100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Uitgewerkte leerdoelen bestuursprocesrecht $4.31
Add to cart

Summary

Samenvatting Uitgewerkte leerdoelen bestuursprocesrecht

 26 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Voor het vak bestuursprocesrecht heb ik de leerdoelen volledig uitgewerkt. Dit vak heb ik met een voldoende afgerond.

Preview 3 out of 24  pages

  • January 27, 2022
  • 24
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Leerdoelen- Bestuursprocesrecht
week 1
Voorbeelden van bestuursactiviteiten op verschillende bestuursniveaus en het
verband tussen deze activiteiten, het algemeen belang en het bestuursrecht
beschrijven.

Verschillende bestuursniveaus:
- Het rijk ( Centraal)
- Provincie (Decentraal)
- Gemeente/Waterschappen (Decentraal)

Uitvoerende (openbaar bestuur) en wetgevende macht:
Rijk
Uitvoerende macht = Regering (koning + ministers art. 42 GW)
Wetgevende macht = Staten-Generaal (1e en 2e kamer) + regering

Provincie → art. 123 GW
Uitvoerende macht = Gedeputeerde Staten art. 158 PW
Wetgevende macht = Commissaris van de Koning + Provinciale Staten

Gemeente → art. 123 GW
Uitvoerende macht = Burgemeester + College van B&W art. 34 lid 1 gemw.
Wetgevende macht = Gemeenteraad art. 6 gemw.

Algemeen belangdatgene wat in ieders belang is. Individuele belangen staan hier buiten.
Bijvoorbeeld: belasting betalen is niet in het belang van de burger, maar met dat geld worden
wel voor voorzieningen gezorgd voor burgers.
Bestuursrecht→ Het bestuursrecht is het recht dat de relaties tussen het bestuur en
burgers normeert (verticale houding)
Autonome partijen→ partijen die zelf beslissen wat ze doen binnen de wettelijke grenzen.
Autonomie → art. 124 lid 1 Gw (zelfstandig je huishouden regelen).
Je mag als lagere overheid je eigen regels maken.
Medebewind → art. 124 lid 2 Gw. Gemeenten en provincies moeten meewerken
aan de verwerkelijking van hetgeen dat op centraal niveau is geregeld en besloten.
Het rijk vordert medewerking van lagere overheden.
- toename van de bestuurswetgeving in de 20e eeuw reproduceren.
1800 → bijna geen bestuursrecht, omdat de Koning zelf besloot.
1900 → enkele bestuurswetten 1950 Explosieve groei bestuurswetgeving door:
 Groei bevolking
Dichter op elkaar wonen, betekent meer conflicten.
 Technische ontwikkelingen
Meer technologie betekent dat er meer regels ontstaan.
 Rampen en crises
Er gebeuren dingen en om dat voortaan te voorkomen, worden er nieuwe regels
gemaakt.
 Verzorgingsstaat Er moesten regels gemaakt worden bijvoorbeeld omtrent
uitkeringen en subsidies.
2014  Deregulering
Minder regels maken, door te privatiseren (overheidsbedrijven worden private bedrijven) Elke
regering zegt nu: “minder regels” (iedereen wil nu minder regels)
Dit is echter niet reëel voor de ontwikkeling van de samenleving.
Vanaf twintigste eeuw → is het bestuursrecht tot ontwikkeling gekomen.

,-Eis van wetmatigheid van bestuur omschrijven en in verband brengen met
bevoegdheden van het openbaar bestuur.

Hoe bestuurt het openbaar bestuur:
De overheid heeft bestuursbevoegdheden en zijn voortdurend aan de slag om voor de
burgers besluiten te nemen.
Overheid (monopolypositie) → bestuursbevoegdheid → burger
De overheid moet de volgende dingen in acht nemen bij het nemen van besluiten:

 Wetmatigheid van bestuur (legaliteitsbeginsel): als de overheid een beslissing
neemt die voor de burgers van belang is dan moet dat ergens in een wettelijke
regeling staan.
 Spelregels: De overheid moet zich houden aan een aantal spelregels als zij
besluiten nemen. Deze staan ook in de wet, namelijk in de Algemene Wet
Bestuursrecht (Awb).
Bv: de algemene beginselen van behoorlijk bestuur (Abbb) → het
gelijkheidsbeginsel.

 Rechtsbescherming: Wij (de burgers) worden beschermt in onze rechten tegen de
overheid (anders dan bij het privaatrecht).
Je kan namelijk niet kiezen naar welke overheid je gaat, want er is er maar één.
In de Awb is de rechtsbescherming geregeld → Hierin staat hoe je kan procederen
tegen de overheid

Bestuursbevoegdheden
-Het maken van regels (algemene regels)
-Bestuursbevoegdheid in individueel geval:
Vergunningsbevoegdheid
Ontheffingsbevoegdheid

Bronnen van het bestuursrecht
-Wet -en regelgeving
-Jurisprudentie
-Europees en internationaal recht
-Algemene beginselen van behoorlijk bestuur (abbb’s)

De student kan de verhouding benoemen tussen algemeen en bijzonder
bestuursrecht.
Bijzonder VS Algemeen Bestuursrecht
· Een bijzondere wet regelt niet meer dan een specifiek onderdeel van het algemeen
belang.

· Het algemeen bestuursrecht betreft de regels die voor alle delen van het bijzonder
bestuursrecht relevant zijn

Regelgeving bestuursrecht

1. Algemeen bestuursrecht
-AWB: alles wat in de Awb staat, hanteer je bij de bijzondere wetgeving
2. Bijzonder bestuursrecht
-Milieurecht
-Sociale Zekerheidsrecht
-Ruimtelijk bestuursrecht
-Belastingrecht etc.

,  Bijzonder wet gaat VÓÓR algemene wet.

Legaliteitsbeginsel :Ook wel “wetmatigheid van bestuur”  Overheidshandelen dient
grondslag te hebben in de wet
Specialiteitsbeginsel: die bevoegdheid moeten ze alleen maar gebruiken met het doel
waarvoor die wetgever die bevoegdheid aan het bestuursorgaan heeft gegeven.

- De student kan wettelijke regels in het algemeen en bijzonder bestuursrecht
opzoeken.
-Algemeen bestuursrecht  te vinden in Algemene Wet Bestuursrecht.
Regelt alles wat de bijzondere delen gemeenschappelijk hebben.
Staan onder andere de spelregels van procedures in beschreven, bijvoorbeeld binnen zes
weken bezwaar maken etc.

-Bijzonder bestuursrecht regelt een bepaald onderwerp uit de maatschappij.
Dat je een vergunning nodig hebt staat in het bijzonder bestuursrecht. Hoe de vergunning
eruitziet en welke termijnen er gelden voor een vergunning, staat in het algemeen
bestuursrecht.
Lex specialis = bijzonder bestuursrecht
Lex generalis = algemeen bestuursrecht

Indeling bestuursrechtelijke regelgeving
-Materieel en formeel bestuursrecht
Materieel gaat over de inhoud van de regels, formeel gaat over de handhaving van die regels
(procesrecht)

 Algemeen en bijzonder bestuursrecht
 Geschreven en ongeschreven recht
 Niveaus en regelgeving (P1)

Rijk: Grondwet , Wetten in formele zin ,Amvb’s ,Ministeriele verordeningen
Provincie: Provinciale verordening
Gemeente/waterschappen : Gemeentelijke verordeningen ,APV , Waterschapsverordening

 Hogere wetgeving gaat vóór lagere wanneer het in strijd is met elkaar over het zelfde
onderwerp.

- verschillen tussen het bestuursrecht en andere rechtsgebieden
Bestuursrecht  alles wat door de overheid geregeld moet worden
Strafrecht  gericht op het straffen van personen die strafbare feiten plegen
Privaatrecht  gaat om de verhouding tussen burgers onderling.

Week 2a
De student kan de relatie tussen burger en overheid karakteriseren.
Kenmerkend voor de rechtsverhouding tussen overheid en burger zijn eenzijdigheid
en discretie.
Eenzijdigheid van bestuursuitoefening Het bestuur stelt rechten en plichten van de
burger eenzijdig vast. Bij uitoefening van bestuursbevoegdheden is geen instemming van de
burger vereist (desnoods tegen de wil)

Discretie Bestuurlijke vrijheid. Een bestuursorgaan heeft vrijheid in zijn uitvoering. Er is
vrijheid toegerekend om in specifieke gevallen naar eigen inzicht een besluit te nemen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Marotikranian. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.31  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added