Module 7: Volmaakte mededinging en monopolie
1. Volmaakte mededinging
De kenmerken van de competitieve marktvorm
We bekijken de vier kenmerken van een perfecte competitieve marktvorm. Zo’n marktvorm
noemen we ook wel volmaakte mededinging.
Homogeen goed: de consumenten hebben de perceptie dat de goederen van de
verschillende producenten evenveel waard zijn. Ze zullen niet geneigd zijn meer te
betalen voor een goed van een specifieke producent.
Transparantie: een transparante markt ontstaat indien er voldoende informatie
beschikbaar is over de kwaliteit en de prijzen van de goederen.
Veel kleine ondernemingen: als er veel ondernemingen zijn op de markt die relatief
klein zijn tegenover de hele markt, zal de productiebeslissing van één onderneming
geen invloed hebben op de marktprijs.
Deze drie bovenstaande elementen hebben tot gevolg dat de producenten prijsnemer
worden op de markt. Zo zal één onderneming geen marktmacht hebben om de prijs te
beïnvloeden.
Als één onderneming zijn prijs verandert, zal dit geen reactie uitlokken bij de concurrentie,
omdat de hoeveelheid dat een onderneming produceert maar een fractie is van wat er op de
markt wordt geproduceerd (<veel kleine ondernemingen).
Een onderneming kan geen hogere prijs krijgen voor zijn product, te onderscheiden van de
concurrentie (<homogeen goed).
Het product op een andere plaats zal ook niet werken (<transparantie).
We gaan er ook vanuit dat consumenten geen invloed kunnen uitoefenen op de prijs door
hun koopgedrag. De vragers van de markt zijn dus ook prijsnemers.
Vrije toe- en uittreding: dit geldt enkel op lange termijn. Op korte termijn zijn er vaste
kosten die niet kunnen wijzigen. Bijgevolg kan er geen nieuwe onderneming op de
markt komen op korte termijn. Op lange termijn valt deze beperking weg.
Stel: we hebben een markt op lange termijn waar de ondernemingen winst maken. In dat
geval is het interessant voor andere ondernemingen om toe te treden tot deze markt. Dit leidt
dus tot meer ondernemingen. Het aanbod op de markt neemt toe dus de prijs daalt.
Zolang er ondernemingen zijn die kunnen toetreden op de markt en winst maken, zal het
aanbod toenemen en de prijs zakken. Dit proces stopt wanneer nieuwe ondernemingen geen
winst meer kunnen maken op deze markt en dus ook niet meer zullen toetreden (=>
opbrengsten = kosten).
Dezelfde redenering kunnen we maken indien ondernemingen verlies maken. Dit zal leiden
tot minder ondernemingen, omdat bedrijven de markt zullen verlaten. Het lagere aanbod
zorgt voor een hogere prijs, waardoor de winst van de overgebleven bedrijven toeneemt.
Dit proces stopt indien geen enkele onderneming nog verlies maakt (=> opbrengsten =
kosten).
Of deze vrije toe- en uittreding geldt op de markt kunnen we ook merken aan een aantal
indicatoren:
→ Eenvoudige technologie
, → Geen schaalvoordelen: bij schaalvoordelen zullen ondernemingen die reeds
aanwezig zijn op de markt gemiddeld goedkoper kunnen produceren. Hierdoor zullen
grote ondernemingen eerst grote investeringen moeten doen om te concurreren met
dezelfde productiekosten.
→ Geen wettelijke beperkingen: op sommige markten zijn er vestigingswetten, waardoor
er een beperkt aantal ondernemingen van één markt zich mogen vestigen in een
bepaald gebied. Of soms hebben ondernemingen een patent waardoor het verboden
is voor andere ondernemingen om dit goed te produceren.
Samengevat: De markt voor een volmaakte mededinging heeft vier kenmerken. Waarbij
homogeen goed, transparantie en veel kleine ondernemingen zowel op korte als op lange
termijn gelden. Een gevolg van deze drie kenmerken is dat de ondernemingen prijsnemers
zullen zijn op de markt. De vrije toe- en uittreding is het laatste kenmerk, maar geldt enkel op
lange termijn.
Volmaakte mededinging op korte termijn
We bekijken een markt waarbij volmaakte mededinging geldt op korte termijn.
Hierdoor zullen er vaste kosten zijn en ondernemingen kunnen niet toe- of uittreden op de
markt.
We gaan nu kijken naar de MK, GK en GVK van een individuele producent. Om te
berekenen wat de optimale productie is, moeten we ook weten wat de opbrengsten zijn. In
geval van volmaakte mededinging, is de producent prijsnemer en zal de prijs gelijk zijn aan
de marktprijs. Per eenheid van het goed dat de producent verkoopt, stijgen de opbrengsten
met één keer de prijs. De MO = prijs = GO. Elk goed levert p euro op, dus GO = ook p.
De optimale productie gaan we vinden aan de hand van de outputregel:
- MK(q) = MO(q) → geldt voor punt A en punt B op de grafiek
- Helling MK(q) > helling MO(q) → geldt enkel bij productiehoeveelheid B
Om zeker te zijn dat dit de beste keuze zal zijn van de producent, moeten we ook
controleren of de producent wel wilt produceren => sluitingsregel: W(q) > W(0). Indien de
onderneming niet produceert, zal deze sluiten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jus10. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.81. You're not tied to anything after your purchase.