100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Genregulatie $4.24
Add to cart

Summary

Samenvatting Genregulatie

 37 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting voor het vak Genregulatie. Achter de onderwerpen staan de bijbehorende paragrafen uit het boek Molecular Biology of the Cell.

Preview 2 out of 14  pages

  • No
  • .
  • January 29, 2022
  • 14
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting genregulatie

DNA structuur blz. 175-179

 Antiparallel = de polariteit van de ene streng is tegenovergesteld georiënteerd aan die van de
andere streng (3’ tegenover 5’).
 Chromatine = nucleair DNA + DNA bindende eiwitten (histonen en non-histon chromosomale
eiwitten).
 Nucleosoom = klein stuk DNA gewikkeld om histonen + linker DNA (= DNA tussen de
nucleosomen).
o Bestaat uit 8 histon eiwitten  histon octameer
 H2A (2x)
 H2B (2x)
 H3 (2x)
 H4 (2x)
o Tussen DNA en histonen zitten H-bruggen, hydrofobe interacties en zoutbruggen.
o Histonen zijn positief geladen.
o Histon H1 (linker histon): bindt aan DNA en histon core om DNA strakker rondom de
core op te vouwen.
 Epigenetische overving = chromatine structuur van moedercel wordt doorgegeven aan de
dochtercellen.
o Epigenetica = omkeerbare verandering die is aangebracht op DNA.
 Heterochromatine = zeer gecondenseerd DNA  geen transcriptie
o Vooral rond centromeer en telomeer
 Euchromatine = minder gecondenseerd DNA  transcriptie
 Barrier sequences = DNA sequenties die de grens tussen hetero- en euchromatine aangeven
en ze van elkaar scheiden.
o Houden verspreiding van chromatine verandering tegen.
 Position effect = heterochromatine conditie spreidt zich uit  silencing (inactivatie) van een
gen.
o Poisition effect variegation = silencing wordt overgedragen naar dochtercel.
 Aminozuren van histonen (incl. histon tail) kunnen reversibel gemodificeerd worden.
o Modificaties: acetylatie, methylatie, fosforylatie en ubiquitylatie.
o Acetylatie wordt aangebracht door histon acetyl transferasen (HATs) en verwijderd
door histon deacetylase complexen (HDACs).
o Transcriptiefactoren bepalen waar en wanneer de modificaties plaatsvinden.
 Histon code = histonsamenstelling, dus histon varianten en epigenetische modificaties van
nucleosomen.

, Reader-writer complex blz. 200-201

 Reader complex = groot scaffold eiwit met regulatoreiwitten, die specifieke histon
modificaties herkennen.
o Bindt aan modificaties en activeert gewenste processen, zoals transcriptie.
1. Histon-modifying enzyme (writer) modificeert één of meerder histonen.
o Wordt naar een specifieke plek op het chromosoom gestuurd door een
regulatoreiwit.
2. Reader eiwit bindt aan writer en herkent de modificatie.
3. Writer modificeert histonen in volgend nucleosoom.
4. Nieuw reader-writer complex bindt aan dit nucleosoom  herhaalt zicht.
5. Chromatine wordt gecondenseerd of minder gecondenseerd.



DNA replicatie blz. 239-256, 261-262

 DNA polymerase synthetiseert van 5’  3’.
 Proofreading:
o Het correcte nucleotide heeft een hogere affiniteit voor DNA polymerase, omdat het
energetisch het meest gunstig is  correcte nucleotide heeft grotere kans om
ingebouwd te worden.
o Exonucleolitisch proofreading:
 Na inbbouwen van verkeerd nucleotide
 Door proofreading exonuclease
o RNA polymerase heft geen proofreading.
 Fouten in RNA orden niet doorgegeven aan dochtercellen  heeft geen
lange termijn significantie.
o Strand-directed mismatch repair system = proofreading systeem dat replicatiefouten
verwijderd, die zijn gemist door het proofreading exonuclease.
 Replication origin (ORI) = plek waar DNA als eerst wordt geopend.
o Prokaryoten: 1 ORI
o Eukaryoten: meerdere ORI’s
 Na de replicatie zullen de nucleosomen herstellen  histonen worden teruggeplaatst door
histon chaperones.


Transcriptie blz. 301-315
 Consensus nucleotide sequence = meest voorkomende nucleotide op elke positie in de
sequentie.
 Coding strand = de streng van het DNA die dient als template voor mRNA.
 Promotor sequenties zijn asymmetrisch  RNA-polymerase kan slechts aan één richting van
het DNA binden.
 Prokaryoten
1. σ-factor bindt aan RNA polymerase.
2. RNA polymerase bindt door σ-factor aan de promotor (Pribnow box).
3. Elongatie
4. Terminatie: ρ-factor bindt aan RNA keten en zorgt dat het RNA van DNA template en
RNA polymerase dissocieert. Of hairpin wordt gevormd.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller D23. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.24. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

47561 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$4.24  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added