5.1 Selectie in de sociale waarneming ................................................................................................................................. 25
5.1 selectie in de sociale waarneming.................................................................................................................................. 25
5.2 Interpretatie in de sociale waarneming ......................................................................................................................... 26
5.3 structurering in de sociale waarneming ......................................................................................................................... 28
7.1 Inleiding .......................................................................................................................................................................... 33
7.2 Ontstaan en vervorming van attitudes .......................................................................................................................... 34
7.3 In- group vs out-group ................................................................................................................................................... 37
7.4 Attitudes van een Gestalt ............................................................................................................................................... 38
ATTITUDES EN SOCIALE MEDIA ............................................................................................................................................ 41
8. Het individu versus de groep........................................................................................................................................... 42
1. Inleiding: wat is sociale psychologie?
Hoe individuen reageren in sociale instituties, welke invloed de aanwezigheid van anderen op het gedrag
van een individu hebben.
Watzlawick: je kan niet niet communiceren
à je w ALTIJD door anderen beïnvloedt
We worden ook nog steeds beïnvloedt door zaken uit her verleden. Alles wat ons maakte tot wat we nu
zijn beïnvloed ons. ALLE GEDRAG IS SOCIAAL GEDRAG. Meestal de expliciete interactie tussen individuen.
We worden beïnvloed door anderen, of we willen of niet.
1.1 Studieobject & definitie
- materiele object: hoe w het gedrag v individuen beïnvloed door het gedrag van anderen?
bewust Vb docent komt binnen, iedereen stil
beïnvloeding Vb prof w beïnvloed door gedrag van studenten L:
onbewust rumoerig; R: rustig. Prof gaat onbewust naar R
Vb duidelijk zeggen waar het op staat i v m afspraken
expliciet Vb non verbaal hints geven om te tonen waar het op staat i
beïnvloeding v m afspraken
beïnvloed
- formele object: wat zijn de wetmatigheden hierin?
ing
DEFINITIE: Sociale psychologie is de studie die tracht te begrijpen, verklaren en voorspellen hoe de
gedachten, gevoelens en gedragingen van een individu
worden beïnvloed door de
geobserveerde, ingebeelde of impliciete gedachten gevoelens en gedragingen van anderen.
DRIE DIMENSIES
Breedte
Zo breed mogelijk onderzoeksgebied: zoveel mogelijk aspecten van de sociale psychologie
onderzoeken
Zo breed mogelijke populatie, onderzoeksgroep (ideale steekproef = gehele populatie)
à mensen die aan onderzoek meedoen zijn vaak mensen die geld nodig hebben (vroeger vaak
verplichte studenten)
Diepte: onder zijn oppervlakte, onder zijn gedrag bekijken (eerder filosofisch) = black box
Hoogte: theorie moet in de hoogte opgebouwd worden, de basis gevormd door de empirische
vaststellingen. à hypothetisch deductief te werk gaan.
2
,Sociale psychologie
YAM
Nadelen: theorieën w gebaseerd op andere theorieën, als een van de voorgaande een fout bevat
zullen de andere dezelfde en meer fouten bevatten. Dus de theorie is zo niet meer hanteerbaar of
controleerbaar en blijkt uiteindelijk niet meer te kloppen.
HET EXPERIMENT ALS METHODE (zelfstudie)
Experimenten zorgen voor een stevige basis in de theorievorming.
Voordelen:
- controle: door ontegensprekelijke conclusies van de experimentator (cijfermateriaal)
- labosituatie: creëren via experimenten: niet altijd laboratorium, situatie zonder storende factoren en
onafhankelijke variabelen
- herhaalbaar: je kan het steeds opnieuw uitvoeren onder dezelfde omstandigheden, het zou tot
dezelfde resultaten moeten leiden
- kwantificeerbaarheid: conclusies zijn objectief en eenduidig
Nadelen
- moeilijk praktisch uitvoerbaar, storende factoren bedwingen, voorspellen is uitgesloten
- deontologische bezwaren of klachten. Sommige experimenten zijn onaangenaam belastend.
- reactief gedrag: wanneer mensen op de hoogte zijn gaat men zich anders gedragen à geen grote
externe validiteit
- geen natuurlijke situatie: factoren onder controle houden maakt de situatie anders
- proefleiders-effecten: proefleider is storend element, onbewust beïnvloeden van proefpersonen.
- self-fulfilling prophecy: wat verwacht w zal optreden net omdat het verwacht w.
- ~ pygmalion-effect: experiment op leerlingen: intelligentietest in begin schooljaar. 20% v d leerlingen
werden als intelligenter gezien en scoorden na 8 maanden ook beter, omdat de leerkrachten dit
verwachtten.
2. Hulpverlenend gedrag
Mensen zoeken enkel sociaal contact om hier voordeel uit te halen voor zichzelf, niet uit behoefte aan
anderen (Plato), de mens is egoïstisch.
Altruïsme: = goedheid, ander centraal stellen (tegenovergestelde van egoïsme), gedrag waar je zelf geen
voordeel uit haalt, je beschouwt je eigen voordeel als minder belangrijk. Hulpverlenen is in zekere zin ook
belonend.
Dankbaarheid à hoger zelfwaardegevoel.
Maar: bestaat zo’n gedrag wel? Beter spreken van hulpverlenend gedrag.
Hulpverlenend gedrag stellen is belonend (dankbaarheid, hoger zelfwaardegevoel), niet helpen: straf
(wroeging, beschuldigende of bestraffende reactie van anderen).
2.1 Kitty Genovese
Moord in 1964, 13 maart, geval van geen hulpverlenend gedrag.
New York, om 3u ’s nachts aangevallen door een man voor haar huis. Kitty schreeuwde om hulp, velen
zagen wat er gebeurde maar niemand reageerde.
3
, Sociale psychologie
YAM
1. iemand riep uit het raam ‘laat haar met rust’, de dader liep weg
De aanvaller keerde enkele minuten later terug, ze schreeuwde weer. Weer zagen velen het.
2. niemand hielp haar
Toen Kitty haar deur had bereikt viel de dader haar voor een derde keer aan. Hij misbruikte haar, bestal
haar en stak haar dood met een mes. Weer zagen dezelfde mensen het, maar weer reageerde niemand.
3. niemand hielp haar
De politie werd wel verwittigd, maar natuurlijk veel te laat. 38 omwonenden hadden de moord gehoord
of gezien, toch deed niemand iets.
Verklaring van psychiaters:
- ‘de New Yorkse lucht’: onrechtvaardigheid en angst om slachtoffer te worden.
- ‘mind your own business’- mentaliteit.
- Televisiegeneratie: geen onderscheid tussen realiteit en fantasie. Gevolg: verlamd, gehypnotiseerd
- Angst voor elkaar en vervreemding
2.2 Diffusie v d verantwoordelijkheid
John Darley en Bibb Latané: ‘bystander apathy’ = ‘apathie der omstanders’
à voorwaarden om al dan niet over te gaan tot hulpverlenend gedrag.
- Diffusie van de verantwoordelijkheid
= Hoe meer omstanders er bij een noodsituatie zijn, hoe kleiner de kans dat het slachtoffer geholpen
w (spreiding v d verantwoordelijkheid).
Iedere omstander lijkt te denken dat iemand anders het wel zou doen.
Hoe meer potentiele hulpverleners, hoe kleiner iedereen zijn eigen verantwoordelijkheid inschat.
Schuldgevoel is ook minder indien je niet hebt geholpen terwijl er andere potentiele hulpverleners waren:
‘de anderen hebben ook niet geholpen’, ‘niemand deed iets, dus het was waarschijnlijk niet zo ernstig’.
EXPERIMENT (1): Groepsdiscussie over problemen aangaande het leven op de universiteit. Dit in aparte
kamers via intercomsysteem. (Darley & Latané)
3 condities
- twee deelnemers (pp, pspp) - drie deelnemers (pp, 2 rolspelers) - zes deelnemers (pp, 5 pspp)
1 rolspeler deed een epileptische aanval na à hoeveel % v d proefpersonen bood hulp binnen 60
seconden?
Resultaten:
Zelfde principe geldt bij Kitty.
EXPERIMENT (2): wat als de proefpersoon zelf in nood verkeert?
Mannelijke studenten in een wachtkamer, ze bereiden een interview voor. Er komt witte rook vanonder
een deur. Na 4 minuten is er zeer dichte rook, na 6 minuten bevrijdt. (Darley & Latané)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yaraabdelmawgoud. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.