerol en vetzuren
- Bouwstenen van membranen
- Reservestof
• Nucleïnezuren (DNA of RNA)
- Opgebouwd uit mono nucleotiden
- Opslag erfelijke informatie
Organellen
• Celkern/ nucleus: opslag van DNA in de vorm van chromosomen
• Mitochondriën: energiecentrale
• Lysosomen: afbraak van stoffen
• Endoplasmatisch reticulum: transport en bewerking van secretie- eiwitten/ betrokken bij
stofwisselingsprocessen (bv. cholesterol en lipidenaanmaak)
Oorzaak verschil tussen cellen
• Nageslacht lijkt op ouders -> erfelijke informatie wordt doorgegeven
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller loesjedj9. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.95. You're not tied to anything after your purchase.