3 fasen in strafproces
1) Opsporing -> politie
2) Vervolging -> o cier van justitie, advocaat en rechter
3) Tenuitvoerlegging -> gevangeniswezen
Kort omschreven
Taak van politie is opsporen van verdachten en vinden van bewijs (bv. FIOD is bijzondere
opsporingsdienst voor speci ek terrein namelijk fraude en misdrijven in belasting) -> OVJ
stuurt het onderzoek van politie en als er middelen worden ingezet vraagt de OVJ
toestemming bij de rechter-commissaris -> verdachte kan vanaf begin worden bijgestaan
door advocaat -> is er genoeg bewijs dan draagt de OVJ de zaak voor aan het OM
(transactie of seponeren) of aan de rechter (dagvaarding) -> OVJ presenteert bewijs en
advocaat verdedigt zich voor de rechter, waar uiteindelijk de rechter beslist ->
reclassering kan worden verzocht om onderzoek te doen naar recidiverisico van
verdachte en advies geven aan rechter (verdachte minderjarig? Dan Raad van
Kinderbescherming) -> in zwaardere strafzaken kunnen ook deskundigen worden
opgeroepen (DNA, geestelijke gesteldheid etc.) -> slachto er ook steeds grotere rol:
belanghebbende, procesdeelnemer (spreekrecht of getuige) en schadevergoeding -> als
de zaak onherroepelijk is dan coördineert het CIJB de beslissingen en
vrijheidsbenemende stra en/maatregelen worden gecoördineerd door het
gevangeniswezen (DJI) -> OVJ ziet toe op uitvoer van straf of maatregel en advocaat
behartigt belangen van client.
H2) De politie
- sterke arm van de overheid, die als enige gepast geweld mag toepassen om dingen af
te dwingen als andere midellen falen -> geweldsmonopolie
- Boeven vangen heeft hoogste prioriteit (actiegericht) maar er zijn ook administratieve
taken wat zij zoal doen en waarom
- Discretionaire ruimte: ruimte om op straat eigen politie-inzichten toe te passen binnen
wetten en richtlijnen.
- Gebiedsgebonden politiewerk = dichtbijpolitie = community policing: politie wil
verankerd zijn in de wijk
- Intelligence-led policing = informatiegestuurde politie
Politie in Nederland
Geschiedenis
- jaren 60: (vooral Amsterdam) ongeregeldheden -> repressief optreden van de politie ->
de provobeweging (= veel kritiek op politie) -> wijkagenten om contact tussen politie en
wijk te verbeteren.
-> belangrijk guur is de witte kip (beroemde foto huwelijk Beatrix)
ffi fi ff fi ff
,- jaren 70: kleinschalige wijkteams waar politie weet wat er speelt in de buurt en dicht bij
de burgers staat; maatschappelijke intergratie en proactief werk -> brede
basispolitietaak: criminaliteitsbestrijding tot sociaal contact.
- Jaren 80: wijkteammodel landelijk doorgevoerd; daarnaast steeds meer
schaalvergroting van politie door toename van mobiliteit van criminelen (auto, trein,
vliegtuig)
- Jaren 90: speelruimte neemt nog verder toe door telefoon en internet; daarnaast
voordelen in de samenwerking namelijk e ciënter te beheren en makkelijker aan te
sturen -> 25 regionale politiekorpsen en KLPD -> afstappen van brede basispolitietaak;
maar gebiedsgebonden politiezorg: veel kleiner dan wijk maar wel nog onderhouden
van sociaal netwerk en hulp bieden (‘kennen en gekend worden’).
- Laatste jaren: digitalisering van de samenleving zorgt voor verandering in criminaliteit
en dus in politiewerk -> vooral Intelligence-led policing = informatiegestuurde
opsporing/politie betekent ook wel ‘eerst denken, dan doen’; meer intelligence bij de
politie (droes, camera etc.)
- maar digitalisering zorgt voor nieuwe mogelijkheden voor criminelen dus politie
weet niet alles -> nieuwe afdelingen in politie opgericht (bijv. High Tech Crime)
Politie vandaag de dag
- proces van centralisatie leidde tot een landelijke politie bestaande uit 10 regionale
eenheden en 1 landelijke eenheid (Olv korpschef)
- regionale eenheid: bestaat uit regionale diensten (regionale recherche, districten
(basisteams, districtsrecherche, exteams) en divisies (gespecialiseerde afdelingen
bijv. Jeugd- en zedenpolitie)
- landelijke eenheid: specialistische diensten bijv. Dienst Landelijke Recherche
Politiewerk
Artikel 3 Politiewet -> handhaven van de rechtsorde
1) handhaven van de wet = strafrechtelijke handhaving: handhaven met
gebruikmaking van wettelijke dwangmiddelen en opsporingsbevoegdheden ->
meest typerend voor politie -> opsporing: basis van rechtelijk oordeel; kleine zaken
door basisteams en grote zaken door regionale of landelijke recherche
2) handhaven maatschappelijke orde (openbare orde): in stand houden van de
normale sociale en fysieke patronen (in publieke ruimte) -> meest zichtbaar voor
mensen (blauw op straat); basisteams houden toezicht en handhaving maar bieden
ook (nood)hulp
-> demonstraties, voetbalwedstrijd of concert door regionale of landelijke
politieafdeling
Politie als maatschappelijke functie
‘De politie’ -> politieorganisatie
‘Politie’ -> rol van de politie in de samenleving; essentie is sociale controle: positieve of
negatieve sancties die gedrag van personen laat overeenstemmen met standaarden
binnen groep.
1) informele sociale controle: vorm en inhoud door niet echt bewuste activiteiten
van mensen onderling
2) formele sociale controle: wordt uitgeoefend door mensen die dmv regels in de
samenleving die controle als taak hebben -> vb. Politie, OM en Raad van
Kinderbescherming
fl ffi
, -> democratische controle vanuit samenleving want korpschef legt
verantwoording af aan Minister van Justitie en Veiligheid en die legt
verantwoording af aan volksvertegenwoordiging in Tweede Kamer
Voorbeelden bij afbeelding:
- ‘Informatie van burgers’: tips, aangiften en verklaringen van getuigen en slachto ers
- ‘informatie van andere instanties’: Jeugdzorg rapporten, woningcoorperatie over
wijkbewoners en belastingdienst over criminelen
- ‘Gezag van burgers’: ouders en leraren vragen om jongeren rustig te houden en
horecaondernemers voor uitgaanspersonen om aan de regels te houden
- ‘ Gezag en macht van andere instanties’: samenwerking om bevoegdheden te
bundelen en werkzaamheden met elkaar afstemmen zodat het geheel sterker is
Integrale aanpak: informele en formele sociale controle zijn beide van belang
Politietaak in de praktijk
1) intake en service: receptiefunctie, opvang publiek en opnemen aangiften
2) Noodhulp: politiemensen die op verzoek van meldkamer hulp verlenen die geen uitstel
kan hebben
3) Handhaving van openbare orde en wet/regelgeving
4) Opsporing van strafbare feiten
-> hangen erg met elkaar samen want de output van het ene proces kan de input van het
volgende proces zijn; de basisteams kunnen alle processen uitvoeren
! De capaciteit van de politie is niet oneindig en daarom moeten er prioriteiten worden
gesteld -> politie maakt keuzes
1) politie straatwerk: controle van rechtsregels
1. incidentgericht politiewerk -> noodhulp
- controle van rechtsregels vooral in het verkeer
- niet vaak misdrijven
ff
, - repressief optreden; meestal waarschuwing af en toe proces-verbaal of
aanhouding
-> hangt af van plaats (urbanisatie minder snel bekeuring) en politiechefs
2. Wijkagent: rechtsregels controleren, hulpverlening en netwerken in de wijk
3. Demonstraties, festivals etc. -> crowd management vooral ME aanwezig voor
ordehandhavende taak (crowd control)
2) Recherchewerk of opsporing: koppelen van delict en dader (verdachte tijdens
opsporing)
twee hoofdroutes voor oplossing
1) van delict naar verdachte: er is een delict gepleegd, wie heeft dit gedaan?
2) Van verdachte naar delict: is er een verdachte aangehouden dan kan er nog naar
andere mogelijke delicten worden gekeken (case enrichment)
—> recherchewerk: verzamelen van feiten om daarbij het ‘ware verhaal’ te construeren
inclusief de motieven.
Probleemgericht werken
- niet elk delict kan uitgebreid aandacht krijgen -> incidenten/delicten in groepen samen
nemen en probleemgericht te werk gaan
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lau0603. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.82. You're not tied to anything after your purchase.